Home Kleine Geschiedenis Quiz juni 2003

Kleine Geschiedenis Quiz juni 2003

  • Gepubliceerd op: 28 mei 2003
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Annemarie Houwink ten Cate

Hoe staat het met uw historische kennis? Elk jaar organiseert dit blad samen met de Volkskrant en Andere Tijden de Grote Geschiedenis Quiz. Bereid u voor op deze quiz en oefen mee.


Toen een Russische legerofficier en ontdekkingsreiziger, Przewalski geheten, in 1878 in Centraal-Azië een dierenschedel en een vacht cadeau kreeg, wist hij niet wat daarmee te beginnen. Daarom bracht hij de dierlijke resten naar conservator Poliakov van het Zoölogisch Museum in Sint- Petersburg, die deze als afkomstig van een klein en wild steppepaard identificeerde. Die ontdekking werd een sensatie en rond 1900 werden verschillende expedities uitgerust om de zeldzame dieren voor dierentuinen te verschalken. Het werd een barbaarse onderneming, want de merries waren zo wild dat ze moesten worden neergeschoten om hun veulens te kunnen vangen. Er arriveerden ten slotte 53 exemplaren in Hamburg, waar ze door dierenhandelaar Hagenbeck voor het overgrote deel aan andere diergaardes werden doorverkocht.
        Toch kwam er uit dit brute initiatief iets goeds voort. Aan het eind van de jaren zestig bleek het paard in het wild te zijn uitgestorven. Gelukkig waren er nog wilde paarden in de dierentuinen, maar daarmee waren zonder inachtneming van bloedlijnen en genetische variatie nakomelingen gefokt.
        Daarom begonnen in 1974 de Rotterdamse zakenman en paardenliefhebber Jan Bouman, zijn vrouw – kindertherapeute – en een vriendin – kleuterleidster – met de bijzonder stoutmoedige actie om het wilde paard, voorouder van al onze huisrassen, te redden en weer in Mongolië uit te zetten. Dat lukte wonderwel. Uit een stamboek in Praag werden de bloedlijnen tot 1901 getraceerd. En door het aankopen van wilde paarden uit dierentuinen, die vervolgens in Nederlandse en Duitse natuurparken werden uitgezet, konden in 1992 de eerste kuddes naar Mongolië worden teruggebracht. De eerst zo verwende dierentuinpaarden bleken het harde klimaat goed te verdragen, zodat er nu weer zo’n 150 ’thaki’ de steppen bevolken.
        De vraag is naar wie het wilde paard is vernoemd – naar a) het echtpaar Bouman, b) Hagenbeck, c) Poliakov of d) Przewalski?

De oplossing van het vorige nummer is: Aletta Jacobs, die als zeventienjarig meisje van minister Thorbecke toestemming kreeg om – na de rijks-hbs – een universitaire studie te volgen. ‘Als een kind met korte rokken kon ik onmogelijk op de collegebanken plaatsnemen,’ schreef zij, ‘dus moest er snel een nieuwe (en stijve, zwarte) jurk vervaardigd worden.’ Mina Drucker, vrij van dogma’s omtrent politiek of godsdienst, nam in 1894 het initiatief tot de oprichting van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht. Charlotte Jacobs, zuster van Aletta, werd de eerste vrouwelijke apotheker in Nederland. Cécile Goekoop-de Jong van Beek en Donk werd vooral bekend door haar feministische roman Hilda van Suylenburg.

Winnaar van de vorige prijsvraag is Tanja Davans uit Tilburg. Weet u de oplossing van deze maand? Inzendingen graag voor 6 juni naar de redactie van Historisch Nieuwsblad, Postbus 256, 1110 AG Diemen, of redactiehn@vug.nl. Onder de juiste inzendingen verloten we Het volle leven. Nederlandse literatuur en cultuur ten tijde van de Republiek (1550-1800) door René van Stipriaan.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.