Home ‘Oorlog’ om Westerbork

‘Oorlog’ om Westerbork

  • Gepubliceerd op: 15 juli 2019
  • Laatste update 07 apr 2020
‘Oorlog’ om Westerbork

Wie zitten er achter de bedreigingen aan het adres van directeur Dirk Mulder van het Herinneringscentrum Kamp Westerbork, waardoor hij zich gedwongen zag een sponsorloop voor vluchtelingen af te blazen? Zijn het ten dele Joden, zoals Mulder in diverse media heeft verklaard? En wat dreef hen tot hun verregaande actie?

Door: Bas Kromhout

Er zijn nog veel onbeantwoorde vragen over de afgelasting van de sponsorloop, die tijdens de Nacht van de Vluchteling van 15 op 16 juni had moeten starten op het terrein van voormalig kamp Westerbork. Eind april maakte directeur Mulder van het herinneringscentrum bekend dat hij op internet aanhoudend was geïntimideerd, beledigd en bedreigd. Na overleg met de politie had hij besloten geen risico te nemen. ‘De bedreigingen kwamen uit twee hoeken,’ zei Mulder in een interview met RTV Drenthe. ‘Je hebt de mensen die fel tegen vluchtelingen zijn, en aan de andere kant heb je de Joodse kring’.

‘Schandelijke insinuatie’

De bewering dat Joden bedreigingen hebben gestuurd, wordt echter betwist. ‘Waarom zien we die mails niet?’ vraagt journalist Frits Barend in het Nieuw Israëlietisch Weekblad van 17 juni. ‘Door de combinatie “bedreigingen” en “uit Joodse hoek” […] is er een vaag verwijt aan Joden blijven zweven,’ meent hij. ‘Vervelend, want dreigen hoort niet bij onze Joodse manier van debatteren.’ Barend citeert verder schrijfster Chaja Polak, die zegt: ‘Met zijn schandelijke insinuatie heeft [Mulder] in mijn ogen de hele Joodse gemeenschap diep in het hart geraakt. Vreselijk.’
 
Ook journalist Renée Citroen zet vraagtekens bij het verhaal van Mulder. In haar vaste column op de site van het Joods Educatief Centrum ‘Crescas’ schrijft zij dat de directeur van Westerbork ‘het niet [kan] laten om te klagen over die lastige Joden die zijn feestje hebben verpest’. Citroen spreekt van ‘dreigementen, waarvan niet duidelijk is wat ze inhielden’.
 
Om hierover helderheid te verschaffen, vroeg Historisch Nieuwsblad Dirk Mulder om inzage in de reacties die hij en zijn organisatie ontvingen naar aanleiding van de sponsorloop. Hierop stuurde hij e-mails en sociale-mediaberichten van 85 verschillende personen door aan de redactie. Van deze 85 blijken er 61 zich negatief te hebben uitgelaten over het evenement en de organisators. Veertien mensen hebben dreigementen geuit.

‘Oorlog met de joodse gemeenschap’

De aard van de bedreigingen verschilt. In twee reacties worden alleen juridische stappen om de sponsorloop te verhinderen in het vooruitzicht gesteld. Ook dreigt iemand persoonlijke bezittingen van Joden, die in het herinneringscentrum worden bewaard, terug te eisen. Een achttal reacties bevat dreigementen of oproepen om het evenement te verstoren, desnoods met geweld. ‘Waarom gaat er niet een groep mensen heen en schopt de medewerkers van de “Nacht van de Vluchteling” het terrein af,’ twitterde een man aan zijn 3656 volgers. Iemand anders schreef op Facebook: ‘Het lijkt mij terecht als minder welbespraakte nabestaanden verhaal gaan halen en zich niet onverrichterzake laten wegsturen. De toegangsweg blokkeren met wat woonwagens is wellicht ook een idee.’ Weer een ander richtte zich via Twitter direct tot de organisatoren: ‘We zullen jullie warm ontvangen met knuppels, geweerkolven, herdershonden en af en toe een nekschot’.

In hoeverre zijn de afzenders van deze bedreigingen Joods? Dat is moeilijk vast te stellen. De persoon die bovenstaande dreig-tweet verstuurde, gebruikt een – al dan niet gefingeerde – doorsnee Nederlandse naam en het logo van Ajax. Zijn support voor de Amsterdamse voetbalvereniging verklaart misschien ook waarom zijn achtergrondfoto een grote davidsster laat zien. Clubliefde biedt daarentegen geen verklaring voor zijn algemene Twitter-gedrag, waarin hij een grote belangstelling aan den dag legt voor alles wat te maken heeft met Israël en antisemitisme – iets waarvan hij vooral moslims en ‘links’ beticht. Dit hoeft echter niet te betekenen dat de man zelf Joods is.
 
Eén persoon die dreigde met ordeverstoring, maakte daarbij zichzelf bekend als Jood. Hij mailde aan Mulder: ‘Als dit event niet afgezegd wordt, en ieder bestuurslid die dit steunt niet wordt ontslagen, zal ik als jood weer een gele ster op plakken, en zal er vanuit de joodse gemeenschap, met ster en al massaal protest volgen tijdens jullie feestje.’ In een tweede mail voegde hij eraan toe: ‘Als het bestuur van kamp westerbork oorlog wil met de joodse gemeenschap, zal het oorlog krijgen. Deze keer laten we ons niet weerloos naar de slachtbank leiden, en al helemaal niet voor een links feestje. En zeker niet in een tijd waar wij als joden in europa weer moeten vrezen voor ons leven.’


 
Niet bedreigend, maar wel beledigend zijn enkele mails en tweets waarin Mulder wordt uitgemaakt voor NSB’er en Holocaust-ontkenner. Ook mailde iemand: ‘Ich wünsche der Kommandantur von Kampf Westerbork viele Erfolge in der Krieg gegen Juden’.

Uniek of universeel?

Het meningsverschil rond de Nacht van de Vluchteling is in feite een botsing van twee herdenkingstradities. Het idee om de sponsorloop – een initiatief van de Stichting Vluchteling – in Westerbork te laten starten, komt voort uit de overtuiging dat naoorlogse generaties uit de Holocaust lessen moeten trekken voor het heden. Deze opvatting is niet nieuw. Al een halve eeuw lang vertalen herdenkingscomités, actiegroepen en museale instellingen de betekenis van de Holocaust naar eigentijdse kwesties. Het bekendste voorbeeld is de Anne Frank Stichting, die in de jaren zeventig en tachtig tentoonstellingen organiseerde over zaken als de Apartheid in Zuid-Afrika en racisme binnen de Nederlandse samenleving. De overheid stimuleert actualisering, omdat ze er een middel in ziet om met name de jeugd te onderwijzen over het belang van mensenrechten en democratisch burgerschap. In deze humanistische herdenkingstraditie heeft het motto ‘Nooit meer Auschwitz’ een universele betekenis.
 
Hiertegenover staat een herdenkingstraditie die exclusief Joods is. Het uitgangspunt van deze traditie is dat de Holocaust een unieke gebeurtenis is, die zelfs het menselijk voorstellingsvermogen te boven gaat. Elke vergelijking met ander onrecht, in heden of verleden, bagatelliseert het lijden van de Joden. Als er überhaupt een actuele les te trekken valt, dan luidt die dat nieuwe generaties Joden voortdurend op hun hoede moeten zijn voor een heropleving van de historisch ongeëvenaarde haat die tot de Holocaust heeft geleid.
 
In deze laatste herdenkingstraditie staan veel van Mulders Joodse (en niet-Joodse) critici in de media. ‘Weer wordt de Shoa gebruikt voor eigen agenda. Bah’, zo tweette NIW-hoofdredacteur Esther Voet op 18 januari, een dag nadat het programma van de Nacht van de Vluchteling naar buiten was gekomen. Een week later citeerde zij in haar blad twee Joodse vrijwilligers van het herinneringscentrum die eveneens bezwaren hebben tegen ‘de eeuwige vergelijking van de Holocaust met het vluchtelingendebat nu’. Een van hen, Rob Fransman, spreekt in het artikel van een ‘ontering van Westerbork’. 

‘Gespreid bedje’

Ook uit sommige reacties die Mulder ontving, spreekt weerzin tegen het verbinden van de Holocaust met de actualiteit. ‘Ik had de hoop dat wij uit begrip voor de slachtoffers van deze in de wereldgeschiedenis unieke massamoord meer begrip zouden hebben voor de nabestaanden,’ zo staat in een van de ontvangen e-mails. Iemand anders spreekt van het ‘trivialiseren’ van de Holocaust en voegt eraan toe: ‘De Anne Frank stichting is al volledig overgenomen door marxisten. Het bestuur van Westerbork nu blijkbaar ook.’
 
Het argument van de directeur, dat in kamp Westerbork vóór de oorlog Joodse vluchtelingen uit Duitsland werden opgevangen, heeft de critici niet overtuigd. De huidige vluchtelingen zijn volgens hen niet met de gevluchte Joden van de jaren dertig te vergelijken. Op Twitter verscheen een oproep om het verschil hardhandig duidelijk te maken aan de deelnemers aan de sponsorloop: ‘Laten we [hen] met z’n allen in nazipakken met geweren terugdringen in het kamp. Zo zien ze dat de mensen daar niet konden vluchten’. Iemand anders mailde: ‘De nabestaanden willen niet dat het HC (herinneringscentrum, red.) een stem geeft aan gelukszoekers en avonturiers die, anders dan de slachtoffers van de Holocaust, hier in een gespreid bedje komen’. Kennelijk had deze persoon gemist dat de opbrengst van de sponsorloop bedoeld was voor de opvang van vluchtelingen in hun eigen regio. Hij was niet de enige.
 
Behalve principiële verontwaardiging over het maken van vergelijkingen klinkt in sommige reacties ook angst voor vluchtelingen door. ‘[De] meeste van hen zijn moslim en zij haten ons en onze levensstijl,’ mailde een persoon. ‘Op het zelfde moment dreigt Iran wekelijks Israël van de kaart te vegen. […] Blijkbaar hebben de ca. 14.000.000 nog op de aarde levende joden waarvan ca. 6.000.000 in Israël nog geen recht om te leven.’ Een andere verzond deze tweet: ‘Jodenhatende linkse activisten gaan evenement beginnen in Kamp Westerbork voor meer aandacht voor jodenhatende buitenlandse moslims’.

Ander geluid

Behalve kritiek en bedreigingen heeft Mulder ook bijval gekregen, ook uit Joodse kring. Verreweg de meeste van de 24 positieve reacties op Twitter en Facebook zijn afkomstig van mensen die hun Joodse identiteit uitdragen. Oud-rechter Manja Pach, die aan de wieg stond van het Herinneringscentrum Kamp Westerbork, mailde Mulder haar bijdrage voor het opinieforum van het NIW. Daarin schrijft zij: ‘Aandacht voor vluchtelingen in onze tijd, juist op deze plek, is geen minachting of bagatellisering van de Sjoa. Het is een teken dat wij niet, zoals destijds, weg willen kijken van onrecht dat onder onze ogen gebeurt. De keuze past ook prima in de doelstelling van Herinneringskamp Westerbork: aandacht besteden aan de historische én actuele betekenis van het kamp’.
 
Mulder en de Stichting Vluchteling kregen ook een steunbetuiging van Jaap Hamburger, voorzitter van de mensenrechtenorganisatie Een Ander Joods Geluid. Dit maakte echter geen enkele indruk op de tegenstanders. In haar column van 1 februari schrijft Renée Citroen over de steun van deze organisatie, die openlijk kritiek heeft op de Israëlische bezettingspolitiek, voor de sponsorloop: ‘Dat zegt genoeg, hun geluid is altijd anders, lees anti-Joods’.
 
Zo zijn de herinnering aan de Holocaust, de vluchtelingenproblematiek en het Israëlisch-Palestijns conflict met elkaar verweven geraakt in een debat, dat onder invloed van sociale media razendsnel polariseert. Sommige deelnemers – Joodse en niet-Joodse – kiezen voor schelden en dreigen in plaats van argumenteren. In het geval van Westerbork heeft dit ertoe geleid dat een wettelijk toegestaan evenement werd afgeblazen. De bedreigers hebben gewonnen. Hiermee is een gevaarlijk precedent geschapen.
 
De herinnering van de Holocaust is een van de fundamenten van de naoorlogse Nederlandse samenleving. Hoe deze herinnering het best kan worden bewaard en welke lessen eruit kunnen worden getrokken, zijn vragen die telkens opnieuw aan de orde moeten komen, wil zij levend blijven voor huidige en toekomstige generaties. Het is van cruciaal belang dat de maatschappelijke discussie hierover zo breed en open mogelijk wordt gevoerd. Wanneer de ene partij door intimidatie en bedreiging de andere de mond snoert, wordt dus niet alleen het vrije debat om zeep geholpen, maar komt ook de herinnering zelf in gevaar.

Foto: Frits Pentenga, via Wikimedia Commons.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.