Home Van wie is de grond?

Van wie is de grond?

  • Gepubliceerd op: 14 december 2011
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Anne Huits

Sinds mensenheugenis wonen in een aantal dorpen in het binnenland van Suriname indianen en marrons – nakomelingen van weggelopen slaven. De grond die zij bewonen is niet officieel hun eigendom. Dat leidt al decennialang tot discussie over de vraag van wie de grond dan wel is. Terwijl de dorpsbewoners zich beroepen op gewoonterecht, kan het gebeuren dat er op een dag iemand langskomt met een stuk papier en ‘hun’ grond opeist.

Na de Sergeantencoup onder leiding van Desi Bouterse op 25 februari 1980 werd majoor Roy Horb belast met de uitwerking van een nieuw revolutionair grondplan. Op 28 oktober 1981 was Horb klaar met zijn ‘Contouren van het nieuwe grondbeleid’. Voortaan zouden de dorpsgronden duidelijk worden begrensd. Binnen de grenzen mochten de dorpelingen gezamenlijk gebruikmaken van de grond, zoals zij dat eeuwenlang gewend waren. De grond buiten de dorpsgrenzen viel echter toe aan de Surinaamse staat. Weliswaar mochten indianen en marrons daar nog jagen, maar als ze zich er wilden vestigen moesten ze een officiële aanvraag indienen.

Het was de bedoeling dat deze ‘Contouren’ per 1 januari 1982 kracht van wet kregen. Maar de regering voorzag problemen met de binnenlandbewoners en het plan verdween in een la. In het grondbeleidsplan dat Horb op 4 november 1982 aan de Surinaamse bevolking presenteerde, werd over de eigendomskwestie niet meer gerept.

Op 28 november 2008 deed het Inter-Amerikaanse Hof voor de Mensenrechten uitspraak in het voordeel van de Saamaka-marrons of Saramaccaners, die zich verzetten tegen grootschalige houtkap in hun gebied. Inmiddels is het 2011 en is Desi Bouterse opnieuw aan de macht. Maar de Surinaamse regering heeft nog altijd geen gevolg gegeven aan de uitspraak. Vorig jaar vroeg het hof al dringend naar de stand van zaken.

Hoogste tijd voor een conferentie. Na negen maanden voorbereiding en gesprekken met onder meer de Vereniging van Inheemse Dorpshoofden en de Vereniging Saramaccaanse Gezagsdragers vonden op 21 en 22 oktober jongstleden bijeenkomsten over de grondkwestie plaats. De eerste dag begon met hoopvolle openingswoorden en discussies over verandering van de grondwet. Dag twee echter opende – tegen de afspraken in – met een gezamenlijke verklaring van de binnenlandbewoners: zij willen zelfbeschikkingsrecht en het eigendom van alles wat boven en onder de grond zit. Goud bijvoorbeeld.

Applaus van de aanwezigen. Einde conferentie. President boos: ‘Wie denkt dat wijsheid duur is, weet niet hoe duur domheid is.’

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.