Home De vooruitgang: ‘De klerk noteerde alle folteringen, inclusief de pijnkreten’

De vooruitgang: ‘De klerk noteerde alle folteringen, inclusief de pijnkreten’

  • Gepubliceerd op: 22 april 2003
  • Laatste update 07 apr 2020
  • Auteur:
    Ingrid van der Vlis

Proefschriften, lezingen of artikelen kunnen ons beeld van het verleden ingrijpend veranderen. Werner Thomas schetste een groepsportret van de protestanten die in Spanje voor de Inquisitie werden gedaagd. Volgens hem lagen achter de religieuze vervolgingen ook politieke en economische motieven.


Het katholieke Spanje stond in de zestiende eeuw bekend als intolerant tegenover andersdenkenden. Toch trokken protestante immigranten ernaartoe, met name uit Zuid-Frankrijk, maar ook uit Engeland, de Nederlanden en het Duitse Rijk. ‘Ruim drieduizend protestante immigranten zijn in de zestiende eeuw veroordeeld vanwege hun geloof,’ zegt historicus Werner Thomas. ‘Dat verwonderde mij. Wat bezielde een protestant om in die tijd naar Spanje te gaan?’ Voor zijn promotie aan de Katholieke Universiteit Leuven deed hij onderzoek naar aangeklaagde protestanten en hun vervolgers. Op basis van zijn onderzoek schreef hij In de klauwen van de Inquisitie, dat onlangs verscheen.
        Thomas, tegenwoordig postdoc-onderzoeker in Leuven, onderzocht ruim driehonderd dossiers en duizenden samenvattingen van inquisitieprocessen. ‘Het bleek fascinerend materiaal te zijn, waarin werkelijk alles werd genoteerd: de aanklacht, de getuigenissen, de inbeslagname van goederen en het uiteindelijke vonnis. Maakte men gebruik van foltering om bewijs te vergaren, dan noteerde de klerk ook dit nauwkeurig, inclusief de pijnkreten. Toen ik voor het eerst zo’n proces las, vond ik het beangstigend en stonden mijn haren recht overeind. Na tien processen vlakte dat gevoel af.’
        Volgens de zogenoemde Zwarte Legende vonden honderdduizenden burgers de dood voor deze gruwelijke rechtbank. Thomas stelt echter dat hoogstens tienduizend protestanten werden gedaagd en veroordeeld. ‘De Inquisitie ging niet altijd even fanatiek te werk.’ De meest heftige vervolgingen vonden plaats in het derde kwart van de zeventiende eeuw. Aanleiding was de ontdekking van twee grote protestante netwerken in Sevilla en Valladolid. Thomas: ‘Die ontdekking veroorzaakte in 1558 en 1559 een ware schokgolf.’ Tot 1575 waren de vervolgingen erg intensief. ‘Filips II beschouwde het protestantisme als een joodse samenzwering, bedoeld om het Spaanse katholieke koninkrijk te gronde te richten. Het protestantisme diende daarom met wortel en tak te worden uitgeroeid.’ De strengheid van de Inquisitie werd voor een groot deel bepaald door het hof: de vorst bepaalde of hij fanatieke of gematigde inquisiteurs aanstelde. De felheid van de Inquisitie in de periode 1558-1575 had een politieke achtergrond.

Verklikkers
Voor de opstandelingen in de Nederlanden had het verband tussen het hof en de Inquisitie grote gevolgen. In 1562 verzochten edellieden Filips II om tolerantie in geloofszaken. Achteraf gezien hadden ze een erg ongunstig tijdstip gekozen. De koning was toen tot geen enkel compromis bereid. Als de edellieden hun smeekschrift tien jaar later hadden ingediend, hadden ze meer kans gemaakt, denkt Thomas. Toen was de situatie in Spanje rustiger geworden.
        De protestanten die in deze periode van vervolgingen toch naar Spanje trokken, werden aangetrokken door de welvaart daar. ‘Het naakte voortbestaan was even belangrijk als de godsdienst,’ legt Thomas uit. Dat gold ook voor Spaanse verklikkers. Als zij protestanten verraadden, deden ze dat vooral om er zelf beter van te worden. Thomas: ‘Een enkeling handelde uit geloofsijver, maar het merendeel gaf iemand aan die hem nog geld verschuldigd was of die hij als concurrent beschouwde.’
        Als politieke of economische aanleidingen tot vervolging ontbraken, konden protestanten een rustig leven hebben in Spanje. ‘Uit de processen blijkt dat sommige netwerken jarenlang rustig hebben kunnen opereren, zonder dat iemand daar aanstoot aan nam,’ zegt Thomas. ‘Dat gold vooral voor gebieden die ver van Madrid en het nabijgelegen kasteel van Filips II af lagen. Hoe verder van het hof verwijderd, hoe pragmatischer men met andere gezindten omging.’
        Thomas’ visie op de Inquisitie is niet onomstreden. Vooral Spaanse historici hebben moeite met zijn nadruk op politieke en economische factoren. ‘Sommige Spanjaarden geloven niet dat de geschiedenis van de religie ook door externe factoren, zoals politiek en economie, wordt bepaald,’ legt Thomas uit. Zij zien de Inquisitie als een louter religieus fenomeen. Anderen hebben moeite met Thomas’ lage schatting van het aantal vervolgden, en verwijten hem dat hij de Inquisitie te rooskleurig weergeeft. ‘Daar ben ik het niet mee eens,’ zegt Thomas. ‘Ik schets een beeld van een bevolking die zijn eigen buren aangaf. Dat vind ik een naar en beangstigend gegeven.’

IN DE KLAUWEN VAN DE INQUISITIE. PROTESTANTEN IN SPANJE, 1517-1648 door Werner Thomas. 448 p. Amsterdam University Press, euro 35,-

Dit artikel is exclusief voor abonnees

Dit artikel op Historischnieuwsblad.nl is alleen toegankelijk voor abonnees. Met liefde en zorg werken wij iedere dag weer aan de beste historische verhalen door toonaangevende historici. Steun ons door lid te worden voor maar €4,99 per maand, de eerste maand €1,99. Log in om als abonnee direct verder te kunnen lezen of sluit een abonnement af.