Home Hartstochtelijk verlangen naar een betere wereld

Hartstochtelijk verlangen naar een betere wereld

  • Gepubliceerd op: 23 oktober 2012
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Jos van den Burg

Roem is vergankelijk. Annie Romein Verschoor vergeleek de gedichten van Henriette Roland Holst (1869-1952) met het werk van Dante en Homerus. Johan Huizinga merkte op dat de rest van de wereld ooit Nederlands zou gaan leren om haar gedichten te kunnen lezen. Maar ruim een halve eeuw na haar dood is Roland Holst vergeten.

Wie weet nog dat de zinsnede ‘de zachte krachten zullen zeker winnen’ afkomstig is uit een gedicht van haar, vraagt filmmaakster Annette Apon zich af in Droom en daad. De documentaire, die leunt op Elsbeth Etty’s uitstekende Roland Holst-biografie Liefde is heel het leven niet, schetst een portret van de notarisdochter die niet alleen dichter wilde zijn, maar ook een actieve bijdrage wilde leveren aan een betere wereld.

Dat die wereld socialistisch of communistisch zou zijn, stond voor Roland Holst vast. Droom en daad begint met haar dichterschap, dat van de grond komt als ze als ambitieuze twintiger vriendschap sluit met dichter Herman Gorter. Na publicatie van sonnetten in De Nieuwe Gids wordt ze bejubeld als een groot sociaal betrokken talent en is haar naam gevestigd.

Henriette trouwt met beeldend kunstenaar Richard Roland Holst, een neef van dichter Adriaan. Uit het waarschijnlijk seksloze huwelijk worden geen kinderen geboren. Roland Holsts liefdesleven, of het gebrek eraan, illustreert uitstekend Freuds sublimatietheorie – het omzetten van seksuele drift in een niet-seksuele activiteit –, want het socialisme werd haar gepassioneerde minnaar. Ook hierin speelde Gorter een rol, omdat hij Henriette in aanraking bracht met het werk van Marx.

Als een religieus bekeerling zag Roland Holst plotsklaps het socialistische licht en werd ze door ‘een extatisch gevoel’ bevangen. ‘Het is alsof iets begon te leven, waarvan ik niet wist dat het bestond.’ Het lidmaatschap van de SDAP was de logische volgende stap. Het bracht haar in tientallen rokerige zaaltjes, waar ze haar retorische talent gebruikte om arbeiders te overtuigen van de revolutionaire strijd. Als eerste vrouw schopte ze het in de SDAP tot lid van het partijbestuur.

Socialistische hoogtepunten wisselden zich af met dieptepunten, die de gepassioneerde activiste uitvoerig beschreef in een lyrische, soms hysterische stijl. ‘De vlam der solidariteit schoot breed uit,’ schreef ze over de spoorwegstaking van 1903, die ‘de dompige atmosfeer van het kleine Holland [vulde] met een laaiend vuur’.

Het vuur bleek een strovuur, toen een algemene staking die gericht was tegen het wettelijke stakingsverbod voor overheids- en spoorwegpersoneel door gebrek aan arbeiderssteun en onenigheid binnen de SDAP eindigde in een deceptie. Roland Holst werd meegesleurd in de partijstrijd tussen dogmatische marxisten – de latere communisten – en de revisionisten onder leiding van Troelstra. Toen het in 1909 tot een scheuring kwam, stapte ze over naar de orthodox-marxistische Sociaal Democratische Partij.

Als lid van die partij correspondeerde ze met socialistische boegbeelden als Rosa Luxemburg. In 1915 ontmoette ze op het internationale socialistische congres in het Zwitserse Zimmerwald haar grote held Trotsky. Toen twee jaar later de Russische Revolutie uitbrak, was ze ervan overtuigd dat het de eerste stap was op de weg naar het wereldsocialisme. Ze nam in 1921 in Rusland deel aan het Komintern-congres en verdedigde de communistische dictatuur als een noodzakelijke fase op weg naar de heilstaat.

Maar Roland Holst bleef niet blind voor de gruwelen in Rusland. In de jaren dertig viel ze van haar communistische geloof, wat tot ‘een doorbrandend leed van teleurstelling’ leidde. Aan het einde van haar leven zocht ze haar toevlucht in een vaag religieus socialisme.

Uit Droom en daad doemt een beeld op van een vrouw die hartstochtelijk verlangt naar een rechtvaardige en harmonieuze wereld waaraan ze een bijdrage wil leveren, maar stuit op de weerbarstige realiteit. Zelf omschreef Roland Holst deze spanning als ‘de oude tweespalt tussen realiteit en droom’. Ontgoocheld stelde ze vast dat ze niet had ingezien ‘welke
verstarrende en dodelijke tendenties de voorstellingen van de marxistische heilstaat beheersen’.

Annette Apon vertelt dit tragische levensverhaal met bijna uitsluitend archiefbeelden uit het begin van de vorige eeuw. Dat werkt uitstekend, want de beelden van fabrieksarbeiders, stoomtreinen enzovoort voeren de kijker naar de tijd van Roland Holst.

De interesse van de filmmaakster in deze vrouw verbaast niet. Babyboomer Apon herkent zich vast in het conflict tussen realiteit en droom, omdat ook zij een marxistisch politiek verleden heeft – in de jaren zeventig was ze lid van het Amsterdams Stadsjournaal, een collectief van marxistische filmers dat met strijdbare documentaires de grond vruchtbaar wilde maken voor de naderende revolutie.

Roland Holst werd door hen beschouwd als een renegaat en kwezel, maar ze hadden zich beter in het leven van deze vrouw kunnen verdiepen. Dan waren ze nooit toegetreden tot de communistische kerk en hadden ze zich het pijnlijke proces van geloofsuittreding kunnen besparen.

Jos van der Burg is filmrecensent bij Het Parool en de Filmkrant


Droom en daad
Annette Apon
Vanaf 22 november in de filmtheaters

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.