Ergens in 1941 – ik was toen 8 jaar – werd in het Olympisch Stadion in Amsterdam een sportmanifestatie georganiseerd. Voorzover ik mij herinner door de NSB of een daaraan gelieerde organisatie. Voor ons een verboden activiteit die bovendien op zondag plaatsvond. Dat was helemaal verboden! De enige toegestane externe activiteiten op zondag waren kerkgang en wandelen. Toch ben ik daar naar toe gegaan met een paar buurjongens. Tijdens de manifestatie toonden verschillende sporters hun kunnen. Ook Tinus Osendarp die in Berlijn tijdens de Olympische Spelen van 1936 tweemaal een bronzen medaille had gewonnen. In 1941 was hij lid geworden van de NSB en later van de Germaanse SS en SD. Na de oorlog is hij voor zijn onvaderlandse activiteiten bestraft. Ik heb die middag niet erg rustig van het gebodene kunnen genieten, gekweld door schuldgevoel dat ik daar tegen alle verboden in aanwezig was. Meer dan veertig jaar later werd ik aan mijn jeugdzonde herinnerd. Met een paar collega’s waren wij gast van de Oberpostdirektion Bremen.Op weg naar een restaurant voor een stevige Duitse maaltijd werden wij aangesproken door een enigszins aangeschoten Duitser. Hij had kennelijk gehoord dat wij Nederlanders waren. Hij vroeg ons of wij wisten wie in Berlijn in 1936 met hardlopen brons had verdiend. Zonder aarzelen antwoordde ik: Tinus Osendarp, waarna hij uitvoerig de kameraadschap van hem roemde tijdens de gevechten aan het Oostfront. Kort geleden heb ik op internet de geschiedenis van Osendarp nog weer eens nagelezen. Daarbij viel mj opdat zijn activiteten aan het Oostfront onbelicht zijn gebleven, althans in de door mij geraadpleegde stukken.
Dit artikel is exclusief voor abonnees