Wat te doen als je een enorme atlas in je collectie hebt die te kwetsbaar is om open te slaan? De afdeling Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam zat wat in de maag met een van de pronkstukken, de unieke Atlas der Neederlanden. Uniek in de letterlijke zin van het woord, want van deze atlas in negen delen bestaat maar één exemplaar.
Het is een zogenaamde verzamelaarsatlas, een bijeengebonden verzameling kaarten en cartografische prenten. Dergelijke atlassen werden op maat gemaakt, naar de wens van de koper. Vooral in de zeventiende eeuw ontstonden de mooiste exemplaren, doorgaans als exorbitant relatiegeschenk voor buitenlandse connecties.
De Atlas der Neederlanden is mogelijk ook in opdracht samengesteld, maar de universiteit tast in het duister over de achtergrond van het lijvige kaartenboek. Er is zelfs niet bekend hoe de negen delen ooit in haar collectie terecht gekomen zijn. Met het oog op de viering van 200 jaar Koninkrijk besloot de universiteit alle negen delen te restaureren, te digitaliseren, in facsimile uit te geven en daar een tentoonstelling aan te koppelen.
Dit artikel is exclusief voor abonnees
De facsimile, met al zijn ingenieus opgevouwen en uitklapbare kaarten, is niet voor de gewone sterveling weggelegd: die kost € 6995,-. Daarom is gelijktijdig een begeleidend boekwerk uitgebracht, waarin niet alleen alle kaarten uit de negen delen zijn opgenomen en beschreven, maar ook de geschiedenis van de Nederlandse cartografie wordt toegelicht. De auteur, Jan Werner, is conservator Kaarten en Atlassen bij de Bijzondere Collecties. Zijn uitgebreide inleiding is lezenswaardig, maar met zinnen als ‘ze [de kaarten] hadden een codificerend effect op het gebruik van de toponiemen’ houdt hij de lezer niet altijd bij de les.
Werner komt echter op stoom als hij over de kaarten zelf schrijft. En dat zijn er veel: maar liefst 618 kaarten van Nederland, België en de koloniën zijn in de atlas opgenomen. De vroegste kaart komt uit het begin van de zeventiende eeuw, de laatste uit 1816, en rond die tijd zal de atlas dan ook zijn voltooid. De inhoud is niet bepaald eerlijk verdeeld. Voor Holland worden maar liefst vier van de negen delen ingeruimd terwijl Utrecht, Gelderland en Overijssel het gezamenlijk met één band moeten doen.
Uitgever van de Atlas was, al past ook daar enig voorbehoud, het Amsterdamse landkaartenbedrijf Covens en Mortier. De heren Covens en Mortier hadden een neus voor zakendoen. Ze speelden handig in op de ijdelheid van hun klanten. Bijvoorbeeld door onderin een kaart een oproep te plaatsen wie zijn hofstede of buitenplaats nog miste. Bij een volgende editie van de kaart zouden deze dan wel opgenomen worden, tegen betaling uiteraard.
Ook benutten ze de continue honger van het publiek naar nieuws over de vele oorlogen die op het Europese contitent werden uitgevochten. Kaartenmakers zetten een pakkende kop boven een oude kaart en brachten zo een ‘actuele nieuwskaart’ op de markt die gretig aftrek vond.
Werner geeft bij iedere kaart tal van wetenswaardigheden en anekdotes, en schetst en passant ook veel historische achtergronden. Zoals bij een kaart van de omgeving van de stad Utrecht. Te zien zijn de maatregelen die Rijngraaf Frederik III van Salm trof om Utrecht tegen troepen van prins Willem V te beschermen. De patriotten verdedigden de stad met schansen, geschut en inundaties, maar de troepen van Willem V lagen al op de loer. Met hulp van het Pruisische leger werd in 1787 de patriottische revolutie de kop in gedrukt.
De Franse tijd bracht goede zaken voor uitgevers als Covens en Mortier. Tussen 1795 en 1815 veranderen niet alleen de landsgrenzen voortdurend, maar ook de administratieve eenheden. Dat betekent veel werk voor kaartenbedrijven, want voor het bestuur, waterhuishouding en verdediging waren kaarten onontbeerlijk.
Werner laat ook zien dat niet iedere kaart even waarheidsgetrouw is. Kaartenmakers hadden soms hun eigen agenda. Dat wordt geïllustreerd bij de verschillende kaarten van het Haarlemmermeer. De drooglegging ervan ging niet over één nacht ijs. Twee eeuwen lang werd gepland, onderzocht, geprotesteerd en gepraat voordat in 1852 eindelijk de bodem van het meer in zicht kwam.
Dat getouwtrek zie je terug in de kaarten. Telkens wanneer de discussie opnieuw oplaaide werden nieuwe plannen gemaakt en nieuwe kaarten getekend. En sommige kaartenmakers dikten het gevaar van het land opslokkende Haarlemmermeer nog wat aan, want een drooggemalen meer betekende meer werk.
Juist door dergelijke toelichtingen is De Atlas der Neederlanden een leerzaam boek over een fascinerende collectie kaarten. Ook zonder de facsimile.
Lezers van Historisch Nieuwsblad kunnen de Atlas der Neederlanden kopen voor € 190,- in plaats van € 245,-. Ga naar onze webshop op historischnieuwsblad/webshop.
De Atlas der Neederlanden: Kaarten van de Republiek en het prille Koninkrijk, met ‘Belgiën’en ‘Coloniën’
Jan Werner
609 p. Bijzondere Collectie Universiteit van Amsterdam, tijdelijk van €245,- voor € 190,-