Black Lives Matter-activisten richtten zich afgelopen zomer niet alleen tegen standbeelden van discriminerende mannen, maar ook tegen bedrijven met dubieuze merknamen en logo’s. Een reeks ondernemers koos daarom voor nieuwe namen. Een paar opvallende voorbeelden.
Sinds 1935 aten Australiërs Coon cheese, een cheddar die was genoemd naar ontwikkelaar Edward William Coon. Decennialang werd er over de naam geklaagd, omdat die ook een racistische aanduiding is voor iedereen met een donkere huid. Maar het bedrijf achter de kaas neemt er nu afscheid van: ‘We geloven dat we allemaal de verantwoordelijkheid delen om racisme in al zijn vormen uit te bannen. We zijn van mening dat dit een belangrijke stap is die we moeten nemen om deze toewijding te handhaven.’ De nieuwe naam was nog niet bekend toen dit blad ter perse ging.
Roomijsjes met een laagje chocola werden in Denemarken verkocht onder de naam Eskimo. Dat kon niet meer, besloot de fabrikant deze zomer, want de naam was beledigend voor Inuit.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Dixie Beer uit New Orleans meldt dat het streeft naar een ‘verenigde, sterkere en veerkrachtigere’ thuisbasis en dat het daarom de naam verandert. ‘Dixie’ riep namelijk associaties op met de Zuidelijke Staten en de tijd dat die de slavernij verdedigden.
Aunt Jemima’s stroop verdwijnt, omdat zwarte Amerikanen lang clichématig werden aangeduid als aunt en uncle. Ook de afbeelding van een zwarte vrouw op het etiket was volgens critici te stereotiep. Om dezelfde reden denkt de eigenaar van Uncle Ben’s-rijst na over een ander uiterlijk.
De naamsveranderingen volgen jaren nadat de Stichting Eer en Herstel Betalingen Slachtoffers van Slavernij in 2005 aan het Nederlandse Buys vroeg de naam negerzoenen af te schaffen. Dat gebeurde, maar volgens een woordvoerder in Trouw niet vanwege antiracistische overwegingen, maar omdat de nieuwe naam ‘Zoen’ flexibeler was en ruimte bood voor thema-acties als een WK-zoen of een voorjaarszoen.