Home Onderzoek: Opoffering was een plicht

Onderzoek: Opoffering was een plicht

  • Gepubliceerd op: 22 mei 2012
  • Laatste update 25 mei 2023
  • Auteur:
    Rob Hartmans
  • 3 minuten leestijd

Toen Ivan Dobrobabin, veteraan van het Rode Leger, eind 1945 terugkeerde in zijn woonplaats, trof hij een standbeeld aan van zichzelf. Hij zou een van de 28 helden zijn die zich in de herfst van 1941 onder aanvoering van generaal Panfilov hadden doodgevochten tegen een immense overmacht, waarbij zij zo veel mogelijk ‘Duitse fascisten’ hadden meegesleurd in de dood. In werkelijkheid was Dobrobabin krijgsgevangen gemaakt.

Hoewel Dobrobabin al snel was ontsnapt en weer had meegevochten, betekende zijn krijgsgevangenschap dat hij in de ogen van Stalin een verrader was. Standbeeld of niet, Dobrobabin verdween voor negen jaar in de Goelag.
Hoewel ook in democratische landen in oorlogstijd de waarheid vaak sneuvelt, is de oorlogspropaganda in dictatoriaal geregeerde landen nog veel leugenachtiger en fantastischer. Vooral het door Joseph Goebbels geleide propagandaministerie van het Derde Rijk geniet wat dit betreft een grote reputatie. Over het functioneren van de propaganda in de Sovjet-Unie is veel minder bekend.

Uit Motherland in Danger van Karel Berkhoff, verbonden aan het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies, blijkt dat de Sovjet-Unie onder Stalin als het ging om nieuwsvoorziening en propaganda een veel ‘totalitairder’ karakter had dan nazi-Duitsland.

Zo werd in Duitsland weliswaar in 1939 het luisteren naar buitenlandse radiozenders strafbaar, maar was in de Sovjet-Unie het bezit van een radiotoestel al verboden. Bovendien had Goebbels niet het volledige monopolie over de nieuwsvoorziening, terwijl Stalin zich hoogstpersoonlijk bezighield met bioscoopjournaals, radio-uitzendingen en krantenartikelen. Het door sommige historici geschetste beeld dat de controle en repressie tijdens de oorlog minder werden, wordt door Berkhoff afgewezen.

De boodschap van Stalins oorlogspropaganda was veel harder dan die in andere landen: je opofferen voor het ‘moederland’ was gewoon je plicht als Sovjetburger. Dat aan de ‘panfilovieten’, onder wie Ivan Dobrobabin, zoveel aandacht werd besteed was een uitzondering. Er werden in de Sovjetpropaganda relatief weinig helden verheerlijkt. Anders dan in de nazipers werden militairen die het er levend vanaf hadden gebracht niet bejubeld. Volgens Berkhoff was de houding van de Sovjetpropaganda het best te vergelijken met die van de SS, dus de meest fanatieke nazi’s.

Hoewel vooral na de oorlog veel etnische minderheden vervolgd zouden worden, viel het ‘russocentrische’ karakter van de oorlogspropaganda mee. Stalin, zelf een Georgiër, drong aan op het gebruik van het relatief nieuwe begrip ‘moederland’ in plaats van ‘Rusland’. Ook niet-Russische Sovjetburgers moesten het gevoel krijgen dat ze erbij hoorden en dat het hun plicht was de Sovjet-Unie te verdedigen.

Terwijl al voor de oorlog de journalistiek ten dienste van de propaganda stond en ‘mobilisatie’ belangrijker werd geacht dan ‘voorlichting’ – zo kregen de Sovjetburgers nagenoeg niets te horen over het fascisme in Europa –, nam dit na de Duitse inval nog groteskere vormen aan. Tijdens de eerste twee rampzalige maanden van de oorlog werd van geen enkele stad gemeld dat die door de Duitsers was ingenomen. Ook over de Shoah en de oorlogsinspanningen van de westerse bondgenoten werd zo goed als gezwegen. Zorgvuldig werd het beeld gecreëerd dat de Sovjet-Unie in haar eentje het nazistische beest versloeg. Deze propaganda was zo succesvol dat veel Russen dit nog altijd geloven.

Motherland in Danger. Soviet Propaganda during World War II
Karel C. Berkhoff
Harvard University Press, € 34,50

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Begrijp het heden, begin bij het verleden: met HN Actueel leest u historische achtergronden bij het nieuws van vandaag. Nu de eerste maand voor maar 1,99.

Nieuwste berichten

Moeder en kind in Noord-Hollandse dracht
Moeder en kind in Noord-Hollandse dracht
Nieuws

Zeventiende-eeuwse jongen kreeg Staten-Generaal als peetouder

In 1668 kreeg een baby, de zoon van de graaf en gravin van Bentheim, een opmerkelijke voornaam. Het jongetje werd ‘Statius’ gedoopt, een afgeleide van het woord ‘Staten’. De Staten-Generaal van de Nederlandse Republiek waren namelijk peetouder van het kind. En zij hadden om die naam gevraagd.  Het was een opmerkelijke gang van zaken, want...

Lees meer
Onthoofding van Johan van Oldenbarnevelt
Onthoofding van Johan van Oldenbarnevelt
Interview

‘Met Mark Rutte zocht ik naar de resten van Van Oldenbarnevelt’ 

Ronald van Raak ging op onderzoek onder het Binnenhof. Hij vertelt over zijn historische sensatie: ‘In mijn goede pak kroop ik door het stof.’ Kent u de historische sensatie, zoals door Johan Huizinga omschreven?  ‘Die heb ik zeker ervaren tijdens een koude januarinacht in 2019, het hagelde, toen ik met Mark Rutte afdaalde in de...

Lees meer
Lída Baarová, Gustav Fröhlich en Joseph Goebbels
Lída Baarová, Gustav Fröhlich en Joseph Goebbels
Artikel

Lída Baarová: de onmogelijke liefde van Joseph Goebbels 

Rijkspropagandaminister Joseph Goebbels raakt zo verliefd op de Tsjechische actrice Lída Baarová dat hij er met haar vandoor wil. Het komt er niet van, en Baarová betaalt een hoge prijs voor de affaire. ‘Geen van mijn films is zo dramatisch geweest als mijn leven.’  Haar moeder pusht Lída (1914-2000) en haar zus Zorka Janů al...

Lees meer
Allegorie Willem I
Allegorie Willem I
Beeldessay

Het regent koninklijke lintjes, een onderscheiding die Willem I invoerde

Koning Willem I doet zijn best het nieuwe Koninkrijk der Nederlanden op te stoten in de vaart der volkeren. Toch verliest hij de helft van zijn land. Op 30 november 1813 landt Willem Frederik van Oranje na een ballingschap van 19 jaar op het strand van Scheveningen. Twee dagen later wordt hij uitgeroepen tot soeverein...

Lees meer