Home De afstandelijke versus invoelende aanpak

De afstandelijke versus invoelende aanpak

  • Gepubliceerd op: 21 februari 2011
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Geertje Dekkers
  • 4 minuten leestijd

Ze vertegenwoordigen twee uitersten in het literatuuronderzoek rond 1900: de degelijke neerlandicus Jan te Winkel en de bevlogen letterkundige W.G..C. Byvanck. De eerste had het dorre imago van de afstandelijke, neutrale wetenschapper die vooral graag classificeerde. Hij produceerde eindeloze reeksen lijstjes, bijvoorbeeld van ‘Nederlandsche Vischnamen’ of van ‘Tooneelstukken vertoond op de Amsterdamsche Schouwburg tusschen 1815 en 1819’.

Byvanck was de flamboyante van de twee, de bohémien die graag in Parijs kwam. Hij vond dat een onderzoeker zijn smaak en persoonlijkheid juist moest laten meespelen, want daar ging het volgens hem om in de letteren. Literatuuronderzoek moest karakter hebben.

Van afgelopen september tot en met januari hebben Byvanck en Te Winkel de Leuvense historicus Jo Tollebeek beziggehouden, als fellow van de Koninklijke Bibliotheek (KB) in Den Haag en het onderzoeksinstituut NIAS in Wassenaar. Op 24 maart houdt hij een publiekslezing over de twee literatuurwetenschappers met de titel Mannen van karakter.

‘Voordat ik naar Den Haag ging, wist ik niet dat ik deze twee zou gaan bestuderen,’ zegt Tollebeek op zijn laatste werkdag in de Koninklijke Bibliotheek. ‘Ik heb dit fellowship gebruikt om de collecties te leren kennen en heb me laten leiden door het materiaal dat aanwezig was. Van Te Winkel en Byvanck lag hier veel – van Byvanck doordat hij van 1895 tot 1921 bibliothecaris was van de KB. Ik kende hen van tevoren nauwelijks, maar het leken me twee mooie tegengestelde figuren aan de hand waarvan ik kon laten zien wat er rond 1900 in het literatuuronderzoek gebeurde.’

Tollebeek, die veel publiceerde over de geschiedenis van de geschiedschrijving, heeft zich de afgelopen maanden op de literatuurwetenschap gestort: ‘Rond 1900 werd dat een wetenschappelijke discipline – voor zover dat gelukt is tenminste. Literatuurwetenschappers zijn er nooit helemaal in geslaagd hun terrein te monopoliseren, zoals natuurwetenschappers dat wel hebben gedaan.’ Andere kenners, bijvoorbeeld de schrijvers zelf, doen nog volop mee aan debatten over literatuur, ook nu nog.

Dat hangt samen met het feit dat literatuurwetenschappers nooit één wetenschappelijke methode hebben ontwikkeld; bij historici is er op dat vlak toch meer eenduidigheid. ‘In zekere zin speelt de tegenstelling tussen Byvanck en Te Winkel nog steeds,’ stelt Tollebeek. Voorstanders van een meer afstandelijke en een meer invoelende aanpak staan ook nu nog tegenover elkaar.

‘Dit theoretische debat tussen deze twee partijen is inmiddels wel bekend. Mij ging het erom wat er rond 1900 in de gemeenschap van de letterkundigen werkelijk gebeurde. Ik heb geprobeerd als een antropoloog de stam van de literatuurwetenschappers te benaderen, met oog voor allerlei kleine praktijken en rituelen in die gemeenschap. Zo viel het me op dat voor Te Winkel onderzoek onlosmakelijk verbonden was met moraal. Wetenschappers deelden in zijn opvatting een ethiek: ze waren gedisciplineerd, solide en arbeidzaam. Byvanck stelde die ethiek voortdurend ter discussie doordat hij veel minder afstand tot zijn onderwerp bewaarde.’

En toch bleek de tegenstelling tussen Byvanck en Te Winkel minder groot dan Tollebeek aanvankelijk had gedacht. Want toen Byvanck in 1895 werd benoemd tot bibliothecaris van de KB, bleek hij wel degelijk prijs te stellen op orde en structuur: ‘Byvanck bleek meerdere dimensies te hebben,’ concludeert Tollebeek. ‘Hij vond dat een instelling als de Koninklijke Bibliotheek discipline nodig had.’ En dus zette Byvanck zich in voor een ordelijke en precieze organisatie, alsof hij veranderd was in een Te Winkel-achtige figuur – al waren zijn inhoudelijke opvattingen over de literatuurwetenschap hetzelfde gebleven.

Byvanck had aan de KB een mooie positie, maar het serieuze onderzoek vond in die tijd steeds meer plaats aan de universiteit. Netwerken werden daar erg belangrijk. Tollebeek: ‘Er werd in die tijd aan schoolvorming gedaan en er ontstond zelfs een soort clangevoel. Niet op basis van theoretische overeenkomsten, maar meer vanuit een soort familie-idee. Daarom dacht Te Winkel bijvoorbeeld goed na toen hij een promotor moest kiezen. Hij vond dat je zo iemand trouw moest zijn, ook na je promotie. En vaak kon een promotor je later aan baantjes helpen. Zulke dingen zie je overigens nog steeds.’

Voor Te Winkel was het familiegevoel serieus: ‘Hij hield een album bij met afbeeldingen van geleerden, alsof het een familiealbum was,’ zegt Tollebeek. En toen hij was geschilderd door Thérèse Schwartze – een ietwat stijf portret, vindt Tollebeek – stuurde hij trots een foto van het schilderij rond aan andere wetenschappers.

Tollebeek vond de foto’s in het archief van de KB: ‘Ik heb de afgelopen vijf maanden stapels bronnen doorgewerkt en bijna tweeduizend pagina’s aan aantekeningen gemaakt. Ik ben als onderzoeker geneigd vooral heel veel informatie te verzamelen. Sommige onderzoekers beginnen met een vooropgezet plan, maar zo werkt het voor mij niet. Ik benader een onderwerp als een nieuwe stad. Daarin moet je vooral heel veel rondlopen om de weg te leren kennen.

Zo doe ik het ook met mijn bronnenmateriaal. Ik kijk veel om me heen. Daarbij kun je niet voorkomen dat je op een gegeven moment verdrinkt in het materiaal. Wat dat betreft heeft de blog die ik bijhield op de site van de KB me geholpen. Daar kon ik iedere tien dagen iets schrijven over mijn onderzoek. Dat scherpt de geest, en bovendien word je zo gedwongen snel keuzes te maken.’

LEZING JO TOLLEBEEK MANNEN VAN KARAKTER. DE WORDING VAN DE MODERNE GEESTESWETENSCHAPPEN. 24 MAART 2011, 20 UUR, KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, PRINS WILLEM-ALEXANDERHOF 5, DEN HAAG. GRATIS ENTREE. VERPLICHT RESERVEREN VIA: ACTIVITEITEN@KB.NL.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.