Home Mijn verhaal

Mijn verhaal

  • Gepubliceerd op: 24 nov 2003
  • Update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Martine Postma

In ‘Mijn verhaal’ vertellen lezers over een historische gebeurtenis waarbij zij betrokken waren. Roelf Tillart (74) trok als 16-jarige tijdens de Hongerwinter van 1944-’45 naar Groningen om voedsel te zoeken.


‘Pas toen ik zelf kinderen kreeg, dacht ik: hoe hebben ze ons in godsnaam kunnen laten gaan? Maar destijds vond ik het heel normaal dat mijn ouders mij en mijn 21-jarige zuster Jo in februari 1945 helemaal naar Groningen lieten lopen. Ze hadden waarschijnlijk ook geen keus; bij de gaarkeuken kregen we al tulpenbollen te eten. In Groningen, waar mijn moeder familie en vrienden had wonen, was nog geen honger.

We gingen met z’n vijven op pad. Ook ons nichtje Lies ging met ons mee, en een vriendje uit de straat samen met zijn zusje. Ik herinner me nog dat dat vriendje een groot blik met gekookte bruine bonen bij zich had; daar namen we zo nu en dan een handje van. Zo liepen we de eerste dag van Amsterdam naar Amersfoort.

Hoe we de weg vonden? Dat was geen enkel probleem. Er was één grote weg, en die was hartstikke vol. In lange rijen liepen de mensen achter elkaar aan, met handkarren en bakfietsen. We hoefden alleen maar aan te sluiten en mee te lopen.

Wat een armoe zagen we om ons heen! Mensen met kapotgelopen schoenen, of zelfs zonder schoenen, karren met bijna afgebroken wielen, mensen die van vermoeidheid niet meer verder konden… Dat was echt niet leuk. Toch liepen we echt niet de hele weg te janken. Voor ons was het, ondanks de kou en de ellende, toch vooral een spannend avontuur. Wij waren jong en we hadden er echt zin in; een van ons had zelfs een mondharmonica bij zich.

In Amersfoort kregen we onderdak in een nonnenklooster, waar ze ons ook wat brood gaven. De volgende dag liepen we verder naar Harderwijk. Daar sliepen we heel wat minder comfortabel in een ambachtsschool die speciaal was opengesteld voor mensen die hongertochten ondernamen. Ik herinner me nog het geschreeuw en gegil van mannen en vrouwen die de volgende ochtend ontdekten dat hun spullen waren gestolen. Van ons was niks gepikt; wij hadden onze rieten koffertjes met touwtjes aan onze benen vastgemaakt.

De derde dag liepen we naar Staphorst. Daar werd door Engelse spitfires op de stoet geschoten. Eerst vonden we dat wel interessant – we doken weg in de berm. Maar toen we langs een in brand geschoten auto kwamen en mensen vertelden dat er doden waren gevallen, werden we toch wel een beetje bang. Ik heb me altijd afgevraagd hoe die Engelsen dat hebben kunnen doen. Natuurlijk, er zaten ook Duitsers op de weg, maar ze wisten toch dat er vooral arme, hongerige mensen liepen?

De brug over de IJssel zijn we overgestoken met een paard-en-wagen. Je mocht er alleen overheen als je vervoer had, dus hebben wij aan iemand gevraagd of we mee mochten. In die wagen, die volgeladen was met zakken en rommel, zat een onderduiker verstopt. Wij zijn boven op die zakken gaan zitten, dan viel het niet op.

Het laatste stuk van de route konden we met een vrachtauto meerijden. Mijn zuster is bij een tante van ons in Groningen gebleven en ikzelf ben doorgelopen naar Winschoten, waar een vriendin van mijn moeder woonde. Daar viel ik met mijn neus in de boter: zij bleek vijf mooie dochters te hebben.

De rest van de oorlog ben ik in Winschoten gebleven. Ik heb geharkt, geschoffeld en gewied. Ik kreeg weer te eten en heb al met al een leuke tijd gehad. Pas in juni ben ik teruggegaan naar Amsterdam.’

Stuur een samenvatting van uw verhaal naar Historisch Nieuwsblad, Postbus 256, 1110 AG Diemen, of redactiehn@vug.nl.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Begrijp het heden, begin bij het verleden: met HN Actueel leest u historische achtergronden bij het nieuws van vandaag. Nu de eerste maand voor maar 1,99.

Nieuwste berichten

Demping en aanleg van de riolering van de Nieuwezijds Voorburgwal in Amsterdam
Demping en aanleg van de riolering van de Nieuwezijds Voorburgwal in Amsterdam
Artikel

Amsterdam sloeg een flater door te experimenteren met riolering

De ontlasting werd Nederlandse steden rond 1850 letterlijk te veel. Overal lag poep en de stank was niet te harden. Het werd tijd voor een goede riolering, maar hoe moest die eruitzien? Rotterdam koos voor het degelijke spoelstelsel, terwijl Amsterdam besloot te experimenteren.  Europese steden verzopen in de negentiende eeuw in hun eigen drek. De...

Lees meer
Dick Schoof legt een krans op 4 mei
Dick Schoof legt een krans op 4 mei
Nieuws

Nieuw beleid: democratie komt op 4 en 5 mei centraal te staan

‘In een tijd waarin radicalisering en polarisatie alledaagse begrippen zijn geworden en er wereldwijd in toenemende mate sprake is van conflictsituaties, wijst het Nationaal Comité 4 en 5 mei op het belang van een weerbare democratische rechtsstaat.’ Dat staat in het beleidsplan voor de periode 2026-2031. De les van de Tweede Wereldoorlog is volgens het...

Lees meer
Philip Dröge
Philip Dröge
Column

Toekomstvoorspeller Turchin werd weggehoond, maar kreeg gelijk

Het zij u vergeven als u geen flauw idee heeft wat cliodynamica is. Het wordt niet onderwezen aan Nederlandse universiteiten, media laten het schaamteloos links liggen. Wat een gemiste kans is, want deze academische discipline heeft nogal een klapstuk: het kan de toekomst voorspellen. De Amerikaanse geleerde Peter Turchin stichtte het vakgebied rond de eeuwwisseling,...

Lees meer
Kamp Gibraltar op Jamaica
Kamp Gibraltar op Jamaica
Artikel

Joodse vluchtelingen kregen een kille ontvangst in de Cariben 

Joden en niet-Joden die vluchtten voor de Duitse bezetter en over de hele wereld verstrooid raakten, hebben na de Tweede Wereldoorlog weinig aandacht gekregen. Het proefschrift van Rosa de Jong brengt daarin verandering.  Enkele duizenden Joodse Nederlanders, niet-Joodse echtgenoten, verzetsmensen en Engelandvaarders vluchtten tot eind 1942 uit het bezette Nederland via Frankrijk naar Spanje en...

Lees meer
Loginmenu afsluiten