Home Chris Quispel over Anti-Joodse beeldvorming en Jodenhaat

Chris Quispel over Anti-Joodse beeldvorming en Jodenhaat

  • Gepubliceerd op: 11 oktober 2016
  • Laatste update 08 mei 2023
  • Auteur:
    Marjanne Romkes-Foppen
  • 4 minuten leestijd
Chris Quispel over Anti-Joodse beeldvorming en Jodenhaat

In Anti-Joodse beeldvorming en Jodenhaat beschrijft historicus Chris Quispel hoe het antisemitisme zich sinds de Oudheid in Europa heeft ontwikkeld. ‘De Holocaust had misschien niet plaatsgevonden als de angst dat Joden een bedreiging vormden voor de Europese raszuiverheid niet onderdeel was geworden van anti-Joodse vooroordelen.’

Waarom nog een boek over het antisemitisme?

‘Er is inderdaad al veel geschreven over het antisemitisme, maar er zijn weinig recente boeken die een handzaam overzicht bieden van de historische ontwikkeling ervan. Ook wilde ik laten zien dat het antisemitisme een actueel verschijnsel is. Het steekt nog steeds de kop op, bijvoorbeeld in Frankrijk, Oostenrijk en Oost-Europa.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Hoe lang bestaat het antisemitisme?

‘Al 2000 jaar, net zo lang als het christendom. Toen begon een fundamenteel conflict tussen het christendom en het Jodendom over de erkenning van Jezus Christus als de Messias. Daar begonnen de eerste vooroordelen tegen de Joden. In de Middeleeuwen waarschuwden  christenen voortdurend tegen Joden. Die werden uit bepaalde beroepen geweerd en anti-Joodse vooroordelen werden gebruikt om maatschappelijk kwaad te verklaren. Toch zijn er geen aanwijzingen dat dit toen al tot grote vervolgingen leidde. Het keerpunt kwam in 1076, het jaar van de eerste kruistocht. Toen vonden ook de eerste Jodenvervolgingen plaats. Het antisemitisme zou hierna nooit meer uit Europa verdwijnen. Sindsdien werden nieuwe vooroordelen aan het anti-Joods stereotype toegevoegd.’

U focust op het antisemitisme in West-Europa. Waarom legt u de nadruk op deze regio?

‘West-Europa is altijd de voedingsbodem geweest van het antisemitisme. Daar zijn alle nieuwe vooroordelen ontstaan. Joden werden er beschuldigd van woeker, rituele moord en het beramen van complotten. Die vooroordelen werden vervolgens door Oost-Europa en de islamitische wereld overgenomen. En het zijn uiteindelijk de West-Europeanen die de hoofdverantwoordelijkheid dragen voor de Holocaust.’

Wat is het verschil tussen de Jodenvervolging en de vervolging van andere minderheden?

‘Bij de andere minderheden gaat het steeds om tijdelijke conflicten met een aanwijsbare aanleiding. De Joden zijn overal van beschuldigd zonder dat sprake was van een reëel conflict: de beschuldigingen raakten kant nog wal en waren volkomen verzonnen. Hoewel het geen bewust, vooropgezet proces was, zijn de Europese Joden steeds gebruikt als zondebok. De Jodenhaat werd steeds opnieuw opgeroepen, bijvoorbeeld in perioden van economische crisis.’

Waardoor werden juist de Joden slachtoffer van vooroordelen?

‘Allereerst heeft dat te maken met de beschuldiging van godsmoord: de Joden werden door christenen verantwoordelijk gehouden voor de kruisiging van Christus. Daar kwam in de Middeleeuwen de associatie met woeker bij: toen ze hun beroep niet meer mochten uitoefenen, verkochten veel Joden hun bedrijf en gingen hun vermogen uitlenen. Ook moesten ze onderscheidende kleding dragen. Zo werden Europese Joden steeds meer een kwetsbare, kleine, aanwijsbare groep die zich nauwelijks kon verweren.’

Auteurs als Hannah Arendt en Peter Pulzer hebben betoogd dat het antisemitisme van de negentiende en twintigste eeuw fundamenteel verschilde van dat in vroegere eeuwen. Hoe kijkt u daar tegenaan?

‘Ze hebben tot op zekere hoogte gelijk. In de negentiende eeuw kwam het idee op dat Joden niet alleen cultureel-religieus, maar ook raciaal anders waren. In dezelfde tijd probeerden veel Joden zich te emanciperen en hun traditionele cultuur achter zich te laten. Dat leidde tot de opvatting dat Joden een onzichtbaar gevaar begonnen te vormen. De raszuiverheid zou erdoor worden bedreigd. Als het idee van ras en raszuiverheid niet aan het antisemitisme was toegevoegd, had de Holocaust misschien niet plaatsgevonden.’

U schrijft dat het antisemitisme in Nederland een ander karakter had dan in landen als Duitsland en Frankrijk. Wat was het verschil?

‘In Nederland heeft die opeenstapeling van vooroordelen minder plaatsgevonden. Ik denk dat dit komt omdat Joden hier pas in de zeventiende eeuw kwamen wonen. Zij kwamen in de handel terecht en deden niets anders dan andere Nederlanders: zij waren veel meer geaccepteerd. In Nederland was vooral sprake van sociaal antisemitisme: het idee dat Joden anders waren, niet deugden en dat ze niet moesten worden toegelaten tot clubs en sociëteiten. Maar het idee van een onzichtbare rassenoorlog is hier, in tegenstelling tot in Duitsland en Frankrijk, nooit aangeslagen.’

Anti-Joodse beeldvorming en Jodenhaat, Chris Quispel, Uitgeverij Verloren, 416 p., € 32.