Pot verwijt ketel in zaak troostmeisjes
door Judith Stalpers/ Tokyo
Het is meer dan droevig wat vandaag de dag weer aan ‘historische’ geluiden uit Tokyo komt. De minister-president Shinzo Abe ontkende aanvankelijk de officiële rol van het Japanse leger in het rekruteren van seksslavinnen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Abes eigen kabinetssecretaris bleef de onschuld van het Japanse leger verkondigen. ‘Er bestaan geen officiële schriftstukken,’ beweerde hij, en: ‘De vrouwen werden niet met geweld gerekruteerd’, zoals de Konoverklaring met de excuses uit 1993 beweert. Pas na grote internationale verontwaardiging bood Abe alsnog zijn verontschuldigingen aan.
De Japanse jeugd krijgt voorlopig echter niets meer over troostmeisjes te horen, want het thema is in de laatste censuurronde van het ministerie van Onderwijs weer geschrapt uit de meeste schoolboeken. Japan was in de Tweede Wereldoorlog geen agressor, maar slachtoffer.
De koele houding van Abe tegenover de troostmeisjes staat in schril contrast met zijn emotioneel engagement rond zeventien door Noord-Korea gekidnapte Japanners. Zo’n twintig jaar geleden zijn ze met geweld naar Noord-Korea gebracht om daar als vertaler of taalleraar te werken. Een gigantisch politiek thema in Japan, waarmee het ook de internationale politiek belast in de zespartijengesprekken met Noord-Korea over zijn kernwapenprogramma.
Laten we het geheel even in een breder perspectief zetten. Aanleiding tot de commotie is een initiatief van een Amerikaanse senator in het Huis van Afgevaardigden een resolutie in stemming te brengen om Japan te dwingen zich nogmaals tegenover de troostmeisjes te verontschuldigen.
Het waren echter vooral de Amerikanen die het de troostmeisjes moeilijk hebben gemaakt. Onder het toeziend oog van de Amerikaanse bezettingsmacht zijn na de oorlog op ministeries in Japan honderdduizenden documenten vernietigd, waarschijnlijk ook de harde bewijsstukken rond de militaire bordelen.
Bepalender was de rol van de Amerikaanse openbaar aanklagers in het Tokyo Tribunaal. Zij wilden zich concentreren op een beperkt aantal wandaden. Zo werden kwesties als ‘gedwongen prostituees’ en ‘dwangarbeiders’ expliciet buiten beschouwing gelaten. Die werden in het San Francisco Vredesverdrag multilateraal geregeld. Daarmee zijn de troostmeisjes puur juridisch in een rechtsvacuüm beland.
Dit artikel is exclusief voor abonnees