Home Cornelis Joppensz werd een van de helden van het Leidens Ontzet

Cornelis Joppensz werd een van de helden van het Leidens Ontzet

  • Gepubliceerd op: 05 nov 2003
  • Update 04 okt 2024
  • Auteur:
    Marcel Broersma
Cornelis Joppensz werd een van de helden van het Leidens Ontzet

Waarom nu?

450 jaar geleden werd Leiden bevrijd van de Spanjaarden. Jaarlijks vieren de Leidenaren het Leidens Ontzet.

Toen de watergeuzen in 1574 oprukten richting de Lammenschans bij Leiden, was de weesjongen Cornelis Joppensz de eerste die durfde te controleren of de Spanjaarden de aftocht hadden geblazen. Zwaaiend met zijn pet luidde hij een volksfeest onder de Leidse bevolking in, maar in de jaren daarna werd er nog maar weinig van hem vernomen.

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u ook toegang tot HN Actueel? Hiermee leest u dagelijks geschiedenisverhalen met een actuele aanleiding op onze website en ontvangt u exclusieve nieuwsbrieven. U kunt de eerste maand onbeperkt lezen voor € 1,99. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Al meer dan vier maanden werd Leiden belegerd door de Spanjaarden. Eten was er nauwelijks meer. De inwoners kookten gras met paardenvet en slachtten katten en honden. Om de honger te verdrijven kauwden ze op de huiden. De situatie leek onhoudbaar. Toen werd het springtij, en met het water kwamen de geuzen. Zij doorstaken dijk na dijk en voeren zo af op de Spanjaarden die waren gelegerd in versterkingen – schansen – rond de stad. Door het donderende geschut en het wassende water raakten die in grote paniek.

Meer historische verhalen lezen? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

De inwoners volgden de strijd vanaf de muren. Ze juichten en bonden vaandels aan de molenwieken om hun vreugde kenbaar te maken. Ook de weesjongen Cornelis Joppensz keek opgewonden toe. De watergeuzen rukten door een nauw kanaal op naar de Lammenschans, op een kwartier lopen van de stad. Dit was een gevaarlijke manoeuvre, want ze moesten achter elkaar varen. Als de Spanjaarden de voorste schuit naar de bodem zouden schieten, konden zij niet voort en moesten ze een nieuw kanaal graven. Maar dit gebeurde niet, en de volgende ochtend klonken er zelfs geen schoten meer uit de schans.

Cornelis Joppensz was die hele nacht in 1574 blijven kijken. In het aartsdonker zag hij brandende toortsen zich verwijderen van de schans. Ze kwamen niet weerom. Had de vijand de aftocht geblazen? De volgende ochtend rende Cornelis naar het stadsbestuur en bood aan om voor zes gulden te gaan kijken. Als hij gevangen werd genomen, zou hij zeggen dat honger hem de stad uit had gedreven.

Gespannen keken de Leidenaren toe hoe Cornelis naar de schans liep. Ze zagen hem op de wal klimmen en met zijn pet zwaaien; de schans was verlaten. Nu brak de vreugde los, vooral toen even later de watergeuzen de stad binnenvoeren. Het was ‘rou, woest en vreeselyck volk, gekerft en doorhackt van wonden’, maar ze brachten wel haring en wittebrood. Ook levensmiddelen uit de schansen werden uitgedeeld. Een ketel met een restje hutspot die Cornelis daar had aangetroffen, werd triomfantelijk in de lucht gehouden.

Cornelis Joppensz held van Leidens Ontzet
Een standbeeld van Cornelis Joppensz, met hutspot in zijn hand. Bron: Wikimedia Commons/Biccie.

Van Joppensz is in latere jaren weinig meer vernomen. Alleen in 1588 dook zijn naam nog op. Toen vroeg hij het stadsbestuur om een baan als schipper op Amsterdam. Hij voerde aan dat hij als eerste de schans had bereikt, maar de burgemeesters waren niet gevoelig voor dit argument. Zij wezen zijn verzoek af.

Het is onbekend wanneer Joppensz is geboren en gestorven. Toch groeide de weesjongen uit tot een van de helden van Leidens ontzet. Zijn naam leeft voort in een buurthuis en Leiden vernoemde een gemeentelijke onderscheiding voor verdienstelijke stadgenoten naar hem. In 1884 was al een standbeeld onthuld van burgemeester Pieter Adriaensz van der Werff, die volgens de overlevering de belegerde stedelingen zijn lichaam ter maaltijd had aangeboden. In 1961 werd ook Cornelis Joppensz in brons vereeuwigd. Beeldhouwer L.O. Wenckebach boetseerde een magere jongen, met holle ogen. Hij zwaait met zijn arm naar de toeschouwers op de muren en toont de ketel hutspot.

Het beeld staat voor station Leiden Lammenschans, op de plek waar Cornelis de verlaten veste vond. Bij de onthulling serveerde een als weesjongen verklede soldaat het brouwsel van aardappelen, peen en uien. Hierna maakten de genodigden op de tonen van een muziekkorps ‘spontaan een rondedansje om het beeld’. Vrolijk zou het er blijven, want carnavalsvereniging De Hutspotten zette voortaan elk jaar op 11 november om elf over elf ’s avonds een steek op het ingevallen hoofd van Cornelis Joppensz.

Nieuwste berichten

Een boer rijdt vloeibare mest uit over het land
Een boer rijdt vloeibare mest uit over het land
Interview

De politiek kiest al zestig jaar dezelfde tactiek bij het mestprobleem: vertragen

Landbouwminister Femke Wiersma wil de uitzonderingspositie voor Nederlandse boeren verlengen. Door deze zogeheten derogatie mogen ze meer mest uitrijden dan eigenlijk is toegestaan. Maar volgens de Financial Times gaat de EU haar verzoek om verlenging weigeren. Ondertussen ruziet ze met een andere BBB-minister over de mestplannen van het demissionaire kabinet. Wiersma’s opstelling past in een...

Lees meer
Gebouw Federal Reserve
Gebouw Federal Reserve
Artikel

Opheffing van de Amerikaanse Federale Bank veroorzaakte economische rampspoed

President Donald Trump heeft een afkeer van de Federal Reserve Bank (FED), de Amerikaanse centrale bank. Daarin staat hij niet alleen. Zijn verre voorganger Andrew Jackson hief de bank in 1836 zelfs op. Dat leidde tot een diepe economische crisis. Van oudsher hebben Amerikanen een hekel aan centrale overheidsinstellingen. En aan bankiers. Het verklaart waarom...

Lees meer
Het hof van Karel de Stoute, vijftiende-eeuwse manuscript-illustratie
Het hof van Karel de Stoute, vijftiende-eeuwse manuscript-illustratie
Artikel

De Bourgondiërs voerden een financieel schrikbewind

Bourgondische vorsten hieven belastingen om hun oorlogen en dynastieke ambities te financieren. De Belgische historicus Marc Boone belicht hun plannen via het leven van een van hun paladijnen. Dit artikel krijgt u van ons cadeau Wilt u ook toegang tot HN Actueel? Hiermee leest u dagelijks geschiedenisverhalen met een actuele aanleiding op onze website en...

Lees meer
Marie, gravin van Bylandt door Alies Pegtel
Marie, gravin van Bylandt door Alies Pegtel
Interview

Gravin Marie van Bylandt koos een verrassend zelfstandig leven

Gravin Marie van Bylandt groeide eind negentiende eeuw op in luxe op het Haagse landgoed Oostduin, omringd door natuur, personeel en talloze huisdieren. Toch koos ze daarna een verrassend zelfstandig leven: ongehuwd, onafhankelijk en samenwonend met dierenactiviste Elisabeth des Tombe. In De vervlogen wereld van Marie, gravin van Bylandt schetst historicus Alies Pegtel hoe de...

Lees meer
Loginmenu afsluiten