Home Annejet van der Zijl: De biograaf en de trol

Annejet van der Zijl: De biograaf en de trol

  • Gepubliceerd op: 23 januari 2014
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Annejet van der Zijl

Ooit zei Geert Mak tegen mij: ‘Eigenlijk zijn wij plunderaars van andermans geheimen.’ Dat was nog niet zo lang na zijn boek over Jorwerd, waar hij een half jaar woonde, alle ins en outs van het plaatsje leerde kennen en vervolgens de klassieker schreef die zijn naam groot maakte. Uiteindelijk waren ze in het dorp blij met zijn boek, maar, begreep ik, helemaal zonder slag of stoot was dat niet gegaan.

Net zo min overigens als bij de meeste andere ‘grote’ non-fictie boeken van de laatste jaren. Talloos zijn de verhalen over families die verscheurd raakten nadat hun geschiedenis was verteld, vriendschappen die ten gronde gingen nadat een gezamenlijk verleden was blootgelegd, familieleden en zelfs onderzoekers die aanvankelijk belangeloos meehielpen, maar na bewezen succes toch dollartekens in hun ogen kregen. ‘God, wat zou ik soms graag fictieschrijver willen zijn,’ verzuchtte collega Jan Brokken laatst uit de grond van zijn hart.

Het is misschien wel onontkoombaar. Als non-fictieschrijver en zeker als biograaf gebruik je nu eenmaal andermans levens als materiaal voor jouw verhaal. En hoe netjes en respectvol je dat ook probeert te doen, er is altijd wel iemand die het er niet mee eens is. Zelfs bij mijn Sonny Boy, dat toch over compleet onbekende mensen ging, heb ik nachten wakker gelegen van de zoon van een van de hoofdpersonen. 
 

‘Mijn moeder was een hoer en die verdient geen boek’

‘Mijn moeder was een hoer en die verdient geen boek,’ zo liet hij me kortweg weten. Ik heb mijn vingers lam getikt en gepraat als Brugman, maar hij was niet tot een ander standpunt te bewegen. En dus moest ik de beslissing nemen die tot de moeilijkste van ons vak behoort – namelijk om toch te publiceren, al wist ik dat iemand er heel ongelukkig mee was.

Nog lastiger is dat als de persoon in kwestie aanvankelijk wel meewerkt aan het boek, maar het moeilijk heeft met bepaalde resultaten van je onderzoek. Ik maakte dat mee tijdens het werken aan de biografie van Annie M.G, toen ik uitvond dat ze niet in haar slaap was overleden, zoals me was verteld, maar ze zelf een einde aan haar leven had gemaakt. Haar zoon ontkende het niet, maar vroeg me dringend: zet het er in godsnaam niet in, want stel je voor dat de media er mee aan de haal gaan en het verkeerd geïnterpreteerd wordt.

Als biograaf brengt dit je in een onmogelijke positie. Aan de ene kant wil je degene die je het vertrouwen heeft gegeven dat je het boek überhaupt mocht schrijven, niet teleurstellen. Als schrijver ben je bovendien ook bang dat je boek prooi wordt van ongewenste media-aandacht, en dat de onverwachte ‘scoop’ de aandacht weg zal zuigen van het verhaal dat je wilt vertellen. Ik begrijp dan ook heel goed dat Jeroen van Zanten, die in zijn Willem II biografie diens homoseksualiteit en daaruit voortvloeiende chantagepogingen onthulde, in een interview vertelde dat hij overwogen had sommige zaken maar níet te noemen.
 

Met historische integriteit is het net als met zwangerschap: je kunt het niet een beetje zijn

De interviewer verzuimde hem te vragen waarom hij dat niet gedaan had, maar ik kan het antwoord wel raden: hij had geen keus. Met historische integriteit is het net als met zwangerschap: je kunt het niet een beetje zijn. Je kunt je vondsten, hoe onwelkom misschien ook, nu eenmaal niet naar eigen inzicht weglaten of veranderen. Met Annie had ik het geluk dat haar zoon uiteindelijk de moed had de waarheid te laten prevaleren. Ook de Koninklijke Familie besloot Van Zanten of zijn collega’s geen strobreed in de weg te leggen, welke onwelkome waarheden er wellicht ook aan het licht zouden komen.

Wellicht nam Koning Willem Alexander daarbij een voorbeeld aan zijn goede vriend, de Noorse kroonprins, die openheid hoog in zijn vaandel heeft staan. Want in Noorwegen zeggen ze: een geheim is als een trol. Hoe langer je hem onder de grond probeert te houden, hoe groter en gemener hij wordt. Maar zet je hem in het daglicht, dan schrompelt hij in elkaar en verpulvert binnen de kortste keren tot stof.

En dat waait altijd veel sneller weg dan iedereen van te voren denkt. Wat dan overblijft zijn de échte verhalen – zoals de prachtige koningsbiografieen die Van Zanten en zijn collega’s nu, ondanks de trollen in de Oranje-geschiedenis, hebben kunnen maken.
 

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.