Home Dossiers Rusland De grote voorbeelden van Poetin

De grote voorbeelden van Poetin

  • Gepubliceerd op: 15 juni 2017
  • Laatste update 18 mrt 2024
  • Auteur:
    Ivo van de Wijdeven
  • 11 minuten leestijd
De grote voorbeelden van Poetin
Cover van
Dossier Rusland Bekijk dossier

Dit artikel krijgt u van ons cadeau

Wilt u onbeperkt toegang tot de artikelen op Historischnieuwsblad.nl? U bent al lid vanaf €1,99 per maand. Sluit hier een abonnement af en u heeft direct toegang.

Waarom nu?

Na onvrije verkiezingen blijft Vladimir Poetin ook de komende zes jaar president van Rusland.

President Vladimir Poetin maakt er geen geheim van dat hij Oekraïners als Russen beschouwt en hun land als historisch onderdeel van het oude imperium. Hij staat in een eeuwenoude Russische traditie van autocraten. Welke vijf illustere voorgangers kan hij tot zijn voorbeelden rekenen?

Op 31 december 1999 begon voor Rusland het tijdperk-Poetin. De tot dan relatief onbekende premier Vladimir Poetin nam onverwacht de scepter over van de zieke president Boris Jeltsin, de sloper van de Sovjet-Unie. Poetin was vastberaden de macht van de staat en het internationale prestige van Rusland in ere te herstellen. Rusland moest weer stevig op de kaart komen te staan.

Meer lezen over Rusland? Schrijf u in voor onze gratis nieuwsbrief.

Ontvang historische artikelen, nieuws, boekrecensies en aanbiedingen wekelijks gratis in uw inbox.

Sindsdien voeren Russische staatsmedia een continu propagandabombardement uit. Poetin werpt zich op als de enige verdediger van Rusland en de Russen. De grote vijand? Het Westen. Om dat te bewijzen wordt gretig teruggegrepen op de geschiedenis. De uitbreiding van de Europese Unie en de NAVO worden op één lijn geplaatst met de Poolse invasies tijdens de Tijd der Troebelen (1598-1613), Napoleons Russische veldtocht in 1812, en de Duitse inval tijdens de Tweede Wereldoorlog.

In nieuwe geschiedenisboeken wordt lovend gesproken over de veroveringen van Peter de Grote en de razendsnelle industrialisering onder Jozef Stalin. De schaduwkanten blijven onbesproken, de glorie van Rusland staat centraal. Zo wordt de overwinning op nazi-Duitsland in de Grote Patriottische Oorlog in 1945 elk jaar met veel militair machtsvertoon gevierd. Net als ten tijde van de Sovjet-Unie rollen de tanks weer over het Rode Plein in Moskou. Eind 2016 is in de stad Orel een standbeeld onthuld voor Ivan IV, ondanks diens terechte bijnaam ‘de Verschrikkelijke’.

Aangezien de Russische geschiedenis zo’n grote rol speelt in de ideologie die het Kremlin uitdraagt én die in propagandaboodschappen wordt gebruikt, is het zaak die geschiedenis goed te kennen. Bovendien kan Poetin in de Russische imperialistische traditie worden geplaatst: al eeuwenlang proberen Russische leiders de invloedssfeer van hun land te vergroten. Wie zijn de belangrijkste voorbeelden voor ‘tsaar’ Poetin?

Ivan IV de Verschrikkelijke – Verenigde de Russen

Ivan IV de Verschrikkelijke (1530-1584) werd in 1547 tot de eerste ‘Tsaar van alle Russen’ gekroond. Zijn voorgangers waren slechts Grootvorst van Moskou, een vorstendommetje dat een eeuw eerder nog slechts 24.000 vierkante kilometer besloeg. Hoewel ook de grootvorsten niet vies waren van gebiedsuitbreiding, maakte Ivan IV pas echt een grote slag. Met de verovering van de vorstendommen Kazan, Astrakhan aan de Wolga en een deel van Siberië breidde hij het Russische grondgebied uit tot meer dan 4 miljoen vierkante kilometer. Volgens zijn illustere navolger Jozef Stalin was Ivan IV degene die de Russen bij elkaar wist te brengen.

De eerste tsaar zag in dat de twistzieke Russische adel geen stevig fundament was voor zijn macht. Hij riep een nieuw bureaucratisch apparaat in het leven, dat gebruiktmaakte van de door hem hoogstpersoonlijk ingevoerde boekdrukkunst. Lastige edellieden kregen het aan de stok met de oprichnina, de geheime politie.

De Pokrov-kathedraal.
De Pokrov-kathedraal.

Met macht- en gebiedsuitbreiding bracht Ivan IV stabiliteit. Door het koude klimaat en de lage opbrengsten van het land was de bestaansonzekerheid groot. Die onzekerheid werd al eeuwen verergerd door de vele gewelddadige invallen van nomadische stammen, van de Mongolen in de vroege Middeleeuwen tot aan de Tataren in de vroegmoderne tijd. Dankzij Ivan vormde de aanval de beste verdediging tegen nomadische invallen. Om de verovering van Kazan en Astrakhan te vieren liet hij in Moskou de beroemde Pokrov-kathedraal bouwen, tot op de dag van vandaag de blikvanger aan het Rode Plein. Volgens de overlevering was hij zo ingenomen met het resultaat dat hij de ogen van de architecten liet uitsteken, zodat ze de schitterende kathedraal nooit meer konden evenaren. Dergelijke staaltjes van tirannie en geweld werden door de gewone Rus op de koop toe genomen. Alleen een sterke leider kon veiligheid en geborgenheid bieden tegen de nomadische invallen. Vandaag de dag wordt Ivan IV vooral geroemd als grondlegger van de Russische staat.

Peter I de Grote – Keek over de grenzen

Peter de Grote (1672-1725) is in Nederland vooral bekend van zijn bezoeken aan de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden en zijn leertijd op een Zaanse scheepswerf. Hij was de eerste tsaar die buiten de grenzen van zijn rijk reisde, en dat inspireerde hem tot pogingen om Rusland te moderniseren naar westers model.

Onder Peter de Grote werd de macht van het staatsapparaat sterk uitgebreid. Hij maakte korte metten met de macht van de Russische adel door het land opnieuw in te delen in provincies en de adel open te stellen voor uitzonderlijk presterende bureaucraten. Daarnaast onderwierp Peter de orthodoxe kerk aan de tsaar. Kerkelijke bezittingen werden in beslag genomen en geestelijken kregen voortaan hun salaris van de Russische staat. Die investeerde tevens fors in leger, marine, onderwijs en wetenschap.

Door de hervormingen die Peter de Grote in gang zette, werden het leger en de bureaucratie de belangrijkste steunpilaren voor de macht van de Russische tsaren. Peters opvolgers konden tot de revoluties in 1917 bijna altijd rekenen op het machtige staatsapparaat. Soldaten en ambtenaren zorgden ervoor dat de tsaar Rusland stevig in zijn greep kon houden.

Dat maakte de weg vrij voor een ambitieuze buitenlandpolitiek. Peter de Grote richtte zich niet alleen op het Westen voor inspiratie, maar streed met de Polen en de Zweden in een reeks Noordse Oorlogen om de macht in Oost-Europa. In 1721 wist hij de strijd definitief in zijn voordeel te beslechten. Estland, Letland en het grootste deel van Oekraïne kwamen in Russische handen. Rusland was voortaan een Europese grootmacht.

Peter de Grote werd in Europa bejubeld als verlicht vorst. In 1721 doopte hij het tsaardom Rusland om in het Russische Rijk. Hoofdstad werd de door hem gestichte en op Amsterdamse leest geschoeide stad Sint-Petersburg. Moskou was altijd een benauwde vesting geweest, Sint-Petersburg was als eerste Russische havenstad aan open zee een venster op de wereld. Dat bij de aanleg duizenden dwangarbeiders om het leven kwamen, wordt vaak vergeten.

Catharina II de Grote – Vergrootte het grondgebied

Ook Catharina de Grote (1729-1796) werd alom gezien als verlicht vorst. De geboren Duitse correspondeerde met de Franse filosofen Voltaire en Diderot, bestreed analfabetisme – ook onder meisjes – en realiseerde een van de eerste landelijke vaccinatieprogramma’s ter wereld. Ze kon voortborduren op het werk van Peter de Grote. Onder haar heerschappij brak de Russische Gouden Eeuw aan, waarin het Rusland militair, economisch en cultureel voor de wind ging.

De tsarina correspondeert met Voltaire en Diderot

In werkelijkheid was ze niet zo verlicht. Vanaf Peter de Grote voerden de tsaren een strak autocratisch bewind. Zij alleen oefenden ongelimiteerde macht uit. Tsarina Catharina had er alles voor over om die macht in handen te krijgen én te houden. Zo besteeg ze in 1761 de troon nadat ze een coup had georganiseerd tegen haar eigen man Peter II. Na de Franse Revolutie in 1789 haalde Catharina de Grote de teugels strak aan. Critici konden rekenen op een enkele reis naar het uitgestrekte Siberië.

Net als haar voorgangers droeg Catharina de Grote bij aan de gestage uitbreiding van het Russische grondgebied. Met de annexatie van de Krim in 1783 maakte ze definitief een einde aan invallen van nomadische stammen die Rusland eeuwenlang hadden geplaagd. Ook boekten haar generaals grote overwinningen op het Ottomaanse Rijk, waardoor de Russische invloed in de Zwarte Zee veilig werd gesteld. In Oost-Europa kreeg Catharina het voor elkaar dat een van haar vele voormalige minnaars tot koning van het Pools-Litouwse Gemenebest werd gekozen. Toen hij niet strak genoeg aan de Russische leiband liep, maakte de tsarina gemene zaak met de Pruisische koning en de Oostenrijkse keizer: Polen werd tussen 1772 en 1795 in drie delingen van de kaart geveegd. De Russische invloedssfeer in Europa reikte bij het overlijden van Catharina de Grote tot en met het huidige Litouwen, Wit-Rusland en het overgrote deel van Oekraïne.

Alexander I de Gezegende – Maakte Rusland tot supermacht

Na de moord op zijn vader Paul I door een groep officieren besteeg Alexander (1777-1825) in 1801 de troon. Hij werd tsaar in een roerige periode: de ene na de andere Europese vorst moest het hoofd buigen voor de legers van de Franse keizer Napoleon Bonaparte. Na Russische deelname aan verschillende ‘coalitieoorlogen’ tegen Napoleon verraste hij zijn Europese bondgenoten door in 1807 op een vlot midden in de Memel, toen de grensrivier tussen het Koninkrijk Pruisen en het Russische Rijk, vrede te sluiten met Napoleon en Europa te verdelen in een Franse en een Russische invloedssfeer.

De vrede hield maar vijf jaar stand. Napoleons onfortuinlijke veldtocht naar Moskou vormde in 1812 het begin van het einde voor de Franse keizer. Alexanders legers dreven hem en de overblijfselen van zijn Grande Armée terug naar Parijs. Daarna was Alexander de Gezegende – een bijnaam die hij te danken had aan zijn hang naar mystieke religiositeit – misschien wel de belangrijkste speler aan tafel tijdens het Congres van Wenen in 1815, waar de nieuwe indeling van Europa werd besproken. Hij bepaalde de antirevolutionaire koers van Europa en smeedde een Heilige Alliantie tussen het orthodoxe Rusland, het katholieke Oostenrijk en het protestantse Pruisen om een tegenwicht te bieden tegen de seculiere en democratische ideeën van de Franse Revolutie. Alexander maakte Rusland tot dé Europese supermacht.

Portret van Alexander.

Gemiddeld hadden de Russische tsaren tussen 1550 en 1800 elk jaar een gebied ter grootte van Nederland toegevoegd aan hun rijk. De laatste tsaar Nicolaas II (1868-1918) heerste aan de vooravond van de Russische Revolutie over 13.500.000 vierkante kilometer en was in staat een gigantische legermacht op de been te brengen. Europese machthebbers hielden in hun doen en laten altijd rekening met Rusland, zowel als gewilde bondgenoot als als gevreesde vijand. Tegenwoordig wordt vanuit het Kremlin jaloers teruggekeken op de positie.

Jozef Stalin – Kreeg half Europa in zijn greep

In 1924 kwam de communist Jozef Stalin (1878-1953) aan de macht in een turbulente tijd. Hij bracht stabiliteit na de verwoestende burgeroorlog die was gevolgd op twee revoluties in 1917. Onder zijn leiding industrialiseerde het economisch achtergebleven Rusland in razend tempo. Hij maakte Moskou weer de hoofdstad, van de Unie van Socialistische Sovjetrepublieken.

Stalin had een straatvechtersmentaliteit en was paranoïde. Hij was immer beducht op vijanden die aan zijn stoelpoten zaagden. Ze werden opgespoord door de geheime politie en in showprocessen veroordeeld tot gevangenschap in de Goelag-archipel van strafkampen in Siberië. Net als de tsaren leunden de communisten sterk op het leger en de bureaucratie.

Maar ook van buitenaf zag Stalin grote dreigingen. Tijdens de burgeroorlog hadden Europese mogendheden de tegenstanders van de communisten gesteund. Stalin was vastbesloten herhaling te voorkomen. Het is dan ook niet vreemd dat hij in 1939 aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog een niet-aanvalsverdrag tekende met Duitsland. Wederom maakte een Russische heerser afspraken over de invloedssfeer in Europa, maar in 1942 bleek de Duitse Drang nach Osten toch sterker. Met vereende krachten wisten de Russen in 1945 de Grote Patriottische Oorlog te winnen. Het Sovjetleger was in de strijd tegen nazi-Duitsland tot ver in Europa doorgedrongen. Midden- en Oost-Europa kleurden communistisch rood op de militaire stafkaarten.

In de veroverde landen waren communistische regimes met Russische steun aan de macht gekomen. Stalin noemde dit eufemistisch ‘revoluties van boven’. Tijdens de Conferenties van Jalta en Potsdam in 1945 werden de invloedssferen formeel vastgelegd. De Russische greep op de eigen invloedssfeer in Europa werd strakker dan ooit tevoren. In de woorden van de Britse premier Winston Churchill was ‘van Szczecin aan de Oostzee tot Triëst aan de Adriatische Zee een IJzeren Gordijn neergedaald dwars door het Europese continent’.