De moeizame relatie tussen Adams en Jefferson
De karakters en achtergrond van John Adams en Thomas Jefferson, de twee hoofdspelers in de Amerikaanse Revolutie, waren zeer verschillend. De lange en elegante Jefferson uit Virginia was grootgrondbezitter, slaveneigenaar, en verslaafd aan literatuur, kunst, wijn en vrouwen. Door zijn eruditie werd hij de auteur van de Onafhankelijkheidsverklaring, die de wereld inspireerde. De gedrongen en snel geïrriteerde advocaat Adams uit Massachusetts was sober, pragmatisch en wars van hoogdravend exceptionalisme. Nadat ze als broeders optrokken in de vrijheidsstrijd en samen door Europa reisden, dreef de Amerikaanse partijpolitiek ze uiteen. Adams, die George Washington als president opvolgde, maakte zich snel belachelijk met zijn monarchale kapsones en riep argwaan op met zijn pleidooi voor federale staatsmacht. Hij werd al na een termijn verslagen door zijn vicepresident Jefferson, die zich verrassend opwierp als voorvechter van de gewone boeren, autonomie van de deelstaten en een bescheiden presidentschap. Dit affront vergiftigde hun vriendschap. Maar op latere leeftijd begonnen ze een briefwisseling, die pas eindigde toen ze beiden op 4 juli 1826 stierven, op de vijftigste verjaardag van de Onafhankelijkheidsverklaring. Gordon Wood beschrijft hun ingewikkelde verstandhouding als een intellectuele dialoog tussen twee interpretaties van de Amerikaanse Revolutie en de grondwet die daaruit voortkwam. Dit biedt een verfrissend en levendig perspectief op een tijd waarin de Verenigde Staten zichzelf definieerden en het eerste politieke partijsysteem ontstond. Alleen al omdat die tweestrijd opvallend actueel blijft, is het de moeite waard te lezen wie Woods favoriet blijkt.
Jaap Verheul is historicus en docent aan de Universiteit Utrecht.