Home Bommeljé: Specerij der scepsis

Bommeljé: Specerij der scepsis

  • Gepubliceerd op: 28 maart 2001
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Bastiaan Bommeljé

Voor historici is geen tijd zo moeilijk te doorgronden als de eigen tijd. Derhalve is wantrouwen – neen, scepsis – geboden wanneer historici zich uitlaten over de wereld waarin zij leven. Zij begeven zich op het domein waar journalisten, sociologen en dominees regeren. Geen plek om langer te blijven dan noodzakelijk. Historici die dit wel doen, werden al bespot door Disraeli: ‘Ze kunnen het niet mis hebben, want ze hebben van het verleden geleerd om de toekomst te begrijpen zodra die voorbij is.’

        Toch zijn in Nederland de tekenen des tijds thans zo overweldigend dat ik een diagnose aandurf. Voor het ziektebeeld verwijs ik niet naar het gekmakende gekrakeel over Máxima, en evenmin naar het adembenemende feit dat afgezwaaide AIO’s geen uitkering meer krijgen als ze hun proefschrift in de avonduren afmaken, terwijl een universiteit als die van Utrecht zo 150 miljoen gulden uit de kas te trekt voor een ‘architectonisch verantwoorde’ bibliotheek (er werd dusdanig bespaard op de aanschaf van boeken dat dit er wel af kon). Neen, ik verwijs slechts naar de recente historische kwesties over Koningin Wilhelmina en over ‘Goed’& ‘Fout’ in de Tweede Wereldoorlog,
Interessante thema’s, daar niet van, maar wie ouder is dan 18 heeft ze al vaker zien oplaaien – steeds met kortere tussenpozen en steeds met dezelfde mensen die dezelfde dingen beweren. Neem Wilhelmina. Deze zaak was reeds uitputtend behandeld bij het verschijnen van Nanda van der Zee’s Om erger te voorkomen in 1997, was nog eens dunnetjes overgedaan bij de publicatie van het eerste deel van Cees Fasseurs Wilhelmina-biografie, doch haalde thans bij het verschijnen van deel 2 de voorpagina van NRC Handelsblad, alsof er nimmer iets over was gezegd.
        En neem het boek Grijs verleden van Chris van der Heijden over de wazigheid tussen goed en fout in de oorlog. De media – inclusief het tv-programma Buitenhof – hapten naar adem van opwinding. Alsof de nuancerende documentaire van Hofland, Keller en Verhagen Vastberaden maar soepel en met mate niet in 1976 was uitgezonden, alsof de inaugurele rede van Hans Blom, In de ban van goud en fout, niet in 1983 was verschenen, alsof het beeld van de hongerwinter al in 1985 niet was bijgesteld door G.M.T. Trienekens in zijn Tussen ons volk en de honger – ja, alsof zelfs Loe de Jong niet al in 1963 in zijn voorwoord tot W. Warmbrunns The Dutch under German Occupation had geschreven: ‘Het leven van de burgers tijdens de bezetting lag tussen de extremen van collaboratie en verzet.’ Desondanks hief menig vooraanstaand vaderlands historicus het glas bij de presentatie van Van der Heijdens boek, en spraken zij mooie woorden over de ‘actualiteit’ ervan.
        Wat leert ons dit? Misschien het volgende: niet de schooljeugd lijdt onder een gebrek aan historisch besef, doch de historici zelf – en bovenal lijden de media aan totale amnesie. Het verleden is voor journalisten een zelfbedieningsrestaurant, waarin iedereen graait naar eigen goeddunken. Niemand merkt dat dezelfde prak steeds wordt opgewarmd. Alleen wie de specerij der scepsis toevoegt, proeft de smaak van quasi-intellectualiteit.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.