Home Online juichen voor de promovendus

Online juichen voor de promovendus

  • Gepubliceerd op: 20 juli 2021
  • Laatste update 02 aug 2021
  • Auteur:
    Beatrice de Graaf
  • 2 minuten leestijd
Beatrice de Graaf portret

Vandaag vind de laatste promotie voor de vakantie plaats, en hopelijk ook de laatste hybride. De helft of meer van de hoogleraren online voor het schermpje, met baret en op pantoffels. Dat is toch eigenlijk te zonde voor woorden. De promovendus ploetert jarenlang in zijn of haar zweet des aanschijns, kan familie, vrienden, verenigingsleven steeds niet uitleggen waarom dat hoofdstuk nog niet af is, of waar het onderzoek überhaupt over gaat. En dan, tijdens de openbare verdediging, is eindelijk het moment aangebroken dat dat stoffige eendje een stralende zwaan wordt, met bul en titel. De jonge doctores slaan hun vleugels uit, doorstaan de grillsessie van de verzamelde professorenschaar met meer of minder verve, en vieren feest! Ik heb eigenlijk nog nooit een promotie meegemaakt waarbij de zaal niet met blije hoofden en verwachtingsvolle blikken ‘hun’ kandidaat was toegedaan. Uit een ver verleden herinner ik me nog dat ik, in een waas van adrenaline en angstzweet, de Senaatszaal in kwam en een golf van warme sympathie me tegemoet sloeg. Op die golf word je als vanzelf naar het hora est gedragen.

Dat alles hebben de promovendi sinds het begin van de Covid 19-crisis tot op heden niet. Zij hebben niet ten langen leste oma, opa en buren die begeerde uitnodiging kunnen versturen, om te laten zien dat het toch heus wel wat voorstelt, promoveren in een oud Academiegebouw. De promovendi van nu zijn gelukkig inmiddels wel weer zelf aanwezig, en de promotores ook. Maar de corona (de benaming voor de promotiecommissie!) zit thuis, en het cortège is aan het wisselen van het ene StarLeaf-kanaal – de commissieberaadslaging – naar het andere – de Senaatszaal.

Vanmiddag promoveert een bijzondere kandidaat, die al een hele geschiedenis met zich meetorst: Aldert Jan van Galen Last. Hij verdedigt zijn proefschrift Diplomaten, consuls en tolken. De ‘buitenlandse dienst’ van Nederland 1815-1946. Dat bevat geen flitsende, hypermoderne stelling. Maar minutieus en scrupuleus heeft Van Galen Last de afgelopen jaren als gepensioneerde medewerker van het ministerie van Buitenlandse Zaken gedaan wat in Duitsland door een halve Mannschaft op een historische afdeling wordt uitgevoerd: in kaart gebracht hoe de dienst zich heeft ontwikkeld, wie er ‘het klasje’ hebben geabsolveerd, en hoe die talloze diplomaten, consuls en ambassadeurs het ervan afbrachten. Het is een immense verdienste van deze 77-jarige kandidaat, waar veel historici van de buitenlandse betrekkingen wat aan zullen hebben.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.

Gelukkig de geschiedwetenschap die nog zulke (buiten)promovendi kent, die dwars door allerlei beperkingen heen (ouderdom, Covid, digitale problemen) stug hun werk voltooien. Als promotores mogen we vanmiddag hopelijk bij de eindstreep staan juichen. Dat het voor het publiek een digitale finish is, maakt het gejuich minder luid, maar niet minder gemeend.