Home De stelling: ‘De Amerikaanse democratie is verloederd.’

De stelling: ‘De Amerikaanse democratie is verloederd.’

  • Gepubliceerd op: 27 maart 2012
  • Laatste update 07 apr 2020

Anton van Hooff:
‘Het is overduidelijk dat het grote geld een belangrijke rol speelt in de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Maar ik zou niet kunnen zeggen of de invloed van rijke geldschieters nu groter is dan vroeger. Rond 1900 had je het fenomeen van de zogenoemde “cowboykapitalisten” – zakenlui als John D. Rockefeller –, die ook toen al hun kapitaal inzetten om een bepaalde kandidaat te promoten. Amerikaanse presidentskandidaten hebben altijd gefungeerd als zetbazen voor belangengroeperingen.

Maar dat doet niets af aan het verontrustende feit dat de verkiezingscampagnes in een land dat zichzelf presenteert als “de grootste democratie ter wereld” door manipulatie, onderbuikgevoelens en vuilspuiterij worden gedomineerd. De huidige campagnes voor de Republikeinse nominatie zijn volstrekt inhoudsloos. In de Atheense democratie, die een bron van inspiratie vormde voor de Founding Fathers, ging het over politiek en het algemeen belang van de burger. Hier gaat het slechts om het oproepen van schijntegenstellingen en het aanscherpen van ideologische uitgangspunten.

Zo kan het gebeuren dat de Republikeinse kandidaten blijven oproepen tot lagere belastingen, hoewel Republikeinse presidenten de Verenigde Staten de afgelopen decennia aan een gigantische staatsschuld hebben geholpen. Dat de levensvatbaarheid van de staat daarmee op de langere termijn wordt bedreigd, lijkt van geen belang te zijn.’

Ruth Oldenziel:
‘Dat is een opvatting die vooral duidelijk maakt hoe men in Nederland naar de Amerikaanse democratie kijkt. Hier heeft men alleen oog voor Washington. Daardoor zien we een belangrijk aspect van de Amerikaanse democratie over het hoofd. Namelijk dat de Amerikanen niet alleen elke vier jaar een president kiezen, maar ook een hele trits andere publiek functionarissen, zoals een senator, een voorzitter van de onderwijscommissie en de politiecommissaris.

De Amerikanen zijn minder dan Europeanen geneigd de politiek over te laten aan “professionals”. Waar in Europa de politieke partijen in de twintigste eeuw steeds machtiger werden, voltrok zich in de Verenigde Staten een omgekeerd proces. Sinds de jaren twintig van de vorige eeuw hebben Amerikaanse burgers er met succes voor gestreden steeds meer publieke posities verkiesbaar te stellen.

Amerikaanse kiezers zijn over het algemeen veel beter geïnformeerd en ook actiever betrokken bij de publieke zaak dan de gemiddelde Nederlandse kiezer. De laatste kiest vaak nogal plichtmatig voor een verkiezingsprogramma dat een zeker partijapparaat heeft opgesteld. Amerikanen daarentegen kunnen gepassioneerd discussiëren over politiek in koffiehuizen en smoezelige zaaltjes. En ze gaan ook veel eerder de straat op om hun mening te verkondigen en hun favoriete kandidaat te steunen.’

James Kennedy:
‘Als het al zo zou zijn dat de Amerikaanse democratie is “verloederd” ten gevolge van de invloed van grote geldschieters, dan is die corrumpering al een kleine tweehonderd jaar geleden in gang gezet. Andrew Jackson zamelde in 1828 al geld in om zijn verkiezingscampagne te bekostigen. Zonder die campagne zou Jackson nooit zijn verkozen tot president van de Verenigde Staten, juist omdat hij een “gewone man” was die niet over een politieke machtsbasis beschikte.

Rijke ondernemers, bedrijven en vakbonden hebben de presidentsverkiezingen altijd beïnvloed. Er zijn ook altijd pogingen gedaan – ten minste vanaf 1867 – om deze invloed in te perken. Vanaf de jaren zeventig van de vorige eeuw zijn er tientallen maatregelen doorgevoerd om een limiet te stellen aan politieke geldstromen en ze transparanter te maken.

Aan de andere kant hebben kandidaten steeds meer geld nodig om gekozen te worden. Er is gebleken dat in meer dan 90 procent van de gevallen de kandidaat die het meeste geld spendeert wordt gekozen. Wat het nog erger maakt is dat het Amerikaanse hooggerechtshof niet zo lang geleden heeft bepaald dat zogenoemde PAC’s of “Politieke Actie-Comités” vrijuit geld aan een kandidaat kunnen schenken, zolang ze niet formeel aan die kandidaat zijn gelieerd.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.