Home Avonturiers op weg naar de Zuidpool

Avonturiers op weg naar de Zuidpool

  • Gepubliceerd op: 7 september 2021
  • Laatste update 13 sep 2021
  • Auteur:
    Amber Heemskerk
  • 7 minuten leestijd
Avonturiers op weg naar de Zuidpool

Na het succes van zijn boek Het gedroomde Noorden besloot Adwin de Kluyver dat het Zuiden niet achter kon blijven. Op een historische driemaster voer hij naar Antarctica en trad hij in de sporen van de Japanse ontdekkingsreiziger Nobu Shirase (1861-1946). In Niemandsland vertelt De Kluyver een alternatieve geschiedenis van de Zuidpool, om een nieuw perspectief te bieden op het Antarctische verleden.

Wat maakt Niemandsland tot een alternatieve geschiedenis?

‘Antarctica is een groot continent, maar het heeft een vrij onbekende geschiedenis. Er woont niemand, dus de menselijke geschiedenis is kort: onze kennis beperkt zich meestal tot een aantal heroïsche pooltochten. Ik wilde de Antarctische geschiedenis in een ander perspectief plaatsen en de verhalen vertellen die niemand kent. Zo begint het boek met een niet-westers perspectief en is er zelfs aandacht voor het niet-menselijke perspectief. Ik beschrijf bijvoorbeeld hoe de albatros het symbool van het verre zuiden werd en hoe een gedicht daar een cruciale rol in heeft gespeeld. Door de natuurhistorie van de albatros en de totstandkoming en betekenis van dat gedicht samen te voegen, probeer ik een ander perspectief te geven op het bestaande beeld.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Adwin de Kluyver door Tryntsje Nauta

In het boek vervlecht u uw eigen reisnotities met de historische verhalen. Waarom kiest u voor deze vorm?

‘Mijn reis moet een verbindende draad vormen tussen de historische verhalen die in het boek staan. Om dat te doen, treed ik in de voetsporen van de Japanse ontdekkingsreiziger Nobu Shirase. Hij heeft een andere achtergrond dan de meeste bekende poolreizigers. Tijdens het hoogtepunt van de poolreizen, rond 1911, ontstond er een race naar de Zuidpool. Deze race ging tussen de Noor Roald Amundsen en de Brit Robert Falcon Scott. Wat niemand wist, is dat er nog een derde kanshebber was: Nobu Shirase.

Deze Japanner had minder ervaring, minder geld en minder kennis dan zijn concurrenten. Daarom vond ik het interessant om zijn verhaal te vertellen: waarom wilde hij meedoen aan de race naar de Zuidpool? Zijn verhaal is tragisch, ook dat maakt het eigenlijk een stuk interessanter dan de succesverhalen.’

Voelde u zich tijdens uw poolreis verbonden met Shirase?

‘Ik ben naar Antarctica gereisd met een historische driemaster uit 1911, het jaar dat Shirase aan zijn eigen reis begon. Aan boord van het schip moest ik zelf meewerken: ik hees de zeilen, stuurde en moest op de uitkijk zitten. Het was een trage manier van reizen en in die traagheid word je je als mens erg bewust van het feit dat je over een planeet reist. Ik zag mezelf over de ronde globe naar beneden varen.

Nobu Shirase was – net als ik − eigenlijk een amateur. Hij was erg onhandig en maakte allerlei fouten. Hij reisde in het verkeerde seizoen naar de Zuidpool, waardoor hij het eerste jaar niet aan wal kon en moest overwinteren in Australië. De tweede keer had Shirase te weinig voedsel mee genomen. In die onhandigheid voelde ik me verbonden met hem. Ik reisde als historicus mee op een expeditieschip, niet als getrainde avonturier.’

De historische driemaster waarmee De Kluyver zijn poolreis maakte.
Credits: Sarah Gerats

In uw boek heeft ieder hoofdstuk een geheel andere insteek.

‘Per hoofdstuk koos ik een literaire vorm die goed past bij het hoofdpersonage. Door steeds een andere vorm te gebruiken, probeer ik lezers zo dicht mogelijk bij het personage te brengen: steeds op een andere plek en in een andere tijd. Zo is er een hoofdstuk over de expeditie van de Engelsman James Cook , die op zoek was naar het grote Zuidland. Dit verhaal wordt vaak verteld vanuit Cook, maar aan boord van het schip bevond zich ook de Duitse wetenschapper Johann Reinhold Foster. Ik heb Fosters dagboeken doorgenomen, waarin hij constant klaagt en allerlei Latijnse spreuken gebruikt om zijn kennis te etaleren. In dit hoofdstuk vertel ik daarom het verhaal vanuit het perspectief van een klagende Duitser en gebruik ik Latijnse teksten om de dramatiek van zijn verhaal te onderstrepen. Dat geeft het hoofdstuk een tragikomisch effect.’

‘Antarctica werd gezien als een vrouw: je moest haar ontdekken, verleiden en veroveren.’

Niemandsland is zowel een literair als een geschiedwetenschappelijk boek. Hoe hebt u de balans gezocht tussen historische correctheid en het literaire aspect?

‘Je kunt me een biograaf noemen, want in feite schrijf ik in ieder hoofdstuk een kleine biografie. Door veel van een personage af te weten, kan ik me in deze persoon inleven. Op basis van dagboeken of andere primaire bronnen kan ik de gevoelens en gedachten van mensen benaderen. Zo is er een verhaal over de eerste vrouw die naar Antarctica ging. In dat hoofdstuk zitten veel gevoelens en gedachten die ik uit haar dagboeken heb gehaald. Door die kennis kan ik haar op een onderbouwde manier laten voelen en denken in het verhaal.’

Waarom was het voor vrouwen zo lang ondenkbaar om naar de Zuidpool te reizen?

‘Vóór 1947 waren er alleen mannen op het continent geweest. Antarctica werd dan ook gezien als een soort vrouw: je moest haar ontdekken, verleiden en veroveren. De periode vóór 1947 wordt daarom ook wel het heroïsche tijdperk genoemd: mannen gingen naar Antarctica om hun masculiniteit te bewijzen. In deze periode, waarin industrieel werk deels plaatsmaakt voor kantoorwerk, ontstond in de samenleving de angst dat de man aan het verweken was. De angst dat mannen als vrouwen werden. Poolreizigers golden in die tijd als voorbeelden van ultieme mannelijkheid: daadkrachtig, heldhaftig en rationeel. Vrouwen zouden al deze kwaliteiten niet hebben en hoorden dus niet thuis op Antarctica.

In 1947 kwam daar verandering in toen de Amerikaanse Jennie Darlington op Antarctica belandde. Tijdens de Tweede Wereldoorlog had Darlington al veel ‘‘mannenwerk’’ gedaan: ze had leren vliegen en wist hoe ze een vrachtwagen moest besturen. Ze was net getrouwd met een poolreiziger en voer een stukje mee met het expeditieschip om haar man uit te zwaaien. Toen bleek dat de vrouw van de expeditieleider mee zou reizen naar Antarctica dwong de rest van de bemanning af dat Jennie ook mee moest. Eén vrouw zou maar voor onrust zorgen in het mannelijke expeditieteam, maar twee vrouwen konden elkaar mooi gezelschap houden. Zo werd Jennie Darlington ineens wereldnieuws. Uiteindelijk gingen vanaf de jaren zestig steeds meer vrouwen als wetenschapper richting de Zuidpool, maar voor die tijd was een vrouw op Antarctica iets uitzonderlijks.’

Niemandsland. Credits: Sarah Gerats

Een van de laatste hoofdstukken van het boek gaat over Apollo 17. Hoe past een ruimtemissie in een boek over de Zuidpool?

‘Tijdens de vlucht van Apollo 17 in 1972 werd Antarctica vanuit de ruimte voor het eerst in zijn volledigheid gezien. Het in kaart brengen van het continent is daarmee heel nabije geschiedenis. Tegelijkertijd vond ik het een goede metafoor over hoe de mens in het antropoceen omgaat met de kwetsbaarheid van de aarde. Antarctica is als een planeet op aarde: er wonen bijna geen mensen, het land zelf is een ijskap en er is geen stromend water. Het is een planeet op een planeet.

Vaak hoor je dat astronauten voelen hoe kwetsbaar de planeet is, wanneer ze de aarde in haar geheel hebben gezien. Vaak zetten ze zich na hun ruimtereis dan ook in voor de bescherming van de aarde. Maar de astronaut in mijn boek is anders. De aarde doet hem niet zoveel, hij wil naar de maan, omdat daar allerlei delfstoffen te halen zijn. Na zijn terugkeer op aarde zet hij zich de rest van zijn leven in voor nieuwe maanreizen om daar een mijnbouwindustrie op te zetten. De foto die tijdens de vlucht van Apollo 17 van de aarde werd genomen, werd in zijn ogen misbruikt door milieu- en klimaatactivisten. Deze man dient als metafoor voor hoe veel reizigers naar Antarctica – de zeehondenjagers, de ontdekkingsreizigers, de poolhelden en de walvisvaarders – in het verleden omgingen met de planeet. Zij dachten bij hun reizen constant na over hun eigenbelang en hoe zij de wereld het best konden benutten. ’

Niemandsland. Een Antarctische ontdekkingsreis

Adwin de Kluyver, Spectrum, 384p.