Home Stille getuigen: De preparaten van Frederick Ruysch

Stille getuigen: De preparaten van Frederick Ruysch

  • Gepubliceerd op: 08 feb 2002
  • Update 07 apr 2023
  • Auteur:
    Marcel Broersma
Stille getuigen: De preparaten van Frederick Ruysch

De geschiedenis laat haar sporen na. Monumenten, voorwerpen en graven herinneren aan bijna vergeten personen. Hun verhaal wordt hier verteld. Deze keer de preparaten van Frederick Ruysch (1638-1731) in het Anatomisch Museum te Leiden.

De menselijke preparaten van Frederick Ruysch zijn van een morbide schoonheid. In een bedje van sterk water ligt een kind rustig te slapen. Ieder moment kan het de ogen openen en zachte pruttelgeluidjes maken, zo lijkt het. Een kanten mutsje versterkt het serene beeld, dat alleen wordt verstoord door de wetenschap dat slechts het hoofd van het kindje in de glazen fles rust.

Tentoonstelling

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Begrijp het heden, begin bij het verleden: met HN Actueel leest u historische achtergronden bij het nieuws van vandaag. Nu de eerste maand voor maar 1,99.

Door zijn levensechte preparaten was Ruysch in heel Europa bekend. Ruysch was hoogleraar in de anatomie, gerechtsarts en stadsvroedmeester. Hierdoor had hij de beschikking over foetussen en lichamen van terechtgestelde misdadigers. Hij gebruikte ze bij zijn aanschouwelijk onderwijs en voor zijn onderzoek. Daarnaast stelde hij zijn collectie tentoon in een gebouw naast zijn huis.

Zijn anatomisch kabinet was meer dan een halve eeuw een van de toeristische trekpleisters van Amsterdam en werd bezocht door de groten der aarde. Peter de Grote was zo gefascineerd door de lieftalligheid van een gebalsemd jongetje dat hij zich niet kon bedwingen en hem kuste. Later kocht de tsaar de hele verzameling voor dertigduizend gulden. Deze vormde de basis voor museum de Kunstkammer in Sint-Petersburg.

Techniek van Swammerdam

Ruysch perfectioneerde de techniek van Swammerdam, waarbij aderen en vaten met gekleurde was werden geïnjecteerd. Hierdoor bleef het lichaam ook na de dood in perfecte staat. Het werd zelfs vervolmaakt, meende de arts: `De lichamen, die mij vuijl, ja zomtijds zeer stinkende toegebragt worden, worden door onze konst bijkants in die staat gebragt als van een levendig en slapendt mensch, uijtgenomen alleen de beweging.’

De preparaten bevinden zich op het grensvlak van kunst en wetenschap. Ruysch gebruikte zijn techniek, die hij angstvallig geheimhield, om de werking van het menselijk lichaam te onderzoeken. Hij was volgens zijn biograaf P. Scheltema een echte ambachtsman, die van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat experimenteerde. Doordat hij een broertje dood had aan het bijhouden van vakliteratuur, ontdekte hij daarbij ook wel eens iets dat al door anderen was beschreven.

De lichamen, die mij vuijl, ja zomtijds zeer stinkende toegebragt worden, worden door onze konst bijkants in die staat gebragt als van een levendig en slapendt mensch, uijtgenomen alleen de beweging

Maar de preparaten in zijn kabinet hadden, net als de theaters waar men een anatomische les kon bijwonen, ook een andere functie. Ze verbeeldden de vanitasgedachte: al het aardse is vergankelijk. Het opschrift bij een foetus prentte de toeschouwer in: `O. wat ben ick geluckig, terwijl mijne beenderen nu zoo zagtkens leggen te rusten.’ Slechts in de eeuwigheid vond men uiteindelijk genade.

Confronterend en choquerend

De kralenkettingen, kanten mutsjes en manchetten waarmee Ruysch zijn gebalsemde lijkjes sierde, moesten de vredigheid van de dood benadrukken. Ze dienden een cultureel en geen wetenschappelijk doel. De verblufte bezoekers, die soms meenden dat de kinderen nog ademden, waren hiervan zeer onder de indruk.

Het is confronterend en choquerend, en toont de loop van het leven op even gruwelijke als geniale wijze

Toch appelleerden de preparaten door de wonderlijke combinatie van schoonheid en gruwelijkheid ook aan de sensatiezucht. Ruysch speelde daarop in en kon zo zijn technisch vakmanschap tonen. Op plankjes maakte hij bijvoorbeeld groteske installaties van blaasstenen, uitgeharde bloedvaten en dansende skeletjes.

Naast het kinderhoofdje op sterk water is nog een tweede preparaat van Ruysch in Leiden bewaard gebleven. In een fles staat een negerarmpje met kanten manchet. Tussen de duim en de wijsvinger hangt een vrouwelijk geslachtsorgaan, dat de toeschouwer nadrukkelijk wordt voorgehouden. Het is confronterend en choquerend, en toont de loop van het leven op even gruwelijke als geniale wijze.

Nieuwste berichten

Stilleven van Alexander Adriaenssen
Stilleven van Alexander Adriaenssen
Interview

Gevulde eieren met suiker en kaneel: zeventiende-eeuwse recepten bevatten verbazende combinaties

Voor de bouw van de Markthal in Rotterdam onderzochten archeologen de bodem en vonden er kookpotten, keukengerei en etensresten. Op deze plek werd dus ook vroeger al veel gegeten. Naar aanleiding van de vondsten is er nu een kookboek over de historische Rotterdamse cuisine. Het is volgens auteur Manon Henzen meer dan een receptenboek: ‘Historische...

Lees meer
Jacob Ruychaver met zijn gezin op een schilderij door Frans Hals
Jacob Ruychaver met zijn gezin op een schilderij door Frans Hals
Beeldessay

Pronken met onze families doen we al eeuwen

Gezellig, gelovig of rijk. Met een familieportret laten gezinnen aan de buitenwereld zien wie ze zijn. En dat ze hun leven goed voor elkaar hebben.  Wie in de zeventiende eeuw een Amsterdams grachtenhuis binnenliep, kon in de ontvangstkamer worden verwelkomd door een groot schilderij van de bewoners. Bijvoorbeeld van een strenge vader in donkere mantel...

Lees meer
Filmposter Zwei zu eins
Filmposter Zwei zu eins
Recensie

Duitsers op het dievenpad in schelmenfilm Zwei zu eins

Over het leven in de DDR bestaan veel grimmige films, maar Zwei zu eins bewijst dat je er ook een schelmenkomedie over kunt maken. De film speelt zich af in de zomer van 1990 in het Oost-Duitse Halberstadt. De aanstaande Duitse eenwording gaat in het stadje gepaard met massaontslagen en failliete fabrieken. Drie gedesillusioneerde werkloze...

Lees meer
Cover HN78 2025
Cover HN78 2025
Interview

Broedermoord en ruzie over de erfenis: familiedrama’s zijn van alle tijden

De zomereditie van Historisch Nieuwsblad is gevuld met artikelen over familie. Volgens eindredacteur Mirjam Janssen is het een prachtig thema omdat veel geschiedenis daar nu eenmaal begint. ‘Iemands status en opvoeding, en de mogelijkheden die hij of zij krijgt in het leven hangen voor een groot deel af van de familie. We laten zien hoe families...

Lees meer