Een onbekende foto. Is het verhaal erachter te vertellen? Deze keer een poging van Manuela Kemp, RTL4-presentatrice van De heren van Amstel live en Cisca Dresselhuys, hoofdredactrice van Opzij.
‘Het is een herfstige, grijze dag in de jaren twintig van de vorige eeuw, ergens in Noord-Holland’, vermoedt Manuela Kemp. ‘De twee vrouwen – de rechter is de schoondochter van de oude vrouw die de kar duwt – hebben iets te verbergen. De harteloze schoonvader wilde een nest jonge katjes verdrinken. Zijn schoondochter echter vond de jammerende katjes in de schuur. Ze heeft toen heel kordaat de oude vrouw aangesproken op de barbaarsheid van de verdrinkingsdood – dat zie je ook aan d’r gezicht, dat heeft wat guitigs, wat dappers.’
Ook Cisca Dresselhuys meent dat de vrouwen iets te verbergen hebben. ‘Deze boerin en haar hulpje hebben hun bloederige vracht van slachtafval bedekt onder een vrolijke doek. Ze zijn op weg het ergens in een sloot te deponeren.’ De gelaatsuitdrukking van de vrouwen vindt Dresselhuys een overtuigend bewijs van hun geheimenissen: ‘De gezichtsuitdrukking van de meid spreekt boekdelen, de boerin kijkt quasi ‘niks aan de hand’. Dresselhuys situeert het tafereel in noordoost Nederland – Overijssel of Drenthe, en prikt een precies jaartal: 1910.
Kemp ondertussen mijmert nog wat verder over de nobele reddingspoging van de vrouwen. ‘Ze gaan de katjes uitdelen aan kinderen in het dorp. Niet hun eigen dorp, dat zou teveel in de gaten lopen. Het lijkt de dames verstandiger met een ommetje over de brug naar de buurplaats te gaan.’ Dat heeft nog wat voeten in de aarde, zo ziet Kemp: ‘De brug is die dag erg glad, en de kwaliteit van de kar niet best, dus de mand dreigt de hele tijd van die kar af te vallen. Op de foto staan ze even stil om dat te verhelpen. De emmer is neergezet en de jongste is alles aan het aansjorren, trekt het kleedje nog even recht. Stel je voor zeg, anders zouden die katjes er allemaal uitdonderen.’
Niets geen aaibare, lieve scenario’s voor Dresselhuys. Haar verslaafdheid aan krimi’s brengt haar tot een nog andere interpretatie, een fraai detectivescenario. ‘Jarenlang heeft de norse echtgenoot zijn vrouw en kinderen getiranniseerd. Totdat de oudste zoon zijn vader in dolle drift met een riek, een kapmes of een hooivork doodt. ’s Nachts hebben de boerin, de zoon en de meid het lichaam in stukken gehakt en de deel schoongeboend. Nu zijn de twee vrouwen bij het krieken van de dag op weg de lichaamsdelen ergens in een sloot te laten verdwijnen.’ Jammer genoeg, zo geeft Dresselhuys spijtig toe, pleit het vervoer bij daglicht tegen deze mogelijkheid. Nuchter merkt ze op: ‘Uiteindelijk zal wel blijken dat ze, heel onschuldig, wasgoed vervoeren, maar ‘a dirty mind is a joy forever’, nietwaar?
De uitleg: Twee vrouwen met de was op een kruiwagen onderweg naar de stadsbleek in Rijssen, Overijssel. Ondanks de aanleg van de waterleiding in 1935 bleven veel vrouwen hun was op de traditionele manier spoelen en bleken.
Dit artikel is exclusief voor abonnees