Home INTERVIEW: Marja Vuijsje over Het rijbewijs van Nematollah

INTERVIEW: Marja Vuijsje over Het rijbewijs van Nematollah

  • Gepubliceerd op: 24 september 2015
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Bas Roetman
INTERVIEW: Marja Vuijsje over Het rijbewijs van Nematollah

Veel Iraniërs zijn teleurgesteld dat Iran geen democratie is, maar vinden ook dat het land een oase van stabiliteit is in vergelijking met andere landen in de regio. Dat schrijft journalist Marja Vuijsje in haar nieuwe boek, Het rijbewijs van Nematollah. Hierin beschrijft ze hoe de leden van een familie allemaal op een andere manier werden getroffen door de gebeurtenissen in Iran. Het is een boek over hoop, verlies en verlangen. ‘Voor zijn familie is Nematollah een bron van nostalgie.’ 

Wat vormde voor u de aanleiding voor het schrijven van het boek?
‘Ik ben al heel lang gefascineerd door het thema migratie. De Iraanse diaspora is heel groot: vijf miljoen Iraniërs hebben hun land in de loop der jaren verlaten. De familie van Nematollah leende zich erg voor dit thema omdat er sprake is van opwaartse mobiliteit: Nematollah en zijn vrouw waren zelf analfabeet, maar hun kleinkinderen gingen naar de universiteit in het buitenland. Zo ging een deel van hen naar Nederland en Duitsland, waar ze een nieuw bestaan op wisten te bouwen.

Daarnaast hadden de leden van de familie zeer uiteenlopende motieven om Iran te verlaten. Arash, de belangrijkste hoofdpersoon, ging weg uit lijfsbehoud nadat hij als politieke gevangene opgesloten had gezeten in de beruchte Evingevangenis. Als dienstplichtige dreigde hij betrokken te raken bij de oorlog met Irak. Een paar anderen gingen weg omdat ze door het islamitische regime ontslagen waren en geen beroepsperspectief meer hadden. Een zus verliet Iran onder meer omdat zij niet wilde voldoen aan de verplichting om een hoofddoek te dragen.’

Hoe bent u Nematollah en zijn familie op het spoor gekomen?
‘Ik heb als journalist regelmatig Iraniërs geïnterviewd, vooral in de jaren tachtig. Met een aantal van hen ben ik bevriend geraakt. De zoon van Nematollah, Arash, ben ik eens tegengekomen bij één van deze vrienden, waar hij me vertelde over zijn familie.

Nematollah werd begin twintigste eeuw geboren in een klein dorpje en werd uiteindelijk chauffeur in Teheran. Voor zijn familie is hij een bron van nostalgie. Wanneer ze in het buitenland aan hun vader of opa denken, denken ze aan het oude Iran van de poëzie en de schoonheid en de mooie landschappen.

Daarnaast zijn de herinneringen aan Fatemeh, de vrouw van Nematollah, veel meer verbonden met de schuldgevoelens waarmee haar weggetrokken kinderen zo nu en dan kampen. Zij bleef achter in Teheran omdat ze haar land niet kon achterlaten en overleefde zowel de revolutie als de oorlog met Irak.’

Waar lag voor u bij het schrijven de nadruk op: de familiegeschiedenis of de geschiedenis van Iran in het algemeen?
‘Mijn primaire onderwerp was toch de geschiedenis van Iran, en dan met name de invloed van die geschiedenis op gewone mensen. Ik heb geprobeerd om uit de persoonlijke verhalen van de familie een universele geschiedenis naar voren te halen. Het is een wisselwerking tussen de geschiedenis van Iran en de verschillende gevolgen die deze geschiedenis op individuele Iraniërs heeft gehad.’

Zijn Iraniërs in de diaspora gedesillusioneerd over hun land?
‘Gedesillusioneerd is wellicht een te groot woord. Iran is een land van grote paradoxen. Veel Iraniërs zijn naar Amerika verhuisd, het land wordt tegelijk verguisd en bewonderd. Aan de ene kant is er  de verplichte sluier voor vrouwen, maar aan de andere kant stelt de Iraanse regering het onderwijs en de arbeidsmarkt voor meisjes open. Veel Iraniërs leven binnenshuis als westerlingen, en zijn gewend om ondanks alle regels gewoon hun dagelijks leven te leiden. Zij zijn wel degelijk teleurgesteld dat Iran geen democratie is, maar moeten toch ook toegeven dat het land een oase van stabiliteit is in vergelijking met de meeste andere landen in het Midden-Oosten.’

Na de revolutie van 1978-1979 kwam ayatollah Khomeini aan de macht, die een islamitische republiek vestigde. Waarom kreeg hij zoveel steun van de bevolking?
Vóór de revolutie was er sprake van frontvorming tegen sjah Reza Pahlavi. Bijna iedereen was tegen de sjah. Onder deze groep tegenstanders van de sjah was echter een grote verscheidenheid aan groepen. Er waren sociaaldemocratische politici, links-radicale jongeren, maar ook conservatieve gelovigen die zich ergerden aan vrouwen die zonder sluier over straat gingen.

De ayatollah werd een bindende figuur: hij bood de Iraniërs uitzicht op zelfstandigheid, na jarenlange inmenging van andere – met name westerse – landen. De slogan van de islamitische revolutie werd dan ook “We zijn niet van het oosten, we zijn niet van het westen, we willen een Islamitische Republiek”. Khomeini  hield er in zijn toespraken ook linkse ideeën op na, en beloofde na de revolutie vermindering van de ongelijkheid en meer democratie.‘

Hoe kijkt u aan tegen geëmigreerde mensen die krampachtig proberen vast te houden aan hun vaderlandse identiteit?
Volgens mij is identiteit context-afhankelijk en niet eenduidig. De Iraanse familie over wie ik schrijf is heel divers en ook niet onder de noemer ‘Iraans’ te vatten. De meeste Iraanse intellectuelen die ik heb ontmoet zijn een mix van Perzische poëzie, Franse filosofie, Amerikaanse politieke theorie, maar ook van oer-Hollandse bitterballen. Veel mensen zijn bang geworden om iets van hun identiteit te verliezen, terwijl identiteit niet iets vaststaands is.’
 

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.