Home De oorlog van morgen – Wouter Linmans

De oorlog van morgen – Wouter Linmans

  • Gepubliceerd op: 17 mei 2021
  • Laatste update 01 nov 2022
  • Auteur:
    Rob Hartmans
  • 3 minuten leestijd
De oorlog van morgen – Wouter Linmans

De verschrikkingen van de Grote Oorlog ervoeren Nederlanders niet aan den lijve. Toch wisten ze heel goed hoe gruwelijk moderne oorlogvoering was, zo laat Wouter Linmans zien.

Het was lange tijd in om te spotten met de Nederlandse krijgsmacht en de naïviteit van onze landgenoten in het Interbellum. Nederland was buiten de Eerste Wereldoorlog gebleven, dus zouden zowel burgers als beroepsmilitairen geen idee hebben gehad wat de verschrikkingen van een moderne oorlog waren. En wegens kortzichtige bezuinigingspolitiek waren onze strijdkrachten ook nog eens hopeloos ouderwets. Bekend zijn de foto’s van de enige Nederlandse tank – een kleine, verouderde Renault FT – die bij oefeningen in 1928 hopeloos wegzakte in de modder en elf jaar later, tijdens de mobilisatie, kopje-onder ging in de onbedwingbaar geachte Hollandse Waterlinie. Hoe klunzig en amateuristisch wil je het hebben?

Net als bij veel andere aspecten van het Nederlandse Interbellum blijkt ook dit beeld een karikatuur. In zijn proefschrift De oorlog van morgen heeft Wouter Linmans onderzocht wat Nederlanders wisten van de realiteit van de Eerste Wereldoorlog en de ontwikkeling van de militaire technologie in de jaren daarna. En ook welke verwachtingen ze hadden van een toekomstige oorlog.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Hij beschrijft gedetailleerd wat het Nederlandse publiek kon weten over drie wapens die tijdens de Eerste Wereldoorlog voor het eerst waren ingezet: de tank, het vliegtuig en gifgas. Zeker na afloop van de oorlog nam de kennis snel toe en iedereen die dat wilde kon weten hoe verschrikkelijk de moderne oorlog was. Over massale bombardementen en aanvallen met gifgas maakte niemand zich illusies en soms sloeg de fantasie zelfs danig op hol. Dat gebeurde vooral bij allerlei sensationele verhalen over ‘stralingswapens’: je reinste sciencefiction over allesverzengende lichtbundels die op grote afstand dood en verderf zaaiden.

Via vertaalde buitenlandse literatuur van veteranen, films en de propaganda van de vredesbeweging waren de meeste Nederlanders behoorlijk op de hoogte van de gruwelen van de moderne oorlogvoering. Ook laat Linmans zien dat het Nederlandse officierskorps helemaal niet wereldvreemd was – in tegenstelling tot wat Loe de Jong beweerde in zijn geschiedwerk over Nederland in de Tweede Wereldoorlog. Zo werd dat arme Renault-tankje bewust in de prut en het water gereden, om te laten zien dat massale tanklegers in het zompige Nederland niet zomaar ongehinderd konden oprukken – iets waar veel mensen bang voor waren. Voor zover Nederlanders eind jaren dertig ‘wegkeken’ van het dreigende oorlogsgevaar, was dat niet omdat ze een naïef beeld van de oorlog hadden, maar omdat ze nu eenmaal liever niet wilden zien en hoopten dat het allemaal wel zou loslopen.

Rob Hartmans

 

De oorlog van morgen. Nederlandse beeldvorming van een volgende oorlog, 1918-1940

Wouter Linmans

400 p. Prometheus, € 27,50

 

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 6 – 2021