Home Russen vieren einde Mongools juk

Russen vieren einde Mongools juk

  • Gepubliceerd op: 27 september 2011
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Geert Groot Koerkamp

Zoals elk jaar is op 17 september in Rusland de Slag op het Snippenveld in 1380 herdacht. Alle Russische kinderen leren dat de slag het einde inluidde van het ‘Tataars-Mongoolse juk’: de 250 jaar durende overheersing van Rusland door de horden van Dzjengiz Khan en zijn nazaten. 


De Mongolen wisselden wreedheid af met een sluwe verdeel-en-heerstactiek. Onvoorwaardelijke trouw werd beloond. Vorst Ivan I van Moskou boog het diepst in het stof. Hij inde ijverig belasting voor zijn heersers en voerde namens hen in 1327 een strafexpeditie uit om de opstandige vorst van Tver een lesje te leren.

Ivan werd de belangrijkste bondgenoot van de Mongolen in Rusland en gebruikte die positie om Moskous invloed te vergroten. Hij legde daarmee de basis voor de toekomstige Russische staat. Uit de eeuwen van plundering en vernedering groeide een nationale eenheid die de rivaliserende Russische vorstendommen anders wellicht nooit zouden hebben bereikt.

Vroeg of laat moest het moment komen dat de Russen zich sterk genoeg zouden voelen om hun inmiddels door broedertwisten verzwakte overheersers te verdrijven. In 1378 leden de Tataren een gevoelige nederlaag tegen de Moskouse grootvorst Dmitri. Ze zinden op wraak, maar beten onder aanvoering van khan Mamaj in 1380 opnieuw in het stof nabij de plek waar het riviertje de Neprjadka uitmondt in de Don, in de huidige provincie Toela.

Het verhaal van de Slag op het Snippenveld groeide pas in de vijftiende eeuw uit tot een legende, volgens welke de – later heilig verklaarde – Dmitri afrekende met de ‘goddeloze’ horden uit het oosten. Hij zou daartoe de zegen hebben gehad van de heilige Sergius van Radonezj. Of de twee mannen elkaar ooit ontmoet hebben is zeer de vraag.

De slag is omgeven door tal van onduidelijkheden en controverses. Bijvoorbeeld over de plek van het strijdgewoel. Archeologen hebben op het vermoedelijke ‘Snippenveld’ – waarvan de naam ook een raadsel blijft – niets teruggevonden wat getuigt van een grote veldslag.

Het Tataars-Mongoolse bewind duurde ook na de beroemde slag nog honderd jaar voort. Twee jaar later brandschatten de Tataren Moskou. Pas in 1480 kon grootvorst Ivan III definitief de overwinning claimen. Ook daarna bleven Tataarse ruiters tot ver in de zeventiende eeuw de Russische steppen onveilig maken.

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.