Home Stelling: geschiedenis en identiteit

Stelling: geschiedenis en identiteit

  • Gepubliceerd op: 23 augustus 2019
  • Laatste update 13 okt 2022
  • Auteur:
    Maurice Blessing

In de ‘stelling’ reageert een vast panel van historici op een actuele gebeurtenis.

Martin Sommer:

‘Je zou zeggen dat historici helemaal niet aan politiek moeten doen. Ze moeten, zoals Tacitus al zei, sine ira et studio hun vak bedrijven. Oftewel: ze zouden zonder woede of partijdigheid hun best moeten doen de geschiedenis zo te beschrijven zoals die zich daadwerkelijk heeft afgespeeld. Maar we weten ook allemaal dat dat niet lukt. Want geschiedschrijving is een discussie zonder eind.

Het hangt er ook maar net van af welke rol identiteit speelt. Zelf heb ik een hekel aan het begrip “tot slaaf gemaakten” in geschiedenisboeken. Omdat het zo demonstratief elke keer laat zien hoe afkeurenswaardig slavernij is, terwijl het ons over de feiten niets nieuws leert. Maar er zijn ook voorbeelden waarin het benadrukken van identiteit zinvol kan zijn. Of zelfs valt toe te juichen.

Zo brak Jacques Presser met zijn boek Ondergang het besef open dat er meer dan 100.000 Joodse Nederlanders waren vermoord door de Duitsers. Dat deed hij door uitgebreid te verhalen dat zij willens en wetens waren vermoord omdat ze Joods waren en nergens anders om. Hij had er enorm mee geworsteld: het was een geheel nieuwe benadering. En hoewel hij deel 1 afsluit met de vaststelling dat de historicus slechts noteert en niet oordeelt, was Ondergang één grote aanklacht. En precies om die reden werd het een monument.’

Martin Sommer is historicus en journalist van de Volkskrant.
 

Beatrice de Graaf:

‘Als jong studentje liep ik stage bij het Duitsland Instituut. Daar raakte ik zwaar geïntimideerd door Maarten Brands, die van de bovenste verdieping zijn inzichten naar beneden brulde. Bijvoorbeeld dat identiteit de valkuil van de geschiedenis was. Voor hem was het wetenschappelijk rampzalig om de eigen historie als morele knuppel te gebruiken en anderen met jouw identitaire gelijk om de oren te meppen.

Historici lijden dikwijls aan wat sociaal wetenschappers, naar G.E. Moore, de naturalistic fallacy noemen. Namelijk dat iets niet zo zou moeten zijn omdat het niet fijn was. Morele conclusies uit de geschiedenis trekken mag, maar dat is politiek en geen geschiedenis. Uiteraard lopen sein en sollen altijd door elkaar, maar historici doen er goed aan daar zo helder en expliciet mogelijk over te communiceren. Geschiedschrijving moet daarom in de eerste plaats eerlijk zijn.

Een historicus moet altijd duidelijk zijn over de eigen normatieve plaatsbepaling en de eigen onderliggende opvattingen over de loop van de geschiedenis. Zolang je helder en eerlijk beargumenteert waarom je over tot slaaf gemaakten spreekt in plaats van over slaven, kun je op basis van gedegen bronnenonderzoek zowel in- als uitsluiting bepleiten, Forum-stemmer of D66-aanhanger zijn. Als je de eigenlijke historische discussie maar op gelijk niveau voert.’

Beatrice de Graaf is hoogleraar geschiedenis aan de Universiteit van Utrecht.
 

Eva Rovers:

‘We zouden eerst moeten vaststellen wat identiteitspolitiek eigenlijk is, want iedereen lijkt er wat anders onder te verstaan. Als je het opvat als manier voor gemarginaliseerde groepen om een gelijkwaardige positie te verkrijgen in de samenleving, dan is identiteitspolitiek een historische methode die zijn succes allang bewezen heeft. Zonder die methode zou er nog altijd nauwelijks aandacht zijn geweest voor vrouwen of niet-westerlingen in de geschiedenis.

Groepen die in het verleden geen stem hadden en in de geschiedenisboeken onbesproken bleven, zijn hierdoor zichtbaarder geworden. Toch valt er nog een heleboel werk te verzetten. Een project als 1001 Vrouwen van historica Els Kloek is cruciaal om vrouwen uit de vergetelheid te rukken, maar het is nog steeds een aparte benadering die naast de dominante geschiedschrijving bestaat. Het geeft gemarginaliseerde groepen een stem naast die van de cultureel dominante groep van witte heteromannen.

Maar je zult uiteindelijk het systeem zelf moeten veranderen, niet enkel de gaten erin opvullen. Hoe doe je dat? Door van identiteitspolitiek een reguliere onderzoekscategorie te maken. Zoals de Amerikaanse historica Joan Wallach Scott dat veertig jaar geleden deed met het concept gender. Je maakt er een analytisch instrument van waarmee we talloze problemen in heden en verleden beter zullen kunnen duiden.’

Eva Rovers is cultuurhistoricus en biograaf.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 9 - 2019