In de nieuwe aflevering van de Historische BoekenCast schuift historicus Hans Schoots aan om over zijn boek Grootse gedachten. Extremen in democratisch Nederland 1918-2019 te vertellen. ‘Extremisme was er wel in ons land, maar het kon nooit werkelijk de democratie ondermijnen.’
Nederland maakt nu voor het eerst mee dat een partij met ongrondwettelijke ideeën werkelijke macht kan krijgen, en dat is uitzonderlijk, concludeert Schoots. Radicale en extreme politici trokken in de twintigste eeuw vaak de aandacht, maar hun politieke invloed bleef beperkt.
In Grootse gedachten laat Schoots zien dat er zowel linkse als rechtse extremistische stromingen de revue passeerden in Nederland, van bommenleggers tot rassenzuiveraars. ‘De extreme partijen aan beide kanten vonden dat het democratisch beginsel in vraag gesteld moest worden’, zegt Schoots in de Historische BoekenCast.
Hij begint zijn verhaal bij Pieter Jelles Troelstra, die in 1918 de revolutie uitriep in de Tweede Kamer. ‘Maar er gebeurde vrij weinig, want het volk kwam niet in opstand. En ook binnen Troelstra’s partij zelf is het meteen gesmoord.’
Ook NSB-leider Anton Mussert komt aan bod. ‘Mussert wordt vaak genoemd als een gematigde factor, omdat er radicalere NSB’ers waren dan hij. Maar vanaf dag één was hij een revolutionair die de democratie wilde afschaffen, dat staat gewoon in het partijprogramma.’
Grootse gedachten. Extremen in democratisch Nederland 1918-2019
Hans Schoots
400 p. Boom Geschiedenis, € 29,90