Volgens filosoof Hannah Arendt waren veel nazi’s opvallend ‘gewoon’. Publicist Ian Buruma nuanceert dat. Hij constateert dat het kwaad zich vaak als normaal voordoet.
In 1961 werd de beruchte SS’er Adolf Eichmann berecht in de staat Israël vanwege zijn rol in de Holocaust. Het proces is door verschillende schrijvers vastgelegd en geanalyseerd: door Harry Mulisch in De zaak 40/61, door Abel Herzberg in Eichmann en Jeruzalem en door Hannah Arendt in Eichmann in Jeruzalem. De banaliteit van het kwaad. Nu, ruim zestig jaar na het proces, heeft Ian Buruma een essay geschreven over Arendts analyse.
Meer recensies van historische boeken lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.
Arendt vond de moord op 6 miljoen Joden niet ‘banaal’. Maar het trof haar dat vele verantwoordelijken voor de Holocaust zo ‘gewoon’ waren. Eichmann was geen shakespeariaanse schurk als Richard III of Iago uit Othello, maar een banale pennenlikker die zijn quota moest halen.
Met deze analyse onderschatte ze Eichmann, betoogt Buruma. De nazi was, zo bleek ook uit een lang gesprek dat hij met de voormalige SS’er Willem Stassen in Argentinië had, een fanatieke Jodenhater. Eichmann voerde niet alleen bevelen uit. Ook negeerde de SS-officier in 1944 de orders van zijn chef Heinrich Himmler, die de deportaties van de Joden uit Hongarije wilde staken omdat hij – ten onrechte – in de veronderstelling verkeerde dat hij het op een akkoordje met de geallieerden kon gooien. Ondanks deze kritiek vindt Buruma de analyse van Arendt nuttig, omdat zij een andere blik werpt op het kwaad. Het kwaad doet zich vaak voor als normaal.
Israël greep het proces tegen Eichmann aan om zichzelf te legitimeren. De Joodse staat zou bestaan om een nieuwe Holocaust te voorkomen. Maar dankzij het proces werd de angst voor een nieuwe Holocaust vergroot, schrijft Buruma. Het is tegenwoordig bon ton om alleen maar naar rechts te wijzen als het om Jodenhaat gaat, maar Buruma constateert dat die onder links ook voorkomt. Tegelijkertijd moeten we volgens hem beseffen dat de Holocaust – qua omvang en organisatie de heftigste genocide uit de menselijke geschiedenis – uniek is, maar discriminatie van andere groepen mensen niet. Buruma is het eens met de Joods-Nederlandse schrijver Arnon Grunberg, die voor veel ophef zorgde toen hij zich in 2020 solidair verklaarde met Marokkaanse Nederlanders. Moslims en vluchtelingen hebben eveneens met stigmatisering en discriminatie te maken, wat volgens Buruma ook weer niet betekent dat hun situatie hetzelfde is als die van de Joden tijdens de Holocaust. Je hoeft het in lang niet alles met zijn essay eens te zijn, maar Buruma is een slijpsteen voor de geest.

In de schaduw van het kwaad. Eichmann in Jeruzalem
Ian Buruma
96 p. Prometheus, € 16,99