Dit is een column en ik ben een historicus. Dat moet u even in het achterhoofd houden als ik beschrijf wat er zou gebeuren als president Poetin het veld moet ruimen. Russen in ballingschap, de paar overgebleven Russen van de oppositie, en zelfs Russen die hardcore nationalist zijn praten de laatste tijd over een mogelijke anti-Poetin-coup. Ook in het Westen vragen experts zich af hoe het verder moet met Rusland, en of er überhaupt een toekomst met Poetin mogelijk is.
Dus laten we ons eens aan iffy history wagen: wat als Poetin inderdaad opzij wordt geschoven? De geschiedenis van de Sovjet-Unie en zijn opvolgstaten laat genoeg couppogingen en regime changes zien die we als inspiratie kunnen gebruiken. De vraag is wat die pogingen ons leren. Is er bijvoorbeeld ooit een coup geweest die via massaprotesten tot meer democratisering en openheid leidde?
Neem de coup van augustus 1991. Toen oud-KGB’ers Michail Gorbatsjov in zijn datsja gegijzeld hielden en de macht dreigden over te nemen, sprong Boris Jeltsin boven op een tank en installeerde een schijnbaar democratische regering met hemzelf aan het roer. Twee jaar later werd Jeltsin door het parlement afgezet, maar siloviki – ‘sterke mannen’ van de KGB/FSB – hielpen hem weer in het zadel. Of kijk naar de coups in Kazachstan, eind jaren tachtig, waar nieuwe leiders opkwamen, die feitelijk aan de leiband van Moskou en de KGB liepen. Veel democratischer werden de beide landen er niet van.
In Putin’s People toont Catherine Belton dat er nooit sprake van een echte regime change is geweest. Noch van echte massale protesten. Het zijn schijnbewegingen, uitgevoerd voor de bevolking in eigen land, maar nog meer voor de internationale gemeenschap, die immers gepaaid moet worden.
Madi Kapparov (@MuKappa) wijdde er een paar fascinerende Twitterdraden aan. Volgens hem, en andere experts, zoals Harvard-historicus Serhii Plokhy, zijn het endemische gebrek aan individuele emancipatiezin, gebrek aan een gevestigde burgerklasse en vooral gebrek aan vertrouwen in de overheid en instituties er debet aan dat Rusland binnen afzienbare tijd niet zal democratiseren. Als er al een coup komt, dan wordt er een nieuwe leider geïnstalleerd. Eentje van wie de siloviki denken dat hij goed valt in eigen land en daarbuiten. Die nieuwe leider zal zich een tijdlang van zijn beste kant laten zien.
Met dat nieuwe regime kunnen best wat afspraken worden gemaakt. Denk aan alle stappen tussen 2000 en 2009 op het vlak van wederzijdse wapenbeheersing, ruiming van nucleaire wapens en partnerschap met de NAVO. Maar dan?
Uiteraard zullen sommige experts nu naar de NAVO of de EU wijzen, en naar alle fouten die het Westen gemaakt zou hebben. Maar zolang er aan de imperialistische, koloniale mindset en cultuur van de machthebbers achter de schermen niets wordt gedaan, zal Rusland niet structureel aan die nieuwe veiligheidsarchitectuur mee willen en kunnen bouwen. Voor een sprong voorwaarts naar ware en echte ‘ongedeelde veiligheid’ is in Rusland toch echt een nieuwe culturele revolutie nodig.