Home BOEKEN: De baron is geen burger

BOEKEN: De baron is geen burger

  • Gepubliceerd op: 15 augustus 2012
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Rob Hartmans
  • 4 minuten leestijd

‘Geschiedenis is de geestelijke vorm, waarin een cultuur zich rekenschap geeft van haar verleden,’ luidt een beroemde definitie van Huizinga, die men zou kunnen aanvullen met: ‘en van het heden.’ Historische studies zijn immers vrijwel altijd een reflectie van de politieke en culturele preoccupaties van de samenleving waarbinnen de historicus leeft en werkt. Zo verschenen er in de jaren zeventig en tachtig veel onderzoeken naar arbeidsomstandigheden en eventueel verzet van grondwerkers, turfstekers en havenarbeiders, terwijl de afgelopen vijftien jaar steeds meer aandacht wordt besteedt aan de adel en ander geprivilegieerde groepen.



Een van de auteurs die gefascineerd zijn door de adel – een wereldje binnen onze egalitaire en meritocratische samenleving waarvan je, hoezeer je je best ook doet, nooit deel kunt uitmaken als je er niet van je geboorte af bij hoort – is historica Ileen Montijn, die onlangs het boek Hoog geboren publiceerde. In tegenstelling tot sommige auteurs maakt haar fascinatie haar niet kritiekloos, en soms schrijft ze aangenaam ironisch over de pretenties van veel edellieden. Bovendien beschikt Montijn, die zich duidelijk wil richten tot een breed publiek, over een vlotte pen en komt ze met talloze boeiende en curieuze anekdotes.

Wat het lezen van Hoog geboren echter toch vrij moeizaam maakt, is Montijns sociologische aanpak. Het boek heeft namelijk een thematische opzet, waarbij een schier eindeloze hoeveelheid onderwerpen aan bod komt, zoals huwelijksstrategieën, familiehuizen, huwelijken en andere feesten, paardrijden en de jacht, liefdadigheid en bestuurlijke activiteiten, tafelmanieren en het adellijk dialect, en nog veel meer.

Deze worden behandeld in relatief korte hoofdstukjes, waarbij de ‘grote lijn’ wordt geïllustreerd met voorbeelden uit een periode die kan variëren van de tweede helft van de achttiende tot het begin van de eenentwintigste eeuw. Dit resulteert er niet alleen in dat ontwikkelingen niet echt zichtbaar worden, maar ook dat het boek nogal ‘opsommerig’ en daardoor vermoeiend wordt.

Duidelijk niet voor een breed publiek geschreven is de niettemin leesbare dissertatie van Jaap Moes. In Onder aristocraten stelt hij zich de vraag hoe het kwam dat de adel, die bij de grondwetsherziening van 1848 zijn politieke privileges kwijtraakte, in de Nederlandse politiek en samenleving toch lange tijd een dominante rol kon blijven spelen. Bovendien wilde hij onderzoeken of – wat over het buitenland vaak beweerd wordt – de adel in Nederland min of meer opging in een relatief kleine elite waarvan ook patriciërs en rijke burgers deel uitmaakten.

Moes heeft hierbij onder meer gebruikgemaakt van een enorme hoeveelheid kwantitatief materiaal – zoals belastinggegevens en notariële stukken –, dat op de bijgeleverde cd-rom verzameld is. Het resultaat is een voorbeeldige studie, waarin wordt aangetoond dat de Nederlandse adel na 1848 disproportioneel veel macht en invloed bleef bezitten en er geen sprake was van een ‘fusie’ tussen adel en niet-adellijke welgestelden.

Doordat de rijkdom van de adel traditioneel gebaseerd was op grondbezit, werden als gevolg van de industrialisatie en de agrarische crisis aan het einde van de negentiende eeuw veel adellijke families in rijkdom voorbijgestreefd door succesvolle burgers. Een klein deel van de adel wist zich aan te passen aan de nieuwe economische verhoudingen en begon een deel van het vermogen anders te beleggen, terwijl de meerderheid zich terugtrok op het aloude bezit.

Van een echt ‘opgaan’ in de burgerlijke elite was echter in geen van beide gevallen sprake. Wat dit betreft nuanceert Moes een andere beroemde uitspraak van Huizinga: ‘Of wij hoog of laag springen, wij Nederlanders zijn allen burgerlijk, van den notaris tot den dichter en van den baron tot den proletariër.’

Een korte samenvatting als deze doet geen recht aan de rijkdom die Onder aristocraten – dat ook aandacht besteedt aan de politieke rol, het zelfbeeld en de huwelijksstrategieën van de adel – te bieden heeft. Wie echt geïnteresseerd is in de positie en rol van de Nederlandse elite in een periode dat Nederland in hoog tempo veranderde, kan niet om het boek van Moes heen.


Hoog geboren. 250 jaar adellijk leven in Nederland
Ileen Montijn
448 p. Contact, € 29,95

Onder aristocraten. Over hegemonie, welstand en aanzien van adel, patriciaat en andere notabelen in Nederland, 1848-1914
Jaap Moes
358 p. Verloren, € 39,00

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.