Home Ontsla eens een ambtenaar

Ontsla eens een ambtenaar

  • Gepubliceerd op: 19 april 2021
  • Laatste update 13 okt 2022
  • Auteur:
    Philip Dröge
  • 2 minuten leestijd
Philip Dröge portret

Als het afgelopen jaar ons iets heeft geleerd, dan is het wel dat Nederland minder goed wordt geleid dan we altijd dachten. Ons koninkrijk is een bestuurlijke plaats delict, bezaaid met gebroken beloftes van Hugo de Jonge, failliete ouders en opengereten Groningse huizen.

Het lijkt gek, maar dat zou weleens door ons grote aantal ambtenaren kunnen komen. Van alle werknemers in ons land is 20 procent dienaar van de staat. Nieuw-Zeeland – toch geen beroerd geleid land – heeft genoeg aan slechts 11,5 procent. In het al even georganiseerde Zuid-Korea staat slechts 10 procent op de loonlijst van de overheid. Beide landen deden het wél erg goed in de coronacrisis.

Dat te veel ambtenaren slecht voor een land zijn, weten we dankzij de Britse historicus Cyril Northcote Parkinson. Hij ontdekte ooit dat vlak na de Eerste Wereldoorlog het aantal kantoorklerken op het Britse hoofdkwartier van marine enorm toenam (+78 procent), terwijl het aantal oorlogsschepen dramatisch slonk (-68 procent).

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Hij spitte door overheidsstatistieken en zag dat fenomeen overal terugkomen. Het aantal ambtenaren op het Londense ministerie van Koloniën groeide tussen 1935 en 1953 bijvoorbeeld met 500 procent, terwijl het Empire ineenschrompelde tot een paar tochtige rotspunten in de Atlantische Oceaan. De omvang van een overheidsinstantie heeft niets te maken met de taak die zij uitvoert, zo formuleerde Parkinson een van zijn roemruchte wetten.

Sterker nog: als je het personeelsbestand niet streng bewaakt, vermeerderen ambtenaren zich als konijnen. Al snel ga je over een kritische grens, waarna ze voornamelijk werk voor elkaar scheppen met clusterbrede normeringskaders en prestatiesturingsrapportages. Hij schreef er een even hilarisch als doortimmerd boekje over: Parkinson’s Law. Ontsla eens in de zoveel tijd een groot deel van de beleidsmakers, betoogt hij aan de hand van historische voorbeelden. Het doet de overheid goed.

Zelfs ministers moet je niet te veel hebben. Vijf is ideaal, berekende Parkinson. Zijn er meer, dan vormen de vijf belangrijkste excellenties een clubje dat aparte vergaderingen gaat beleggen om beslissingen voor te koken. Wie het Catshuis-overleg een beetje volgt, kan niet om de conclusie heen dat Parkinson ook op dat gebied nog altijd gelijk heeft.

 

 

Dit artikel is gepubliceerd in Historisch Nieuwsblad 5 - 2021