Home Op zoek naar vergeten soldaten

Op zoek naar vergeten soldaten

  • Gepubliceerd op: 1 november 2021
  • Laatste update 18 apr 2023
  • Auteur:
    Beatrice de Graaf
  • 3 minuten leestijd
Beatrice de Graaf portret

Nederland heeft veel historici die zich buiten de rand van hun directe werkveld en discipline bewegen. Er zijn er die zich in het publieke debat mengen, meedenken met musea, hun steentje bijdragen aan analyses voor politieke partijen en ook regionale en landelijke overheden adviseren. Maar anders dan in bijvoorbeeld Duitsland, België of het Verenigd Koninkrijk zijn er volgens mij niet veel historici die zich actief inzetten voor het identificeren, conserveren, beschrijven en toegankelijk maken van oorlogsgraven. We hebben de eerbiedwaardige Oorlogsgravenstichting natuurlijk, die belangwekkend werk verricht. Maar dat gaat eigenlijk alleen over de Tweede Wereldoorlog.

Ik schreef eerder al over de contacten die ik tijdens de coronaperiode opdeed met twitterstorians die zijn geïnteresseerd in het tijdperk van de revoluties en de napoleontische oorlogen. Een aantal van hen richtte de Napoleonic and Revolutionary War Graves Association op. Vanuit dat gezelschap kreeg ik de simpele vraag: wat is er met de oorlogsgraven van de gevallenen uit de revolutionaire en napoleontische oorlogen gebeurd? Enigszins tot mijn schaamte moest ik de Britse en Duitse collega’s melden: er gebeurt helemaal niets. Dankzij Christiaan van der Spek, die een prachtig proefschrift schreef over het Hollandse leger in de Franse tijd, kreeg ik wat tips waar namenlijsten – of beter gezegd: overlijdenslijsten – te vinden zijn. Er is een Fonds 1815, in het Amsterdams Archief, en er zijn wel wat boeken over specifieke regimenten te vinden, met namenlijsten van gevallenen. Evelyn Ligteberg schreef over de Sallandse jongemannen die ten strijde trokken voor én tegen Napoleon. En er zijn bijvoorbeeld een indrukwekkend monument en begraafplaats in Bergen ingericht, waar de gevallenen van de mislukte geallieerde invasie van 1799 begraven liggen. Maar de laatste centrale inventarisatie in Nederland is in 1820 (!) uitgevoerd.

Waar ligt dat aan? Misschien aan de ambivalente rol van Nederland in die revolutionaire en napoleontische oorlogen (voor én tegen de keizer)? De meeste militairen stierven bovendien in hospitaals, wat minder heroïsche herinneringen en verhalen opleverde. Het nieuwe Nederland kon er na 1815 in de poging alle partijdigheid te begraven waarschijnlijk niet veel mee beginnen. En na 1830 werd het nog ingewikkelder om herdenkingen te organiseren. De meeste grafvelden (Waterloo!) lagen toen in België. Mede daardoor zijn wij ook minder bezig met onze militaire tradities dan de Britten. En voelen we ons anders dan de Duitsers (denk aan de Kriegsgräberfürsorge) minder verantwoordelijk voor de gevallenen op ons grondgebied. Of ze nu Nederlands zijn of afkomstig uit andere landen. Dat mag allemaal waar zijn. Maar ze liggen er wel, naamloos en overwoekerd.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Tijd om die de vergeten gevallenen hun geschiedenis terug te geven. Wie er meer over weet, nodig ik uit mij te mailen: B.A.deGraaf@uu.nl.

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 11 - 2021