Home Bommeljé

Bommeljé

  • Gepubliceerd op: 8 januari 2001
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Bastiaan Bommeljé

April is de wreedste maand voor dichters, maar december is dat voor historici. Dit is de tijd waarin een ieder het verleden wil afschudden, dat plots zwaar en ongewenst lijkt. Goede voornemens staan klaar de toekomst tegemoet te marcheren, bewapend slechts met valse hoop, zelfbedrog, en een suïcidaal verlangen naar het slagveld der geschiedenis. December is geen maand voor historici om gelukkig te zijn, want dit is de tijd waarin men beseft dat het verleden een tragedie is die men beter kan overslaan, en het heden een farce die men beter kan ontlopen.

        Er is één troost. Het voorbije jaar was een alleszins aardig jaar voor vaderlandse geschiedschrijvers. Zo aardig dat het zelfs moeilijk is te bepalen wie wij hier mogen uitroepen tot de gelukkigste historicus van 2000.
        Was het wellicht de Groningse hoogleraar Doeko Bosscher? Hij was de drijvende kracht achter het eredoctoraat voor Helmut Kohl. Hij kon zijn geluk niet op toen de media gedwee reageerden op zijn schielijke afgelasting van de persconferentie met de nieuwe doctor, nadat bleek dat diens verdiensten bovenal scholen in het heimelijk vergaren van miljoenen zwarte marken voor de partijkas. Nu de promotie achter de rug is, kan Bosscher zich weer opgelucht wijden aan zijn pogingen in de Volkskrant het record voor de vederlichtste historische verhandeling te breken.
        Of was de gelukkigste historicus iemand uit het team van de televisiedocumentaire Dutch Approach over de Zuid-Molukse gijzelingen in de jaren zeventig? Hier moet het geluk mateloos zijn geweest toen de pers klakkeloos het voorproefje met verknipte uitspraken van Den Uyl (‘een executie’) en Van Agt overnam. Toen sommige kranten later schoorvoetend erkenden dat hier sprake was van geschiedvervalsing van beschamende proporties, was de publiciteit al binnen – en bleek hoe het staat met het historisch besef in de vaderlandse media.
        Of was de gelukkigste historicus van 2000 wellicht Professor Hans Blom? Hij mag zich in twee opzichten gelukkig noemen. Zo werd het Srebrenica-onderzoek van zijn Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie gered van stagnatie en stuurloosheid door de plotse genereuze overdracht door de Canadezen van hun gehele archief over Bosnië. Of dit betekent dat het NIOD-rapport straks bovenal een transatlantisch perspectief op de Nederlandse naïviteit zal bieden, is onbekend. Maar vast staat dat Hans Blom in ieder geval iets zal hebben om te overhandigen, hetgeen lang onzeker was. Zijn tweede gelukje kwam toen bleek dat een Amsterdamse uitgeverij alsnog het door hem geëntameerde tijdschrift voor contemporaine geschiedenis Nieuwste tijden wilde redden van de vuilnisbelt der geschiedenis. Daar lag het sinds de SdU het project torpedeerde, en de wonderbaarlijke wedergeboorte brengt Blom weer een stapje nader tot de vervulling van zijn wens de spil te zijn van de contemporaine geschiedschrijving in Nederland.
        Of was de gelukkigste historicus misschien de hoogleraar over wie dit jaar wederom geruchten gingen dat hij vanwege zijn ongewenste intimiteiten, zijn drankprobleem en het al vrijelijk citeren uit doctoraalscripties van studenten de laan uit zou worden gestuurd? Ja, hij is de gelukkigste, want zelfs deze wrede decembermaand blijft zijn naam hier ongenoemd. Voorlopig.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.