Home Lessen uit het verleden: Aandacht voor verleden compenseert identiteitscrisis

Lessen uit het verleden: Aandacht voor verleden compenseert identiteitscrisis

  • Gepubliceerd op: 06 jul 2011
  • Update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Bas Kromhout

Nederlanders zijn de afgelopen jaren gefascineerd geraakt door het (eigen) verleden. Het succes van twintig jaar Historisch Nieuwsblad is hiervan een bewijs. Een vergelijkbare hausse aan historische belangstelling deed zich voor in de negentiende eeuw. Volgens Jo Tollebeek, hoogleraar cultuurgeschiedenis vanaf 1750 aan de Katholieke Universiteit van Leuven en een autoriteit op het gebied van de negentiende-eeuwse geschiedbeoefening, werd de geschiedenisgekte in Nederland ingegeven door een nationale identiteitscrisis.

‘De negentiende-eeuwse belangstelling voor geschiedenis begon bij een kleine groep wetenschappers en letterkundigen, met name rond het tijdschrift De Gids. Literaire genootschappen, tijdschriften en universiteiten stimuleerden nieuwe studies naar het verleden. In 1860 werd aan de Leidse universiteit de eerste leerstoel voor vaderlandse geschiedenis opgericht. De overheid hield zich afzijdig, maar historici en politici hadden een hechte band. Hoogleraar Robert Fruin zat in een uitgebreid liberaal netwerk.

Maar de historische hoogconjunctuur was niet voorbehouden aan een kleine liberale elite. Via herdenkingsmanifestaties en het oprichten van standbeelden werden brede lagen van de bevolking aangesproken. Volgens het traditionele beeld waren Nederlanders een onromantisch volk. Maar als je goed kijkt, klopt dat niet. Net als elders in Europa werden in Nederland op grote schaal historische romans verspreid en gekostumeerde bals gehouden, waarvoor de gasten zich kleedden als historische beroemdheden.

Het culturele nationalisme van de negentiende eeuw was een breed Europees verschijnsel, maar de Nederlandse variant had eigen oorzaken. Er bestond twijfel aan de eigen identiteit. Onmiddellijk na de onafhankelijkheid van België in 1830 waren veel Nederlanders somber over de toekomst van hun kleine staat. Als tegenbeeld voor de eigen machteloosheid greep men terug op de Republiek van de zeventiende eeuw. Het begrip “Gouden Eeuw” dook toen op.

In de loop van de negentiende eeuw werd de belangstelling voor het vaderlandse verleden nog gestimuleerd door de emancipatie van bepaalde groepen in de maatschappij. De katholieken wilden bijvoorbeeld bewijzen dat ook zij altijd echte Nederlanders waren geweest en geen verraders van de nationale zaak. Zij kwamen met een alternatief voor het tot dan toe dominante, liberale geschiedbeeld. Hetzelfde gold voor de calvinisten.

Die concurrerende versies van de geschiedenis leidden soms tot grote conflicten. Wie hoorden er bijvoorbeeld thuis in het verhaal over de Tachtigjarige Oorlog: alleen de protestantse Geuzen, of ook de katholieke Martelaren van Gorcum? Zulke twistpunten leidden soms tot gescheiden herdenkingen.
Aan het einde van de negentiende eeuw begon men de vele partijtwisten te ervaren als een bedreiging voor de nationale eenheid. Opnieuw moest de vaderlandse geschiedenis uitkomst bieden. Vooral de rol van de Oranjes als bindmiddel kreeg nadruk.

Het verschil met onze huidige tijd is niet zo heel groot. In de Nederlandse politiek is opnieuw onzekerheid over de nationale identiteit en weer kijkt men naar het verleden voor compensatie. Het is geen toeval dat een aantal politici plotseling heeft bedacht dat er een Nationaal Historisch Museum moet komen. Dat er vervolgens een discussie losbarst over de vraag hoe zo’n museum eruit moet zien, is al evenmin een verrassing.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Begrijp het heden, begin bij het verleden: met HN Actueel leest u historische achtergronden bij het nieuws van vandaag. Nu de eerste maand voor maar 1,99.

Nieuwste berichten

Hongaars protest tegen de dam
Hongaars protest tegen de dam
Artikel

Hongaren gingen pas de straat op toen de Donau gevaar liep

Ondanks groeiende onvrede over het communistische systeem keken Hongaren in de jaren tachtig wel uit om in het openbaar kritiek te uiten. Pas toen de bouw van een waterkrachtcentrale de Donau bedreigde, kwam de bevolking in opstand.  In de jaren vijftig hadden Hongarije en Tsjecho-Slowakije het plan opgevat om een gigantische waterkrachtcentrale met dammen te...

Lees meer
Het zilvermeer in Bitterfeld is vervuild
Het zilvermeer in Bitterfeld is vervuild
Artikel

Oost-Duitsers reageerden geschokt op tv-beelden van smerige fabrieksstad

In de DDR was het anticommunistische verzet van de kerk nauw verbonden met de opkomst van de milieubeweging. Een heimelijk gefilmde televisiedocumentaire over een vieze fabrieksstad zette het Oost-Duitse milieuactivisme in één klap op de kaart.  Het grote publiek leerde de Oost-Duitse milieubeweging kennen toen in september 1988 de televisiedocumentaire Bitteres aus Bitterfeld op de...

Lees meer
Bulgaars protest tegen de milieuvervuiling in Ruse
Bulgaars protest tegen de milieuvervuiling in Ruse
Artikel

‘Geef ons schone lucht!’, scandeerden honderden boze Bulgaren

In Bulgarije was de milieubeweging de eerste protestbeweging die burgers tegen het communisme wist te mobiliseren. Moeders kwamen in opstand nadat hun kinderen flauwvielen door overwaaiende fabrieksgassen.  Op het centrale plein van het Bulgaarse provinciestadje Roese, niet ver van de Roemeense grens, stond op 23 september 1987 een groep jonge kinderen te wachten op hun...

Lees meer
Poolse demonstranten in 1980
Poolse demonstranten in 1980
Artikel

Kernramp gaf Poolse milieuactivisten een enorme populariteitsboost

De nucleaire ramp in Tsjernobyl bracht een kentering teweeg in Polen, waar al jaren een protestbeweging tegen het communistische regime sluimerde. Doordat het Sovjet-regime de ramp onder het tapijt wilde schuiven, verbeterde de reputatie van Poolse milieuactivisten. Hun verzet gaf ook andere Poolse protestbewegingen nieuw elan.   In 1980 was de vakbond c opgericht door havenarbeiders...

Lees meer