Wie iets over Hitler wil lezen, komt meestal bij dikke boeken uit. Turven van 1000 bladzijdes of zelfs tweedelige werken lijken de markt te domineren. Maar soms zijn de betere boeken over Hitler kleine, bescheiden werkjes. Klassiek is natuurlijk Aantekeningen bij Hitler van Sebastian Haffner. Ook het boekje van Albrecht Koschorke valt in deze categorie. Nog geen 100 pagina’s, interessante voetnoten incluis.
De auteur analyseert de tekst van Mein Kampf. Hij ziet Hitler in de traditie van het ‘intellectueel precariaat’ dat al sinds de Franse Revolutie politiek-radicale teksten produceert en daarmee succes heeft op de politieke markt. Hitler past naadloos in dit gezelschap van jonge, radicale, werkloze academici. Koschorke stelt vast dat Hitlers boek de ideologische kern van het nationaal-socialisme is. Mein Kampf was daarom ‘het sacrale centrum van de toenmalige staatspropaganda’.
Sleutelscène in het boek is volgens Koschorke een confrontatie tussen Hitler en een groep bouwvakkers in Wenen. Hitler presenteert zich in dit verhaal als sociaal bewogen, maar moet tegelijkertijd constateren dat de socialisten de arbeiders bedriegen met hun internationalistische ideologie. Ook het beruchte hoofdstuk over ‘volk en ras’ komt aan de orde. Door zijn antisemitisme te verbinden met zijn analyse van het marxisme als Joods complot, suggereert Hitler een samenhangend wereldbeeld. De Joden waren in zijn denkwereld immers zowel de raciale als de politieke vijand en dienden koste wat kost te worden uitgeschakeld. Kortom, een interessant en prikkelend boekje. Er is ook een Engelse vertaling beschikbaar.
Willem Melching is als Duitsland-deskundige verbonden aan de UvA.
Dit artikel is exclusief voor abonnees