Home ‘De rol van Gisèle is door de mannen overschaduwd’

‘De rol van Gisèle is door de mannen overschaduwd’

  • Gepubliceerd op: 24 april 2019
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Lola Bos
‘De rol van Gisèle is door de mannen overschaduwd’

Gisèle d’Ailly-van Waterschoot van der Gracht stond centraal tijdens Helden en Schurken op 17 april in Amsterdam. Onder leiding van voormalig NIOD-directeur Hans Blom ging biograaf Annet Mooij in gesprek met documentairemaker Cees van Ede over de excentrieke kunstenares, die tijdens de Tweede Wereldoorlog samen met Wolfgang Frommel Joodse jongens onderdak bood. Helden en Schurken is een initiatief van Historisch Nieuwsblad, Verzetsmuseum Amsterdam, NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies en VPRO.

Een fragment uit de documentaire die Cees van Ede over Gisèle maakte, vormt het beginpunt van deze middag. In het stukje film klimt Gisèle op een rots op het eiland Paros, waar ze het tweede deel van haar leven heeft gewoond. Ze is dan 84 en één en al energie en levenslust. Dit fragment is kenmerkend voor haar karakter, want Van Ede en biograaf Annet Mooij verwijzen gedurende de middag nog herhaaldelijk naar haar als bijzonder, intrigerend en veelzijdig.
 

Castrum Peregrini

Gisèle d’Ailly-van Waterschoot van der Gracht, een excentrieke kunstenares met een appartement aan de Herengracht in Amsterdam, besloot in januari 1943 Joodse jongens bij zich in huis te nemen. De toenemende anti-Joodse maatregelen waren de directe aanleiding voor deze onderduik. In 1937 was de Duitse dichter Wolfgang Frommel naar Nederland gekomen. Hij zorgde dat de jongens bij haar terechtkwamen. Gisèle was onder de indruk van de charismatische Frommel en dat gaf de doorslag voor haar besluit. Samen met de jongens vormden zij de woongemeenschap Castrum Peregrini, waaruit na de oorlogeen literair tijdschrift en uitgeverij zijn voortgekomen.

Mooij vertelt over de jeugd van Gisèle: ‘Haar moeder was een Oostenrijkse barones en haar vader een katholieke patriciër. Dat leidde bij Gisèle tot een sterk standsbewustzijn en vasthoudendheid aan het katholieke geloof.’ Ze had haar avontuurlijke jeugd op veel verschillende plekken doorgebracht, waaronder de Verenigde Staten, Oostenrijk en Frankrijk. Dit nomadenbestaan had in haar het zaadje geplant voor een verlangen naar een hechte familie. ‘In katholieke internaten had ze zich eenzaam gevoeld. Frommel zorgde voor een goede stemming binnen het gezelschap. Gisèle vond dat ze eigenlijk een familie waren geworden,’ aldus Mooij. ‘Gisèle herinnerde zich de strenge principes van haar vader,’ merkt Van Ede op. Op zijn advies had zij bijvoorbeeld ook geweigerd om te tekenen voor de Reichskulturkammer. ‘Ze vond het vanzelfsprekend om te helpen. Gisèle was anti-burgerlijk en had een vrijgevochten karakter.’
 

‘De omgang met vrouwen zag Frommel als een struikelblok op weg naar het “hogere”‘

Haar verhouding tot Frommel was opmerkelijk. Hij had grote bewondering voor de dichter Stefan George, die op zijn beurt een geheimzinnig leven leidde met jonge discipelen. Frommel zag het, in navolging van George, als zijn missie om jongens op te voeden in de dichtkunst. Hij realiseerde dat leven tijdens de bezetting. Hij richtte zich op elitaire, dichterlijk getalenteerde, mooie jongens. ‘Frommel wilde niet dat jongens in een exclusieve relatie met een vrouw verkeerden, de groep moest voor iedereen het belangrijkste zijn,’ constateert Mooij. ‘De omgang met vrouwen zag Frommel als een struikelblok op weg naar het “hogere”.’

Hans Blom wijst erop dat er de laatste jaren steeds meer verhalen over seksueel misbruik opduiken over  Frommel en zijn ‘commune’. Frommel meende het Griekse model van pedagogische eros te hanteren, waarbij een oudere man een jongen onderwijst. De verliefdheid in die relatie moest gesublimeerd worden en ingezet worden voor de vorming. ‘Het seksuele karakter, dat zijn relaties volgens mij wel hadden, komt niet overeen met dit Platonische ideaalbeeld. Frommel was een pederast en viel op jonge adolescenten,’ aldus Mooij.
 

Slachtoffer

Van Ede ziet hierin de tragiek van de situatie. Gisèle verschafte de jongens een woonruimte en zorgde met haar werk voor geld om van te leven. ‘Toch werd ze buitengesloten, omdat ze een vrouw was. Daarom zie ik haar ook als slachtoffer van deze situatie.’ Mooij is het daar niet helemaal mee eens. ‘We weten niet hoezeer ze daaronder geleden heeft en ze heeft ook gewoon weggekeken. Ze maakte van haar leven een sprookje. Met nare dingen liep ze niet te koop. Ze mocht bijvoorbeeld niet bij de “heilige leesavonden” zijn en deed daarom alsof die er niet waren. Ik denk dat ze dat ook met het seksueel misbruik heeft gedaan. ‘

Frommel is altijd de centrale persoon in de beeldvorming geweest. Volgens Mooij  vergrootte hij zijn eigen rol uit en namen anderen dat over. ‘De rol van Gisèle is door de mannen overschaduwd,’ stemt Van Ede in. ‘Frommel kreeg ook veel eerder de onderscheiding van Yad Vashem.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.