Home Stille getuigen: De grafzerk van Colijn

Stille getuigen: De grafzerk van Colijn

  • Gepubliceerd op: 06 jun 2001
  • Update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Marcel Broersma

De geschiedenis laat haar sporen na. Monumenten, voorwerpen en graven herinneren aan bijna vergeten personen. Hun verhaal wordt hier verteld. Deze keer de grafzerk van Hendrik Colijn (1869-1944) in het Historisch Documentatiecentrum voor het Nederlands Protestantisme te Amsterdam.


`Tot den ouderdom ben Ik dezelfde en tot de grijsheid toe zal Ik u torsen; Ik heb het gedaan en Ik zal dragen, Ik zal torsen en redden.’ Deze bijbelspreuk tooit de eenvoudige eikenhouten grafzerk van Hendrik Colijn. Op 18 september 1944 overleed hij in ballingschap te Duitsland. Daar werd hij ook begraven. De enige Nederlanders aan het graf waren 23 dwangarbeiders. Een van hen, Dietrich Stehouwer, hield een toespraak en ontwierp de zerk.
        De Duitsers arresteerden Colijn eind juni 1941. Terwijl ze zijn Haagse huis overhoophaalden, werd de oud-premier geïnterneerd in Valkenburg. `Wat een toestand!’ schreef zijn vrouw in haar dagboek. `Die lieve vader verdroeg alles als een held! Hij die zoo’n werkzaam leven heeft gehad, nu gedwongen niets te doen.’
        Colijn zat vier maanden in een hotel, waar het eten slecht was en het hôteliersechtpaar elkaar afranselde met bezems. Mevrouw Colijn mocht hem hier enkele weken gezelschap houden, tot de Duitsers haar wegstuurden.
        `Den 31ste vernam ik dat je uit Valkenburg was vertrokken maar men wist niet waarheen. Je kunt mijn angst en verdriet wel voorstellen,’ schreef ze haar `allerliefste lieve mannie’. Die was naar Berlijn getransporteerd, waar de Gestapo hem gedurende drie maanden dertig keer verhoorde. Het verblijf in een SS-villa was draaglijk, maar Colijn tobde over `het waarom van dit alles’. Een aanklacht werd niet geformuleerd. `Niemand schijnt een antwoord te kunnen of willen geven. En ikzelf kan geen reden bedenken of er zelfs naar raden.’
        Hij droeg zijn lot kalm en vertrouwde op God. `De Heer regeert en wat Hij doet is wèl gedaan,’ schreef hij naar huis. Toch viel de gedwongen scheiding van zijn vrouw de 73-jarige zwaar: `Ik weet wel dat we dit vroeger ook wel hadden, maar toen waren we jong en nu staan we tegen het einde van ons leven.’ Zijn echtgenote maakte zich ongerust als brieven uitbleven – `Je bent altijd zoo’n trouwe schrijver geweest’ – en telde de dagen. `Het is vandaag reeds vijf maanden geleden dat ze je hebben weggehaald en sinds 3 september hebben wij elkaars stem niet meer gehoord.’
        In maart 1942 hoorde Colijn dat hij de rest van de oorlog moest doorbrengen in een hotel te Ilmenau in Midden-Duitsland. Gelukkig mocht zijn vrouw overkomen. De oud-staatsman wandelde elke ochtend, een goede remedie tegen zijn suikerziekte. De rest van de dag bracht hij door met lezen. Het was een gezonde omgeving, beter dan `Gestel’, meende hij. Maar het verlangen naar Nederland bleef. `Wat met de afzondering beoogd wordt bleef voor mij tot heden een raadsel.’
        In Duitsland overviel de dood hem aan het ontbijt. Terwijl hij zich klaarmaakte voor zijn rituele ochtendmars kreeg Colijn hartkrampen. Zijn laatst woorden waren: `Mijn pols slaat over. Wil je de dokter laten roepen?’ Zijn vrouw kon de plotselinge dood niet bevatten: `Vader hoopte noch zoo voor ons vaderland te mogen arbeiden en dacht veel over allerlei moeielijkheden, die na de vrede er zouden zijn. Heeft vader misschien te veel gepiekerd?’
        In zijn testament vroeg Colijn in Nederland te worden herbegraven. Zijn lichaam werd in 1947 via Berlijn naar Den Haag gebracht, waar hij een nieuw graf kreeg. De `oude’ zerk vergezelde de kist in de ambulance. Nu ligt deze net als Colijns archief bij het Documentatiecentrum voor het Protestantisme aan de Vrije Universiteit, dat dit jaar zijn dertigjarig bestaan viert. De oude staatsman is weer thuis.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Begrijp het heden, begin bij het verleden: met HN Actueel leest u historische achtergronden bij het nieuws van vandaag. Nu de eerste maand voor maar 1,99.

Nieuwste berichten

Het hof van Karel de Stoute, vijftiende-eeuwse manuscript-illustratie
Het hof van Karel de Stoute, vijftiende-eeuwse manuscript-illustratie
Artikel

De Bourgondiërs voerden een financieel schrikbewind

Bourgondische vorsten hieven belastingen om hun oorlogen en dynastieke ambities te financieren. De Belgische historicus Marc Boone belicht hun plannen via het leven van een van hun paladijnen. Dit artikel krijgt u van ons cadeau Wilt u ook toegang tot HN Actueel? Hiermee leest u dagelijks geschiedenisverhalen met een actuele aanleiding op onze website en...

Lees meer
Marie, gravin van Bylandt door Alies Pegtel
Marie, gravin van Bylandt door Alies Pegtel
Interview

Gravin Marie van Bylandt koos een verrassend zelfstandig leven

Gravin Marie van Bylandt groeide eind negentiende eeuw op in luxe op het Haagse landgoed Oostduin, omringd door natuur, personeel en talloze huisdieren. Toch koos ze daarna een verrassend zelfstandig leven: ongehuwd, onafhankelijk en samenwonend met dierenactiviste Elisabeth des Tombe. In De vervlogen wereld van Marie, gravin van Bylandt schetst historicus Alies Pegtel hoe de...

Lees meer
Nederland hielp Israël bij de verkoop van staatsobligaties
Nederland hielp Israël bij de verkoop van staatsobligaties
Nieuws

Nederland hielp Israël bij de verkoop van staatsobligaties

Israël heeft via Amsterdam decennialang staatsobligaties verkocht aan beleggers. De Nederlandse overheid nam daarbij het risico betrokken te raken bij de financiering van de illegale bezetting van Palestijnse gebieden. Dit blijkt uit onderzoek van de journalisten Siem Eikelenboom en Casper Rouffaer.   Dit artikel krijgt u van ons cadeau Wilt u ook toegang tot HN Actueel?...

Lees meer
Goal Nederlands Elftal tijdens de oefenwedstrijd tegen Nederlands-Indië.
Goal Nederlands Elftal tijdens de oefenwedstrijd tegen Nederlands-Indië.
Interview

Op het WK voetbal in 1938 was het Wilhelmus bij twee ploegen te horen

Curaçao heeft zich als zelfstandig land binnen het Koninkrijk der Nederlanden geplaatst voor het WK voetbal in 2026. Op het WK in 1938 vond iets soortgelijks plaats, toen Nederlands-Indië als kolonie deelnam aan het mondiale voetbaltoernooi. Volgens historicus Gijsbert Oonk zorgt de sportwereld al decennialang voor vraagstukken over de natie, staat, koninkrijk en nationale identiteit....

Lees meer
Loginmenu afsluiten