Home Stille getuigen: Het standbeeld van Vader Cats

Stille getuigen: Het standbeeld van Vader Cats

  • Gepubliceerd op: 3 juli 2001
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Marcel Broersma
  • 3 minuten leestijd

De geschiedenis laat haar sporen na. Monumenten, voorwerpen en graven herinneren aan bijna vergeten personen. Hun verhaal wordt hier verteld. Deze keer het standbeeld van Jacob Cats (1577-1660) in zijn geboorteplaats Brouwershaven.


Vijf jaar voor zijn dood was Jacob Cats zijn geboorteplaats nog niet vergeten. In een boek voor het stadsbestuur schreef hij: `Of my God al menigh jaer, geleyt heeft hier en weder daer, Uw stadt was doch mijn eerste gront, daer ik op swacke beenen stond.’ Lang woonde Cats er niet. Al op zijn elfde verliet hij Brouwershaven, om vervolgens carrière te maken als jurist, dichter en staatsman.
        Het havenstadje was trots op zijn beroemdste zoon. In 1829 werd op de markt, op een steenworp afstand van zijn geboortehuis, een monument voor Cats onthuld. Het was zijn derde standbeeld in Nederland. Het departement Schouwen van de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen nam het initiatief. Een landelijke collecte leverde genoeg op om de Gentse beeldhouwer Philippe Parmentier de opdracht te verlenen. Hij maakte een twee meter hoog beeld van wit steen dat de volksdichter levensgetrouw afbeeldt.
        Tijdens de onthulling sprak dominee Ernst Vetten een feestrede uit. Hij prees Cats om zijn `levendigheid van geest, scherpte van vernuft, weelderigheid van verbeelding en diepgaande mensenkennis’. Maar bovenal was de dichter een voorbeeldig huisvader en een diepgelovig mens geweest. Zijn moraliserende poëzie, waarmee Cats het burgerlijk ideaal van fatsoen, ernst, eenvoud en vlijt belichaamde, paste naadloos in de ideologie van ’t Nut.
        Zijn werk had een utilitair karakter. Het stond vol met opvoedende wenken voor een deugdzaam leven en een volmaakt huwelijksgeluk. De nationale zedenmeester genoot een grote populariteit; vaak werd beweerd dat zijn werk naast de bijbel in iedere Nederlandse huiskamer te vinden was. Hij had een eenvoudige stijl en gebruikte amoureuze vertellingen als voertuig voor zijn moralisme – `wormcruyt met suiker’, zo werd dit wel omschreven.
        Bij de feestelijkheden in 1829 onthaalde ’t Nut ook de behoeftigen, zodat `het feest van de volksdichter Jacob Cats te regt een volksfeest zoude zijn’. Bij het avondmaal in de geïllumineerde zaal waar de plechtigheid `onder gepaste vrolijkheid’ werd besloten, waren zij natuurlijk niet uitgenodigd.
        Of het volk Cats’ stichtelijk woord nog tot zich nam, werd twintig jaar later betwijfeld. `Moet het ons dan geene smartelijke gewaarwording zijn, als wij dagelijks ontdekken, hoe Cats voor Nederland niet meer datgene is wat hij zijn moest – de geliefkoosde dichter?’ constateerde de arts J.J. Pennink in 1851. `Als wij zien hoe zijne werken, die eene plaats naast onzen huisbijbel moesten bekleeden, voor velen een gesloten boek zijn?’
        De genadeklap voor de waardering van Cats als dichter gaven E.J. Potgieter en Conrad Busken Huet. Deze critici beschimpten het brave karakter van zijn rijmen. `Met zijne door en door laaghartige moraal, zijne leuterlievende vroomheid en keutelachtige poëzie heeft hij onnoemlijk veel kwaad gesticht,’ meende Huet. `Zijne populariteit is een nationale ramp geweest.’ Kunst moest niet stichten, maar beroeren.
        Met de waardering brokkelde ook Cats’ standbeeld af. Het witte steen werd door verwering poreus, en erger nog: het monument verzakte. `Weldra zal zich het treurige verschijnsel voordoen dat het standbeeld van onzen goeden Vader Jacob Cats minstens een halven meter beneden den beganen grond is gedaald,’ klaagde ’t Nut in 1883. Het gemeentebestuur takelde de dichter in ieder geval fysiek weer boven Nieuw Amsterdams Peil.
        Nog steeds staat Cats op het plein bij het stadhuis van Brouwershaven. Van zijn hoge sokkel van escoscijns steen kijkt hij neer op het volk, dat inkopen doet bij de groentestal pal naast hem. De rechterhand vermanend geheven.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.