Home Tijdschrift: NIEUWSTE TIJD

Tijdschrift: NIEUWSTE TIJD

  • Gepubliceerd op: 5 juli 2002
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Wim Berkelaar

Een historicus die wil meetellen in de wereld, doet er tegenwoordig verstandig aan zich achteloos te laten ontvallen dat hij goed thuis is in de sociologie en antropologie. De historicus dient zijn Norbert Elias (socioloog) en Clifford Geertz (antropoloog) te kennen. Wie zal dat tegenspreken? Dat aan de geroemde wetenschappen ook nogal wat nadelen kleven, hoor je echter minder vaak. Niet zelden worden door sociologen en antropologen open deuren ingetrapt. Erger nog is de gewichtigdoenerij waarmee dat gebeurt. Neem Marie-Louise Janssen. Wie is Marie-Louise Janssen? Een cultureel antropologe, verbonden aan het Belle van Zuylen Instituut in Amsterdam, waar ze onderzoek doet naar het zelfbeeld van Latijns-Amerikaanse vrouwen in de Nederlandse prostitutie. Ze krijgt in Nieuwste Tijd (4-2002) uitgebreid de ruimte om een deel van haar onderzoek te presenteren in een themanummer over Europa en de liefde.

        Janssen schrijft over de wensen en verlangens van Europese hoerenlopers, in dit artikel natuurlijk ‘prostitutieklanten’ geheten. Die hoerenlopers zijn uitgekeken op hoogopgeleide Europese vrouwen, die seksloos zouden zijn, teveel praatjes hebben en te moeilijk doen. Daarom zoeken ze ‘gewillige’ Afrikaanse of Latijns-Amerikaanse vrouwen. Die zouden er nog pap van lusten en beschikken over dikke billen en grote borsten. Dit is kort samengevat de inhoud van haar artikel – uiteraard in mijn eigen, weinig academische woorden.
        Vijftien pagina’s heeft Janssen nodig om deze overbekende gegevens te vertellen. Bij dat vertellen blijft het niet, ze ‘analyseert’ ook. Een voorbeeld. Ze geeft een vraaggesprek weer met de Colombiaanse hoer Flor, die vertelt dat iedere klant iets anders wil: de één wil zonder veel plichtplegingen seks, de ander wil eerst en vooral een vrouw bij wie hij de illusie van liefde zoekt. De Colombiaanse vertelt hoe ze dat toneel meespeelt. Een verhaal dat al zo vaak in reportages over het hoerenbestaan in de krant heeft gestaan. Wat maakt Janssen van dat toneelspel? ‘De etnische identiteit van Flor wordt hier tot een “perfomatieve handeling”. Met name in de prostitutie is performance een belangrijk aspect.’ Deze overbodige ‘analyse’ is tekenend voor dit impotente artikel.
        Valt er dan niets te genieten in dit liefdesnummer? Zeker wel. Zo biedt het artikel van historica Dienke Hondius over gemengde huwelijken in Nederland, inzicht in de manier waarop er na 1945 tegen dit verschijnsel is aangekeken. Vooral over de Nederlandse vrouw maakte de omgeving zich zorgen: zou zij wel een leven hebben met een buitenlander? Nederlandse mannen stonden minder onder druk. Hondius betrekt in haar beschouwing ook het koningshuis. Toen prinses Irene met een Spanjaard thuiskwam en haar zus Beatrix met een Duitser, was het land in rep en roer. Dat kwam volgens Hondius niet alleen omdat Carlos rooms-katholiek was en Claus een Duitser. Het kwam ook omdat Irene en Beatrix vrouwen waren. Maar goed dat Willem-Alexander geen vrouw is, concludeert Hondius: dan was de commotie rond zijn huwelijk nog veel groter geweest.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.