De Britse classica Kathryn Tempest publiceerde onlangs een biografie over Brutus, één van de bekendste moordenaars ooit. Met haar onderzoek verbindt ze antieke en latere bronnen en laat ze zien wat de invloed van receptiegeschiedenis is op het beeld dat we nu hebben van deze beruchte figuur. ‘We hebben eerder niet genoeg erkend dat Brutus het wel degelijk met sommige ideeën van Caesar eens was.’
Wat was voor u de reden om aan een onderzoek over Brutus te beginnen?
‘Ik vond mijn inspiratie tijdens het onderzoek voor het boek dat ik schreef over Cicero en dat uitkwam in 2011. Mijn beeld van Cicero wilde ik aanvullen met literatuur over Brutus, maar ik vond niet wat ik zocht. De Brutus over wie ik las, leek niet dezelfde te zijn als de Brutus die ik terugvond in de primaire bronnen. Het beeld dat we van hem hebben, is vooral gebaseerd op het werk van latere antieke historici en er is niet voldoende aandacht besteed aan het materiaal dat we over hem vinden bij Cicero. Ik wilde dus zo ver mogelijk teruggaan en Brutus in zijn eigen tijd terugplaatsen. Op die manier verkrijg je een meer diepgravend begrip van deze historische figuur.’
Zijn de latere, literaire bronnen alsnog van waarde geweest?
‘Zeker. De Romeinse historici geven ons een extra gezichtspunt, buiten dat van Cicero om. Denk bijvoorbeeld aan Plutarchus, Appianus, Dio en Suetonius. Het werk van de Griekse historiograaf en filosoof Plutarchus (+/- 46-120) is van enorm belang. Uit zijn biografie van Brutus kunnen we afleiden dat hij hem hoog had zitten. Hij zag hem als een man die zijn filosofische principes in de praktijk wist te brengen. Plutarchus heeft daarnaast bronnen voor ons bewaard waartoe we verder geen toegang meer hebben. Hij vertelt bijvoorbeeld over de memoires van Bibulus, Brutus’ stiefzoon. Dit geeft ons een veel levendiger beeld van de bronnen die over Brutus hebben bestaan. Hetzelfde geldt voor Appianus en Dio. Suetonius schreef vooral veel over de moord zelf.’
Uit wat voor familie was Brutus afkomstig?
‘Servilia, Brutus’ moeder, heeft Brutus als mens gevormd, dat weten we door de briefwisseling met Cicero. Hoe groot de invloed van zijn vader was, is niet duidelijk, maar het feit dat hij vermoord was door Pompeius had in ieder geval wel een groot effect op Brutus. Hierdoor stonden Brutus en Pompeius al heel gauw niet meer op goede voet met elkaar. In zijn politieke profilering speelde Brutus’ afkomst een belangrijke rol. Hij trok zijn afstamming helemaal door tot Lucius Junius Brutus, die in 509 v.Chr. had geholpen de koningen te verdrijven. Aan zijn moeders kant greep hij terug op Servilius Ahala, die Spurius Milius had vermoord, een man die ervan werd verdacht tirannieke ambities te hebben. Brutus presenteerde zichzelf dus als erfgenaam van tirannendoders en vrijheidsvechters. Hij doorzag dat mensen niet stemden op beleid, maar op een herkenbare naam en een aantrekkelijk ideaal.’
Hoe komt hij over in zijn correspondentie met Cicero?
‘Alle brieven die we over hebben, komen uit een periode waarin de burgeroorlog nog in een erg vroeg stadium was. Brutus was toen bezig zijn positie te verstreken. Omdat hij in de lijst van proscripties stond, was hij daartoe genoodzaakt. Van Cicero kreeg hij in de briefwisseling de kritiek te soft te zijn. Daarnaast vind ik het erg interessant dat we veel van de ideologie van Caesar terugzien in de brieven van Brutus. We hebben eerder niet genoeg erkend dat Brutus het wel degelijk met sommige ideeën van Caesar eens was. Hij geloofde, net als Caesar, in de autoriteit van de senaat en het volk bij het nemen van politieke besluiten. Cicero vond dat je daar in tijden van crisis best wat losser mee mocht omgaan.’
Hoe zou u Brutus’ vriendschap met Caesar omschrijven?
‘In het Romeinse idee van vriendschap, amicitia, spelen plichten en gunsten een belangrijke rol. De vriendschap met Caesar is daar een typisch voorbeeld van, hun band was gebaseerd op wederzijdse waarden. Dat sluit niet helemaal aan bij wat we vandaag als vriendschap beschouwen. Ik denk dat Brutus zijn persoonlijke gedachtes niet aan Caesar toevertrouwde, dat bewaarde hij voor zijn Griekse vrienden. Het is tekenend dat Brutus zich volgens Plutarchus voor zijn dood omringde met mensen over wie vrijwel niets weten. Dat waren zijn echte vrienden.’
Welke materiële bronnen hebt u gebruikt?
‘De enige bespiegelingen van Brutus na de moord op Caesar zijn terug te vinden op zijn munten. Dit vind ik een interessante bron, omdat munten onderdeel varen van het verwerven van politieke en militaire steun. Je moet je voorstellen dat zulke munten onder soldaten van hand tot hand gingen. Er is een bekend geval, waarop onder meer dolken staan afgebeeld en de datum van de Idus van maart. Deze munt is eigenlijk een politiek statement en deel van de strijd over de manier waarop de moord op Caesar later herinnerd moest worden. De rechte dolken geven een militair aspect aan, waarmee Brutus wilde laten zien dat hij geen moordenaar is. Moordenaars gebruikten namelijk een gekromd Thracisch zwaard. Met de vermelding van de datum claimde hij het ideologische belang ervan. Op andere munten gebruikt hij religieuze beelden, waarmee hij wilde laten zien dat hij ook op het gebied van godsdienst meetelde. Naast de munten is er bijvoorbeeld een voetstuk van een beeld over, waarop staat dat Brutus, toen hij naar Athene ging, als bevrijder werd onthaald. Dit is in lijn met wat Plutarchus daarover zegt. Op die manier kunnen archeologische vondsten de literaire bronnen bevestigen.’
Welk beeld van hem heeft de boventoon in de receptiegeschiedenis?
‘Dat beeld is erg gevarieerd. Zo is er bijvoorbeeld het thema van verraad. Brutus vermoordde de man die hem eerder goed had behandeld. Voor een antiek publiek was zulke ondankbaarheid schokkend. Het gaf voor hen aan de Brutus niet goed begreep wat zijn plichten tegenover Caesar inhielden. Brutus is synoniem geworden aan dat idee van verraad, vooral door Shakespeare, met zijn beroemde frase ‘Et tu, Brute’. Ook De Officiis van Cicero is vormend geweest voor de receptiegeschiedenis van Brutus. In dat boek komt Brutus over als iemand die het landsbelang boven zijn persoonlijke ideologie stelt. Veel van de latere antieke auteurs schreven in de periode van het imperium. Zij zagen Caesar als een onmisbare schakel in de goddelijk voorziene overgang van republiek naar imperium. Brutus’ woord was daarmee een handeling die inging tegen de onvermijdelijke loop van de geschiedenis. Christelijke schrijvers lieten dat principe vervolgens ook terugkomen. Bij Dante vinden we Brutus terug in de hel, samen met Judas, die ook tegen het lot was ingegaan.’
Wat is uw favoriete vorm van receptie over Brutus?
‘Ik vind het verhaal rondom Michelango erg interessant. Hij had opdracht gekregen een buste van Brutus te maken, maar liet dat beeld onafgemaakt. Vandaag de dag zie je dat nog steeds aan de ruwe oppervlakte ervan. Hoewel dit voor Michelangelo geen ongebruikelijke zet was, werd er later een specifieke reden aan toegekend. Een onbekend persoon heeft een opmerking onder het beeld gekerfd dat Michelangelo zo walgde van Brutus, dat hij het beeld niet wilde afmaken. Hij was simpelweg niet in staat een gezicht te geven aan zo’n verrader.’
Dit artikel is exclusief voor abonnees